Wel/geen/soms, vis of vlees

Van veganisten en vegetariërs heb ik wel eens gehoord en een flexitariër ben ik zelf al een tijdje, maar  wat een pollotariër is? ( pollo is kip, dus misschien een kippeneter?)

Zo zijn er nog meer namen voor mensen die iets NIET eten (of juist iets wél)
Ik ben ze eens op een rijtje gaan zetten.
Het zou zomaar kunnen dat u één van de onderstaande “titels” heeft zonder dat u het wist!

Vegetariërs zijn mensen die geen producten van gedode dieren eten*)

Pollotariër  zijn mensen die geen vlees en vis eten, maar wel gevogelte en eieren

Een veganist is iemand die geen dierlijke producten gebruikt (wol, leer) én geen dierlijke producten eet :geen vlees of vis, maar ook geen honing, boter of eieren.

Een pescotariër eet geen zoogdieren en vogels maar wel vissen en zeedieren

Klimatariërs willen de aarde zo min mogelijk belasten en letten op wat ze eten; zo eten ze bv. regionale gerechten en seizoensgerechten, (geen vervuilend transport) en zo min mogelijk vlees(vleesproductie is een grote milieuvervuiler)

Lactovegetariërs eten geen voedsel waarvoor een dier gedood is, maar wel dierlijke producten zoals honing,
melk en kaas.


Een flexitariër is iemand die 1 of meerdere dagen per week geen vlees eet; niet bij avondeten, maar ook niet bij ontbijt, lunch of tussendoortje**)





*) dus ook geen gelatine (van dierenbeenderen) of kaas (kalfsstremsel)
**) 55% van de Nederlanders eet 3 dagen per week geen vlees ( bron AH)
      Volgens Natuur en Milieu  eet 67% van de Nederlanders 1 dag per week geen vlees of vis.

Als uil terugkeren.

Vandaag hebben wij een uil naar zijn “geboorteplaats” gebracht.

Vrienden hebben verleden jaar een overkapping bij hun  Pitch& Puttbaan  gebouwd.
Daar waren balken voor nodig. Bij het bouwen was er een stuk van een balk “over”.
Mijn lief mocht dat  stuk hebben; hij wilde er “iets” van maken.

Hij  heeft van een stuk balk een wildzwijnenbiggetje gemaakt.
We hebben daarvoor menig werkbezoek aan een boerderij met 16 jonge biggetjes (van 2 zeugen) gebracht, wat op zich vreselijk leuk was en mijn lief de gelegenheid gaf de anatomie van een biggetje te bekijken.

Het  houten biggetje staat in onze huiskamer.
Er was nog een stuk balk over.
Mijn lief besloot daarvan een uil te maken voor de vrienden die de balk ter beschikking hadden gesteld.
Helaas zijn er weinig uilen ergens te bekijken, dus voor de anatomie van de uil was internet zijn voornaamste bron.

Na verschillende stadia van de uil was hij gisteren eindelijk zo ver dat hij overhandigd kon worden.
De balk kwam vandaag, in de vorm van een uil, terug naar waar hij zijn leven eens begonnen was.
(Natuurlijk niet helemaal ECHT zijn geboorteplaats, want er was een stadium vóór de balk; die van Douglasspar “ergens” in een bos; maar wat heeft het voor zin een houten uil naar een bos te brengen waar vermoedelijk ECHTE uilen zitten!) Bovendien hebben mensen in de Horeca- en Evenementenindustrie het deze Corona maanden EXTRA zwaar, dus een “wijze” partner kunnen ze wel gebruiken én een hart onder de riem ook



De uil werd goed ontvangen, hij zit op de bar (nu tijdelijk ivm Corona gesloten) alsof hij daar hoort!
De Pitch & Putt baan is wél open; 1,5 m. afstand houden is daar geen enkel probleem, Coronavrij sport en spel beoefenen kan er! (Footgolf ook)

Zoogdierenslaap

Wij, mensen, slapen ongeveer een derde van ons leven.
Volwassen mensen hebben tussen de 7 en 9 uur slaap per nacht nodig.*)

De Amerikaanse National Sleep Foundation heeft een slaaptabel gepubliceerd met leeftijd en (gemiddeld) benodigde slaaptijd
0-3 maanden: 14-17 uur

4-11 maanden: 12-15 uur
1-2 jaar: 11-14 uur
3-5 jaar: 10-13 uur
6-13 jaar: 9-11 uur
14-17 jaar: 8-10 uur
18-25 jaar: 7-9 uur
26-64 jaar: 7-9 uur
65+: 7-8 uur


Slaap is nodig om te herstellen van geleverde inspanningen en om reserves op te bouwen voor de volgende dag. Hersencellen ontwikkelen zich tijdens de slaap, maar ook het geheugen zou zich ontwikkelen tijdens de slaap; genoeg slaap is dus essentieel voor het goed functioneren en de gezondheid.

Dit geldt voor alle zoogdieren (mensen zijn ook zoogdieren)**)
Niet alle zoogdieren slapen liggend; kamelen, paarden en olifanten*** zetten hun poten/benen “op slot” zodat ze niet omvallen; zij slapen staand. Dat komt omdat het prooidieren zijn en zij zich niet kunnen veroorloven om te gaan liggen en dus kwetsbaar te zijn. Ze slapen meestal ook maar een korte periode achter elkaar.

Honden daarentegen slapen 10- 14 uur; puppy’s en oude honden zelfs 18 tot 20 uur en katten slapen 40 tot 60% van hun leven!

Onlangs las ik (in Nr.4 van Lief Dier) dat bij zoogdieren de behoefte aan méér slaap is ontstaan doordat veel zoogdieren (waaronder ook de mens)  meer complexere hersenen, gedrag en visuele vaardigheden kregen, zo ontstond de behoefte aan extra geheugenruimte die wordt gecreëerd tijden de slaap.




*) 90% van de Nederlands
e volwassen bevolking doet dat ook
**) Er zijn een soorten vissen, die in scholen en diep water leven die niet schijnen te slapen; (Observerende wetenschappers hebben bij hen géén slaap kunnen ontdekken)
***) Olifanten zijn de slechtst slapende zoogdieren; gemiddeld 2 uur per dag


Stenen


Ik heb iets met stenen.

Het Joodse gebruik om een steentje op een graf achter te laten om respect te betonen, om te laten zien dat je geweest bent, om te laten weten dat de dode niet vergeten wordt, om bij te dragen aan de symbolische grafsteen vind ik prachtig (en heb ook als niet Joods op menig graf een steentje achter gelaten)

Qua “stenen” vakantie was Ierland heel bijzonder, in Connemara (Nationaal Park) zijn veel stenen, cairns genaamd.
Heel veel (kleine) stenen liggen daar op elkaar gestapeld.
Vroeger was dat om vreemdelingen de weg te wijzen. Tegenwoordig stapelt elke toerist die er langs komt een paar stenen op elkaar om “iets” van zichzelf daar achter te laten (ook ik deed dat)

Van bijna elke wandeling of vakantie neem ik wel een of meer stenen mee.
De gewone, lichtgekleurde gaan in de voortuin, in een rand naast ons tegelpaadje.
De bijzondere zitten óf in een jaszak, zwerven “ergens” in huis óf zijn weggegeven.
Of, en dat zijn de meesten, belanden in mijn rotstuintje.

In een donkerhoekje onder de bamboe waar “bijna” niets wil groeien heb ik mijn” rotstuintje” gecreëerd.
Tuintje is een te groot woord: allerlei rots- en heideplantjes heb ik tussen de stenen geprobeerd, bijna al het levende gaf het na verloop van tijd op; de bamboe “pikt” al het water daar.
Momenteel liggen e wat afgevallen bladeren op (beschermen met heftige vorst het levende iets dat er nog wél groeit) en ziet het er niet uit, maar in de lente, na de grote schoonmaak is het weer een leuk (herinnerings) hoekje


Ook kreeg ik ooit een vriendschapssteentje een, in de vorm van een hartje, rood geschilderd steentje, het ligt op mijn kleine altaartje

Onlangs kreeg iedere buurtbewoner van een Welzijnsorganisatie een “pakketje” om de Coronatijd door te komen met een puzzel met pen, 1 kopje koffiebon voor “als het weer kan”, een pakje stroopwafels, lootjes voor een loterij, een recept én een idee om een zwerfkei(tje) te beschilderen en ergens in de wijk achter te laten. Een leuk initiatief, waar ik gehoor aan heb gegeven: ik heb “ergens” beschilderde steentjes achtergelaten.
Na eerst uitgezocht te hebben, welke stenen uit mijn tuintje ik zou gaan beschilderen.
Die stenen lieten het me zelf laten weten en zijn inmiddels beschilderd en achtergelaten.

Van mijn wandeling in de bossen van Warnsveld (blog van een paar dagen geleden) kon ik de grote K-tegel niet meenemen, wel vond ik een klein steentje met een nummer erop. Geen idee waarvan het geweest is, maar bijzonder vond ik het wel.

Het gewicht van een ei

Op 25 mei van vorig jaar schreef ik een blog over Respeggt eieren: eieren waarbij géén  jonggeboren haantjes worden gedood, maar waar, in het eistadium, al bepaald  kan worden of het ei een haan of een hennetje zal worden :de haantjes worden dan NIET geboren.
Wereldwijd worden 5 miljard eendagshaantjes gedood.

Sindsdien ik weet dat er 5 miljard eendagshaantjes worden gedood, koop ik Respeggt eieren.
Wat me wel opviel is dat de grootte van de eieren in één doosje verschilt: buiten op het doosje staat dan ook S/M/L.

Aangezien ik geen idee had hoeveel een (al dan niet niet-respeggt) ei weegt ben ik dit eens gaan nazoeken.
Een  met S,M of L geclassificeerd ei moet een bepaald minimum gewicht moet hebben:

S = een ei van minder dan 53 gram
M = een ei dat tussen de 53-63 gram weegt
L = een ei van rond de 63-73 gram
XL = een ei van 73 gram of meer
DD = een ei met de zogeheten dubbeldooier, een ei met twee dooiers.

6 eieren bij elkaar moeten een wettelijk minimaal gewicht van 258 gram hebben.

In het doosje met respeggteieren zou, zo vatte IK het op, een S, een M én een L ei in moeten zitten
( er staat immers S/M/L op)
Even wegen dan maar.


In mijn (laatst gekochte) Respeggtdoosje zaten 6 eieren:
1 van 70 gr
1 van 57 gr
1 van 60 gr
1 van 58 gr
1 van 63 gr én 1 van 67 gr

Totaal 375 gr. Dat is inderdaad meer dan 258 gr. en dus wettelijk correct!
Alles koek en ei dus!


Conclusie: in MIJN doosje zaten dus 4 M eieren in en 2 L eieren en géén S eieren.
Ik denk NU dat er met S/M/L  bedoeld wordt dat er eieren in het doosje zitten die het formaat S, óf M, óf L zouden kunnen hebben.

Verborgen bospareltje

In de buurt van Warnsveld ligt in een bos een “verborgen plek”
Als je het niet WEET vind je het niet.
Ik liep er met iemand die het WIST.

We liepen door een bos, gaan van het gebaande pad af, stappen over een draad en lopen door ritselende bladeren en dan……… “opeens” staan we in een wonderlijke wereld.

Bouwsels, trappetjes, muurtjes, een vijver, een hoop oude stenen, het  lijkt een sprookjeswereld, die gemaakt is voor “kleine mensjes” Het kost me geen enkele moeite om me hier kabouters of elfjes te verbeelden.

Het lijkt heel oud.
Maar dat blijkt het niet te zijn. Hooguit 20 jaar, begreep ik.
Een initiatiefnemer heeft ooit (hele) oude stenen verzameld en is hier met de bouwwerkjes begonnen; hij heeft er ook een tuin aangelegd.
Door tijdgebrek is hij gestopt en is het gebiedje verwilderd. Er ligt nog een stapel oude stenen, dat ziet er naar uit of er zó weer verder gebouwd kan worden.
Het verhaal gaat dat de vroegere initiatiefnemer best NU weer verder zou willen bouwen maar dat de huidige eigenaar van dit grondgebied (die WEL wandelaars op zijn grondgebied toelaat) geen attractie wil, dus ook geen verdere bouwactiviteiten.
Misschien ook wel zo goed, want het ziet er, overgroeid zo prachtig “wild” uit; de natuur heeft het overgenomen.

Hier en daar staat nog een plantje waarvan ik vermoed dat het hier is ooit is neergezet en er niet “oorspronkelijk” hoort.
Alleen de vijver is vol met troep en niet met mooi helder water; het lijkt vol met teerwater gestort; ik zie een vage olievlek. Zó zonde, want kikkergekwaak en waterplanten zou het plaatje helemaal sprookjesachtig maken.
Bierblikjes en troep in en bij het vijvertje maakt dit plekje weer [negatief] “menselijk”

Een héél bijzondere plek, verscholen achter een laag toegangs- uitgangshekje.

Nu we “in the mood” zijn voor sprookjesachtige tafrelen zien we meer bijzondere dingen: in het bos ligt een steen(tegel) met een “K” erop, (toch de K van Kabouterland?) en bij het uitkomen van het bos staat een holle boom met een wel zeer bijzondere “holte”.
Heb ik echt teveel fantasie als ik  me ook hierin kleine wezentjes kan voorstellen?

Een “sprookjesachtige” wandeling met een lekker temperatuurtje, af en toe een zonnetje, een fijn iemand om de wandeling mee te doen; een fantasierijke, natuur/architectuur boost!

Maaltijdpakket

Af en toe haal ik  in de supermarkt een maaltijdpakket en maakt mijn lief dat klaar.
In de doos zit “bijna” alles wat je voor het gerecht nodig hebt. Een sticker erop met zelf toevoegen
geeft aan wat er (soms) nog meer bij nodig is.
Soms zijn dat dingen als water of  peper, zout  ( en/of iets dat je als je zelf wel eens kookt altijd in huis hebt) soms iets extra’s zoals kip, gehakt, koksroom.

Snel boodschappen doen is dus werkelijk snel door zo’n pakket pakken, zien wat er nog nodig is en als dat iets is dat je NIET in huis hebt, dát dan ook uit het schap pakken: snel klaar met boodschappen doen en gegarandeerd lekker eten.





Onlangs hadden we een Goulash pakket.
Het woord goulash ken ik wel, maar wat het eigenlijk betekent? Even nazoeken.
Het komt van het Hongaarse: Gulyás.
Ik wil graag weten wat het Hongaarse woord betekent, maar ik kom daar niet achter (Gulyás verklaring Nederlands: goulash)


Het blijkt dé Nationale Hongaarse schotel te zijn en is SOEP!
Wat hier, in Nederland, goulash wordt genoemd is een ingedikte vorm van deze soep: een vleesstoofpot, die de Hongaren zélf dan weer : Pörköl noemen.

Bij het klaarmaken van goulashgerechten vind ik (op internet) een tijdsduur van 2 ½ uur tot langer. Vermoedelijk is ons goulashrecept, dat maar 30 minuten bereidingstijd vergt, sneller omdat het met kip is en niet met rundvlees.

IK was snel klaar met boodschappen voor het avondeten halen; mijn lief 30 minuten aan het koken.
Daarna  samen met een glaasje wijn erbij en tuttifrutti*) als dessert aan het avondeten: het was het een prima maaltijd





*) tuttifrutti is pseudo Italiaans voor al het fruit en bestaat uit gedroogde vruchten: (meestal) abrikoos, pruim en appel

Rond Soesterberg

Het is zaterdag 20 februari 2021 en 16 graden.

We gaan naar buiten,
waar de vogeltjes fluiten
en het zonnetje zo heerlijk schijnt

Louis Davids zong het ooit en na hem vele anderen.
Wij doen  wat het liedje zegt en gaan op deze op “ lente lijkende dag”  richting Soest rijden.
Er is daar behoorlijk veel te zien,
* de voormalige vliegbasis Soesterberg met Nationaal Militair Museum (dicht vanwege COVID-19)
* een eiken stubbenbos;
* landgoed de Paltz met Landgoedtheater de Kapschuur (dicht vanwege COVID-19)

Twee (Haagse) automobielhandelaren begonnen rond 1901 een burgervliegveld in een heideveld bij Soesterberg. Ze organiseerde daar hetzelfde jaar ook een vliegshow
In maart 1913 wordt het terrein door de Staat der Nederlanden aangekocht en maakte het leger haar eerste vluchten. [Vliegbasis Soesterberg was de eerste militaire vliegbasis van Nederland en het op één na oudste van de wereld]

In de bunkers, die er nu nog staan lagen duizenden kilo’s munitie opgeslagen. 
Misschien verwacht men dat er “ergens” onder de grond nog munitie ligt, want het is hier verboden te scheppen of te detecteren.

We zien een radarmast overal bovenuit steken; de radarantenne werkt nog steeds 24 uur per dag, 7 dagen van de week. Deze radarmast is nog steeds onderdeel van de bewaking van het Nederlandse luchtruim.

Van de “defensie kant” van dit terrein lopen we naar een ander stuk: Het eiken strubbenbos.
Een dergelijk eikenbos werd vroeger om de 10 tot 15 jaar afgezaagd, de stobben  ook wel strubben genoemd, werden gespaard zodat de bomen weer konden uitlopen.

We zien  hier prachtige kleine maar ook grote natuurstillevens.

Dan komen  we  bij het hek van Landgoed de Paltz, dit terrein werd in1874 ontworpen door landschapsarchitecten Copijn en Springer, en was lang tijd in particulier bezit; het is ongeveer  80 ha groot: het Utrechts Landschap beheert  het nu

[Van de twaalf provinciale Landschappen is Utrechts Landschap in 1927 als eerste opgericht, ze beheert nu zo’n totaal 5.800 ha natuurgronden!] Sinds 2014 is  landgoed de Paltz opengesteld voor publiek

Op het doorgaande pad staan bijzondere, goudkleurige lantaarns, en in het bos zie ik een beeld van een haas met een mandje (vroege Pasen dit jaar?) Of is het een kangoeroe?
In de villa zelf is het Herman van Veen Arts Center én Harlekijn Holland B.V. gevestigd. (Harlekijn produceert voorstellingen, concerten en boeken, cd’ s en dvd ’s van Herman van Veen en anderen)


We waren niet de enigen die er wandelden, maar het terrein is groot en we liepen elkaar zeker niet in de weg! Bovendien zijn er veel aspecten die verschillende soorten mensen trekken: vliegtuigenthousiasten ( er staan ook kisten buiten) legergeïnteresseerden ( radarmast, terrein, munitiedepots)  kunstminners (Herman van Veen), natuurminners (bossen)  en fietsers en wielrenners (er lopen fietspaden door het terrein)
Mooi om eens te bezoeken, welke interesse u ook heeft.

Souvenirs -Egypte

Bijna iedereen neemt souvenirs mee als hij of zij naar een ander land gaat. Sommige mensen doen dat ALTIJD, anderen alleen als ze wat moois zien en weer anderen als ze in een “bijzonder” land  zijn.

Ik besloot wat van de souvenirs die we door de jaren heen mee hebben genomen te laten fotograferen en daar een blog bij te schrijven.

Gebruiksvoorwerpen zijn ideale souvenirs dus meestal struin ik, in vreemde landen, markten af
Ook in Egypte. Een prachtig land, maar (in mijn ogen) vreselijk om iets ( wat dan ook) te kopen.
Je MOET afdingen en dat háát ik, ik kan en wil het niet) Rustig kijken is onmogelijk, men stopt iets ongevraagd in je handen, eist betaling, troont je mee naar dingen die je niet wil, heel opdringerig.
We hebben daar met een Egyptenaar over gesproken, hij begreep ons, maar, zei hij ; HET WERKT! Toeristen kopen!

Een keer zag ik een klein lokaal marktje. Ik bekeek het een tijdje vanaf een terrasje. De paar kooplui zaten op een stoeltje achter hun tafeltje, stonden NIET op als er iemand in de buurt kwam, misschien kon ik daar even “ongestoord” kijken!
Dáár kwam, voor het eerst, niemand op me af om me mee te tronen naar iets dat ik NIET wilde zien, iedereen zat en bleef zitten. Er zat een oude vrouw met houten voorwerpen. Eén ding trok mijn aandacht en ik vroeg wat het was. Ze sprak geen andere taal dan Arabisch en dat, helaas, spreek ik niet, maar met handen en voeten kwamen we een heel eind.
Ze opende. op mijn verzoek, een houten “vaasje” eruit kwam een eveneens houten pennetje; beide mooi bewerkt. Maar waar was het voor wilde ik weten. Ze wees op een schaaltje voor haar met, het leek mij een soort kolengruis.
Ze maakte een gebaar dat dát in het “vaasje” hoorde. Ik glimlachte, dát snapte ik, maar wat doe je er mee?
Dat was te abstract! Ik maakte een gebaar van eten. Nu schaterde ze ( hoofd achter in de nek, zonder tanden)
Toen ze uitgelachen was, pakte ze het houten pennetje stopte het in met gruis gevulde schaaltje en deed alsof ze haar wenkbrauwen verfde, ze pakte een spiegel, keek er in en zei vermoedelijk iets van MOOI.
Ik snapte opeens het kolengruis, het was kohl! Dat gebruikt werd als mascara.
[Later las ik thuis dat men denkt dat de eerste mensen die kohl voor “make-up “gebruikte de oude Egyptenaren waren,  het was toen een substantie met  onder andere roet erin! ]

Mijn tweede souvenir heb ik niet zelf gekocht en dus ook niet zelf uitgezocht.
In een museum hadden we alles uitgelegd (Engels) gekregen over canopen: grafvazen.
De oude Egyptenaren verwijderden maag, darmen, longen en lever van de doden, deze werden bewaard in canopen (grafvazen) en vergezelden de dode in zijn graf.  Die grafvazen hadden een deksel met een dierenkop of mensenhoofd als deksel. Die gebeeldhouwde dekseltjes stelden de 4 zonen van Horus *) voor. De lever zat in een vaas met een mannenhoofd als deksel, de maag in een vaas met een jakhalzenkop, de longen hadden een bavianendeksel en de darmen een valkenkop.

Iemand uit ons reisgezelschap bij die excursie vroeg waarom we ons altijd afzijdig hielden als er iets verkocht werd.
Ik vertelde dat we niet van afdingen houden en dat dus ook niet doen. Zij vond het juist een sport en énig en ze kon het goed zei ze. Als ik haar geld gaf wilde zij wel afdingen en kopen.
Ik vertelde van de canopen en hoeveel geld ik daar aan wilde besteden en gaf het haar.
Ik weet nog de teleurstelling die ik  voelde toen ze terug kwam met deze ene canope ( ik vind “goudkleurig” eigenlijk nergens mooi voor, máár dát had ik niet gezegd) Ook deze, naar eigen zeggen “goed afdingende dame”, had maar één, en dan nog niet eens mooie, canope voor € 20,- kunnen kopen!

Toch (mede)vertegenwoordigt dit “rare”, niet zo mooie, goudkleurige beeldje een hele bijzondere rondreis door Egypte én  hun oude geschiedenis!

Als laatste souvenir een gebruiksvoorwerp.
Een echt afschuwelijk kitscherig ding, maar o wat was ik er daar blij mee: een waaier!
Het was, in het Koningsdal zó heet (boven de 40%). Ergens stond iemand deze waaiers te verkopen, schreeuwerige kleuren, plastic. Gewoon betaald, niet afgedongen.
Een waaier gaf je het gevoel dat je wat aan de hitte doen kon, jezelf een koeltje toewapperen.
De omgeving, de beelden het was er zó mooi!
De waaier is een prachtige herinnering mét het gevoel erbij ; HEET!





*) Horus, de zoon van Osiris en Isis

Eem- en Gooikust

De sneeuw uit de tuin was op één plek na, helemaal weg.
Die plek was er omdat mijn lief alle sneeuw die ooit voor de voordeur lag, dáár heeft neergegooid.

Het was gisteren lekker weer, bijna zacht te noemen.
We besluiten te gaan wandelen: langs de Gooi- en Eemkust.
Dát staat op het bordje, zodra we het  tourniquethekje door zijn. Er staat ook dat vrije wandeling op gemarkeerde route mogelijk is. We liepen, maar zagen nergens iets dat ook maar leek op een gemarkeerde route.

Een gigantisch “veld” met gras en mos, met aan de ene kant een paadje langs het Gooimeer, aan de andere kant rijen berkenstammetjes (bosje?) en daar weer naast de 27.
We besloten een “vierkantje” te lopen, te beginnen aan de kant van de berkenstammetjes en de mooiste kant (langs het water) voor de terugweg te bewaren.
We hadden laarzen/hoge schoenen aan.

Als sneeuw smelt wordt het water.
Water op een gras/mosland zakt wel weg , maar hoe diep?
Ik kan u nu vertellen: Niet erg diep.
We kwamen terecht in een soort moeras. Op sommige plekken stonden vennetjes, duidelijk zichtbaar; op andere plekken leek het alleen gras en mos, maar was het echt zompig.
Het wordt een spannende wandeling: houden we droge voeten of nét niet?
Er was daar niemand.
Halverwege zien we vóór de berkenstammetjes een plek SNEEUW. Dáár in de schaduw was nog een plek met ongesmolten witte sneeuw.

We “steken over” en lopen aan de andere kant op een soort paadje langs het water.
Prachtig is het daar. Gek genoeg is het minder drassig dáár dan aan de andere kant.
We komen een witte herder tegen met een enorme tak in zijn bek; hij staat stil, schat ons in, maar loopt dan door. We zien er  zeker niet “sterk” genoeg uit om een dergelijke tak flink ver weg te gooien; zijn baas, een stuk verder  achter hem heeft meer oog voor zijn foon dan voor de hond.
De herder loopt verder met een “dan draag ik hem zelf wel” houding

We gingen weer een tourniquetje door en komen dan op een breed pad.
Dáár begonnen de eerste regendruppels te vallen.
Het was ook té mooi om waar te zijn: de ene dag witte drab, de volgende dag (bijna) alles weg en lekker weer!
De lente is in aantocht, maar niet zo snel als we zouden willen.