Blog

Uitgelicht

Auto’s:icoon van de jaren zestig.

Ik schreef al eerder over de Volkswagen kever.
Minstens zo iconisch is het volkswagenbusje dat voortkwam uit een schetsje van een Nederlander (VW importeur Ben Pon) dat hij maakte toen hij eens de fabriek bezocht (die schets was ooit te zien in het Rijksmuseum)

Er waren vele namen voor dit busje, dat stond voor VRIJHEID: de (mede)passagiers hadden ruiten rondom zodat ze de omgeving goed konden zien; de eerste camper, die toen nog niet zo heette maar wel namen had zoals Transporter, Minibus, Hippe Van, Bulli (samenvoeging van Bu(s) en Li(eferwagen)(= Bestelwagen) [De extra “l” was gedaan om de leesbaarheid te vergroten]

In 1949 ging de Volkswagen bus Type 2 in productie,  eerst alleen in het blauw! ( Type 1 was de VW kever)
Volkswagen bouwde het busje met dezelfde techniek die ook in de Volkswagen Kever werd gebruikt met een nieuwe grondplaat maar wel met hetzelfde motortje (van 25 pk)

Er werden in de loop der jaren miljoenen van deze busjes gebouwd.

Het busje werd gebouwd als transportmiddel voor, wat nu heet; het midden-en kleinbedrijf. In de jaren’60 werd het een hippie vervoermiddel, vaak met bloemen beschilderd (FlowerPower)

In 1972 werden, vanwege aangescherpte veiligheidsvoorschriften een aantal wijzigingen aan het busje doorgevoerd

Sinds vorig jaar is er een “opstanding” van de Volkswagenbus: de VW volledige elektrische 5 persoons ID  Buzz en in de lente van 2024 wordt een 7-persoons versie van de ID Buzz verwacht.

De  elektrische ID Buzz heeft een actieradius van ruim 400 km en een accupakket van 77kWh (Er wordt  een rijtraining bij gegeven zodat de koper de maximale actieradius kan bereiken.
Het is een duurzame auto geworden; voor de bekleding geen leer of andere dierlijk materialen; de stoelbekleding, het tapijt en de hemelbekleding is gemaakt van gerecyclede producten, zoals petflessen.

Ik ben benieuwd of dit ook zo’n verkoop succes wordt als het busje van weleer, waar veel mensen nog nostalgische gevoelens voor koesteren



Uitgelicht

Lage Vuursche

Soms gaan we ná het wandelen ergens iets drinken.
Deze keer gaan we eerst een terrasje pakken.

Een jarige, die zijn verjaardag niet wil vieren, wil wel met ons op zijn verjaardag uit eten gaan.
Hij kiest de locatie en het menu: De Lage Vuursche en pannenkoeken.
Er zijn veel restaurants in de Lage Vuursche, de specialiteit is overal pannenkoeken
Welk restaurant we gaan maakt de jarige niet uit, als we maar op een terras kunnen zitten, in de zon en lekkere pannenkoeken kunnen eten.

We lopen door een (dé) straat van de Lage Vuursche: er zijn daar heel wat restaurants. Keuze stress want nogal wat restaurants met een terras in de zon.

Dan zien we een bord  staan met daarop “de lekkerste pannenkoeken”.
We hebben ons restaurant gevonden.


Natuurlijk ben ik ook even binnen geweest, een leuke ruimte met veel groene planten, zelfs een muur van de toilet heeft een planten, (geborduurde, lijkt wel) wand!

De pannenkoeken zijn inderdaad zalig, de bediening is snel en heeft humor!

We hebben eerdere ervaring met horeca in de Lage Vuursche: alles gaat daar vroeg dicht.
Dus vragen we vóór het eten, hoe laat ze sluiten; half 8 gaat de keuken dicht, 8 uur de zaak!

Na het eten wil de jarige met ons een stuk daar in het bos wandelen om daarna nog op hetzelfde terras koffie te drinken. Zo geschiedt.

De Lage Vuursche had (verleden jaar en misschien nog wel)  210 inwoners,
Inwoners die, in vaak, van de buitenkant bezien, knusse, witte huizen ( mét luikjes) wonen.


We lopen de kasteelroute.
Het kasteel is – Kasteel Drakensteyn, het in 1959 privé aangeschafte landgoed van Prinses Beatrix. Van 1963 tot 1981 woonde ze hier, eerst alleen, toen met Prins Claus.
Van daar verhuisde ze naar Huis ten Bosch in Den Haag

Sinds 2014 is ze weer terug op Drakensteyn, alléén. Naast de begraafplaats waar haar zoon Friso (1968-2013) begraven ligt.

De wandeling leidt ons langs veel hekken van dit kasteel (met camera’s) we zien ook de voor-en een achter in/uitgang.

Het is een mooi bos, dat wandelaars graag mooi willen houden, getuige een groen papieren oproep aan paardrijders!

Onderweg zien we verschillende van takken gebouwde wigwams, tekenen dat er nogal wat kinderen in dit bos actief zijn.

We redden het om op tijd terug te zijn om nog een kop koffie ( of 2) te drinken. Dan gaat de bediening echt opruimen en nemen we afscheid van het “Vuursche bos” en lopen terug naar de auto.

Wij én de jarige vonden het een geslaagde middag/avond met heerlijke pannenkoeken op een gezellig, meestentijds zonnig, terras.

Uitgelicht

BlablaBus

Gisteren, op weg naar de Achterhoek kwamen we, op de snelweg een Blablabus tegen.
Ik had nog nooit van een dergelijke bus gehoord, dus ben ik eenmaal thuis eens opgaan zoeken wat dat voor een bus is.

blablaEen dochter van de Franse Spoorwegen Ouibus ( Opgericht in 2012) is begonnen met het concept; een langeafstandcarpooler.

Er zijn ritten van Amsterdam naar onder andere Brussel, Parijs en Londen met een tussenstop  in Antwerpen, De nieuwe internationale busdienst rijdt via zestien routes door de Benelux. De startprijs voor een ticket van Amsterdam naar Brussel is vijf euro. In de bus zijn stopcontacten,toilet én is Wifi beschikbaar.
Ik heb even een voorbeeldje gezocht: Amsterdam-Sloterdijk naar Parijs ,vertrek om 7.00 uur aankomst Parijs 15.15uur  prijs € 22,- óf
10.00 uur vertrekken en 21.30 aankomen in Parijs en € 23,- betalen.(Ik denk dat die laatste bus een “ommetje”maakt)*

In Nederland rijdt de  BlaBlaBus in eerste instantie van en naar AmsterdamSloterdijk, Schiphol, Utrecht, Rotterdam en Den Haag en “binnenkort”(las ik) naar meer dan 400 bestemmingen in tien Europese landen.

Met de inzet van langeafstandsbussen gaat BlaBlaBus de concurrentie aan met FlixBus**)(intercity bussen van een Duits bedrijf)  en Eurolines, een groep van 29 onafhankelijke busbedrijven die samen het grootste langeafstandsbuslijnen netwerk van Europa (opgericht in 1985)  hebben.

Door de kleuren van de bus valt de Blablabus flink op.
Ik heb niet kunnen uitvinden waar de Franse de naam vandaan hebben: Blabla.
In het Nederlandse woordenboek staat bij blabla, geleuter, gezever, gezwam.
Het Franse (online) woordenboek komt met “opgeblazen gezwets”
Er moeten toch meer betekenissen zijn wil je een busonderneming zó noemen?

 

*) Zie https://www.busbud.com/nl/bus-schedules-results/u173zq/u09tvm?outbound_date=2019-10-29&adults=1

**) Flixbus noemt zichzelf het grootste busbedrijf ter wereld met 45 miljoen passagiers in 2018, waarvan 3,5 miljoen mensen in Nederland.

Verslavend:  Legpuzzels

Het begon met een vriendin die aan het legpuzzelen was. Ze gaf ons eentje mee, die ze net af had.
1000 stukjes. We begonnen er thuis meteen aan. Leuk om af en toe te doen (we hebben grote eettafel en kunnen puzzelen en houden ruimte voor het eten over)

Toen de puzzel af was kregen we een andere van een familielid, die de onze meenam. Weer 1000 stukjes. ( minder doen we niet)

Nadat deze af was gingen we naar de kringloopwinkel voor een volgende puzzel, die had 1500 stukjes ( € 2,-) en daarvoor moesten we een stuk aan ons hardboardondergrond plakken.( en werd de ruimte naast de puzzel kleiner( dát vonden we niet voor herhaling vatbaar)

Ik werd zo langzamerhand wel eens nieuwsgierig naar wie de legpuzzel eigenlijk “uitgevonden“ had en waarom.

Dat bleek een  Britse cartograaf, John Spilsbury( 1739-1769) te zijn geweest.

De eerste ” puzzel” was een houten afbeelding van een landkaart, in 1760; hij zaagde langs de grenzen én in stukken. De bedoeling was dat leerlingen door de stukken inelkaar te zetten, de topografie leerden.

Wij zetten onlangs een puzzel van  de landkaart van Europa in elkaar met afbeeldingen van typische landsplaatjes, zoals dubbeldekbus en  doedelzak. (Toch nog best moeilijk:  een windmolen in Spanje vond ik niet voor de hand liggend, totdat ik de link met  Don Quichot legde)



Aan het eind van de 19e eeuw kwamen de eerste puzzels van karton!

Dé hit op puzzelgebied NU zijn de puzzels van striptekenaar Jan van Haasteren (1936-  )

Wij vonden (wederom bij een kringloopwinkel) een van Haasterenpuzzel voor € 3,50, de Olympische Spelen. Leuk om te doen, zoveel te zien!

We zagen op internet dat de fabriek(Jumbo) een service heeft dat als je de aankoopbon van de puzzel nog hebt, je een formulier kunt invullen om een ontbrekend stukje te claimen)

Er zij diverse puzzelfabrieken. De meeste puzzels die we maakten waren of van Ravensburger (nummer 1 in Europa, sinds 1891 maker van Legpuzzels)  of van Jumbo (een gezelschapspelen fabriek die omstreeks 1956 een kartonnagefabriek kocht  en toen zelf puzzels ging produceren. 

Ook waren een paar van onze Kringlooppuzzels van het merk King, dat een Nederlands bedrijf uit Zaandam blijkt te zijn en een enkele van R&B en Grafix.

Wat leuk was van de Kringlooppuzzels (goedkoopste € 1,50, duurste 5,50, maar dat waren er dan ook 3 in een doos)
dat vaak de rechte stukjes in een apart zakje zaten.
Wij vonden dat een bonus, hoefden we niet tussen ALLE stukjes de rechte stukjes uit te vissen, dat hadden de vrijwilligers van de Kringloop al gedaan!

Eén keer hadden we een stukje te kort, én een keer 3 stukjes ( die waren nagetekend en ingekleurd zodat de koper dat vóór de aankoop wist). Attent.
Verder waren alle puzzels compleet!

We maakten ook klassiekers , zoals “Dans in een Vlaamse salon” van Frans Francken II en voorstellingen van Anton Pieck

Wat ook bijzonder leuk was om te doen was een puzzel maken die de Jumbo in had laten maken van hun winkel in Zelhem. Die puzzel kregen van familie en aan het maken hebben we veel plezier aan beleefd

Slechts één keer hebben we een puzzel niet afgemaakt, de lucht was een vreselijk groot stuk egaal blauw, en op vorm stukje voor stukje blauw proberen vonden we geen succes. We hebben het puzzelen gestaakt (ook meteen de puzzel weggebracht, uit ons blikveld)

Een bijzondere puzzel was de “What if” puzzel. Dat is een puzzel die OP de doos wel een afbeelding laat zien, maar NIET de afbeelding die gemaakt moet worden. Heel apart en best moeilijk om te bedenken wat er WERKELIJK gebeurd zou zijn, op het moment ná de afbeelding van de doos.

Puzzelweetjes:

De grootste puzzel ooit telde 54.000 stukjes en was 864 x x 204 cm groot.

Een puzzelstukje is HET symbool van Autism speaks (2005 opgericht)

Het schijnt dat tijdens de Coronacrisis toen vele mensen thuis moesten blijven, legpuzzels enorm in trek kwamen. Ook tijdens de Grote Depressie rond 1930 werden legpuzzels enorm populair!

Er zijn ook 1000 stukjes puzzels in een prachtig blik ( je zou er zo een koektrommel van kunnen maken)

Tot slot nog wat afbeeldingen van puzzels die we, tussen ons gewone leven door, gemaakt hebben:

Paardenkastanje

Op dit moment staan de paardenkastanjes volop in bloei.

Het is een behoorlijk gezoem bij zo’n boom, want een bloeiende kastanjeboom trekt veel insecten aan.

Zo’n bloeiende boom is een soort bloemenpark in de hoogte

Er zijn in Nederland meer witte ( die tot 25 meter hoog kunnen worden) dan rode (max.20 meter hoogte) paardenkastanjes.

Vroeger geloofde men dat er in paardenkastanjes heksen huisden!
Bij elke boerderij die een beetje buitenaf werd gebouwd plantte men meteen een paardenkastanje.
Dan zou, als er een heks kwam, deze in de kastanjeboom gaan huizen en de boerderij (én de mensen) met rust laten.

De vrucht van de kastanje zou ook helende werking gehad hebben voor paarden, men gaf vroeger rijpe kastanjes aan hoestende paarden, ze genazen dan ( zo wordt er verteld)

Mensen hadden een glimmende kastanje in hun zak om jicht en reuma af te wenden ( wel tijdig kastanje vervangen, want als deze dof werd, stopte de werking).

Paardenkastanjes zelf zijn giftig maar van de bast, bladeren én het zaad worden middelen gemaakt die bloedvaten kunnen versterken en de doorbloeding zouden verbeteren (aescine)

Aan het begin van de steel van het blad zit een hoefijzervorm, vandaar de naam
( ik heb een blad afgeplukt maar dan is het hoefijzer NIET te zien, vermoedelijk alleen te zien als het blad ZELF afvalt

De klompenwacht

In Nederland waren klompen vroeger ideaal schoeisel voor de modderige gronden.
Bovendien konden boeren en arbeiders geen leren schoeisel betalen.

Toch komt de klomp niet oorspronkelijk uit Nederland maar uit  Noord Frankrijk, wel is de oudste klomp ooit in Amsterdam gevonden: een klomp uit 1230!

Toen ik van plan was “iets” over klompen te schrijven gaf een familielid me nieuwe info; over de klompenwacht!
Ik had daar nog nooit van gehoord!

Tot 1908 werd de beveiliging van het koninklijke paleis waarin Koningin Wilhelmina huisde gedaan door de tuinlieden! Ze stonden ook op wacht bij het paleis en werden de KLOMPENWACHT genoemd.

In 1908 wees koningin Wilhelmina de beveiligingstaken echter toe aan de marechaussee.
De marechaussee was in 1814  opgericht door koning Willem I ( 1772-1843) ter vervanging van de gendarmerie ( =Frans, afgeleid van “gens  d’armes “= mensen met wapens)

Ná de Franse bezetting had het woord “gendarmerie” een nare bijsmaak, dus noemde koning Willem I het korps Marechaussee, afkomstig van het woord maarschalkerie, heel vroeger was dat een paardenknecht/stalknecht ( 1086)
De marechaussee werd onderdeel van de landmacht.

Het embleem van de marechaussee is gebaseerd op de gendarmeriegedachte, het beeld beeld daarvan: de granaat;
de kroon toont de verbondenheid met en de trouw aan het koningshuis en
het hoefijzer grijpt terug op het paardenverleden van het korps

De taken van de marechaussee waren vroeger politietaken voor de krijgsmacht, maar ook politie voor de burgers *( in bep. plaatsen zoals Venlo vroeger, was de marechaussee begin 19e eeuw, de énige politie) Werknemers van de marechaussee zaten in kazernes zodat ze ook ’s nachts paraat waren

Nog even terug naar de klompen

* in Nederland werden en worden klompen gemaakt van populieren- of wilgenhout.
* Sinds 1920 worden klompen beschilderd, waar het van de klompenmaker afhing wát erop de klomp geschilderd werd.
*Het blijkt dat het vroeger van de grondsoort waarop men liep afhing welke kleur de klompen hadden :op kleigrond waren ze zwart en op zandgrond geel geschilderd.
* Eén enkele klomp wordt ook voor andere dingen gebruikt: om een plant in te zetten of als vogelhuisje bijvoorbeeld



*) De militaire rang van maarschalk (staat boven generaal) is in Nederland sinds 1914 niet meer van kracht!

Salami (techniek)

Altijd gedacht dat salami varkensvlees was, nu kocht ik rundersalami, dus dat bestaat ook!
Nagezocht en wat blijkt: zelfs salami gemixt van rund én varken bestaat!

Dus als je allergisch voor varkensvlees bent (die mensen ken ik) dan is (runder) salami mogelijk.
Dat salami een Italiaans woord was vermoedde ik al, ik wist niet dat het een meervoudsvorm van salame is, dat zout vlees betekent.

Vrijwel alle salamisoorten bevatten knoflook, maar cervelaatsalami niet!

Er bestaat ook een salamitechniek las ik nu; een onderhandelingstechniek waarbij het proces wordt opgedeeld in kleine “hapklare brokken” om zo eerder tot overeenstemming te komen ( er hoeven dan maar “kleine “concessies door partijen gedaan)
Misschien zijn ze dat nu bij de formatieonderhandelingen aan het doen?
salamitechniek!

Behalve Italianen houden ook Fransen van salami, althans de techniek ervan:
ik las dat de (slimme)  Fransen verleden jaar de salamitechniek toegepast hebben op hun tolwegen (Péage) Ze ontdekten dat als je van het eerste tot het laatste tolstation rijdt je méér tol betaalt dan wanneer je (een paar keer) de snelweg verlaat en er dan meteen weer opgaat

Waar je salami (techniek) al niet voor kan gebruiken.

Veluwe aan Zee

Veluwe aan Zee? Ja, als je de Randmeren een “zee” mag noemen.
Er zijn stranden en er is waterrecreatie; surfen, kiten en waterfietsen, zandstranden om zandkastelen te bouwen of om zó het water in te lopen en te zwemmen. Maar je kunt er meer: ook  paintballen, quadrijden en pitch & putt spelen behoort tot de mogelijkheden.

Dat laatste doen wij nog al eens en daar tussen door genieten we van een drankje op het terras bij Playa de Veluwe aan het Nuldernauw

Pitch & putt is een soort shortgolf; iedereen kan het spelen (geen golfbewijs nodig )
Behalve pitch & putt kun je daar ook waterfietsen, suppen en kano’s huren, met grote gezelschappen barbecueën en

je kunt er zelfs blijven slapen, want er is een Bed & Breakfast boven het restaurant.

Om de Randmeren ligt 150 km vrijliggend fietspad

In dit gebied zijn zo’n 18 beschermende vogelsoorten te zien. Toen wij er waren hadden de eigenaren van de Pitch & Putt de dag er voor 3 zeearenden zien overvliegen. Later vond één van hen een karkas van een knoeperd  van een brasem op de baan.
3 Zeearenden en een “lege” brasem bij elkaar, dan zou het best zo kunnen zijn dat minstens één zeearend een lekker maaltje heeft gehad.

Wij zagen weleenswaar geen zeearend, maar wel stond een zwaan net van haar nest op en konden we  haar 6 eieren zien liggen.
Dus over afzienbare tijd zijn er ook kleine zwaantjes te zien.

In minstens één nestkastje ( dat met de kleuren van FC Utrecht) zaten jonge vogeltjes. Op het terras zittend zagen we pa en ma koolmees met voedsel af en aan vliegen (30 tot 50 voedingen per uur)

Er voeren nogal wat boten voorbij (het was een mooie dag) speed- en zeilboten en “werkverkeer”.

In de Randmeren liggen 15 onbewoonde eilandjes. Het schijnt dat je bij veel van hen met boot kunt aanleggen; ook óp het water is het goed toeven.

Kortom een prima vakantieplek.
(Wij waren er gedurende de meivakantie ( Gelderland van 4-12 mei.)



’n Stelling over een Moeder

“Als moeder ben je zo gelukkig als je ongelukkigste kind”

Onlangs hoorde ik voor het eerst deze stelling.
Ik heb lang nagedacht of dit voor mij zo voelt.
Nú met volwassen kinderen én toen ze nog klein en onder mijn hoede waren.

En ik ben tot de conclusie gekomen dat er zeker een grond van waarheid in deze stelling schuilt.

“Gelukkig” vind ik een moeilijk woord. Wat betekent “gelukkig”?
Is mijn “gelukkig” hetzelfde als jouw “gelukkig”?

Laten we voor het gemak dat laatste even aannemen.
Hoe weet je dan of jouw kind “gelukkig” is?

Als hij of zij klein is, gevallen en huilt, weet je als moeder zeker dat het kind NIET gelukkig is, maar later? Als ze groot zijn?
Als een zoon of dochter opbelt of langskomt en letterlijk zegt ”Mam, ik ben zo ongelukkig” pas dán weet je het zeker.
Maar meestal vertellen ze het je niet zó.
Meestal hoor je een stukje “verhaal” waaruit je als moeder wéét ( dát stuk “wetenschap” krijg je mee zodra een kind jouw baarmoeder verlaat) mijn kind is NIET gelukkig!

Dát is dan een momentopname, terwijl een moeder piekert over haar kind, is (soms) het (volwassen) kind al weer een fase verder.Gelukkig of misschien minder ongelukkig!

Ik denk dat bij de geboorte van een kind, een stukje “kind” IN de moeder blijft zitten en dat dát stukje kind ALTIJD bij een moeder blijft, zelfs al is ze 101 en haar kind 74! Dát stukje zorgt voor de betrokkenheid, voor de dingen die een kind NIET zegt, maar die een moeder voelt.

Ieder mens moet zijn/haar eigen leven leiden; niemand heeft er wat aan als je met een ander
mee lijdt, maar een moeder voelt wél dingen die een ander niet voelt, daarvan ben ik overtuigd.
Maar of het altijd klopt wat ze voelt…….

Terug naar de stelling: “Als moeder ben je zo gelukkig als je ongelukkigste kind”
Ik denk dat deze stelling in zekere zin voor de meeste moeders ten dele geldt, als je er rekening mee houdt dat “gelukkig”(of ongelukkig!)  geen staat is waarin je 24 uur per dag in bent.
Het is meer een “constant bewust zijn van”.

Je bent je, als moeder, bewust dat jouw kind niet happy is.
Als het kind klein is, is er troost, een kus, een aai een opwekkend woord mogelijk en wérkt dat (meestal)!
Als het kind volwassen is, is dat zelfde ook nog mogelijk (als je fysiek bij elkaar kunt komen) Maar hoe groot is de werking van die aai, knuffel, troost dan?

Als moeder kun je niet meer, dát voelt vaak ontoereikend
Accepteren dat ieder zijn/haar eigen leven leidt, dat je “bij kunt staan” maar NIET iemands leven leiden, dat kun je als moeder niet leren, dat moet je “afleren”.


Nationale Vogelweek

Van 11 t/m 19 mei vind je op de 11 mei website van de Vogelbescherming (WWW.vogelbescherming.nl) veel (vaak gratis) vogelexcursies door het hele land.

Het is dan de

Vast wat vogelfeitjes vooraf:

Kiekendief (roofvogel): er zijn (wereldwijd) 13 soorten allemaal vleeseters.
Het zijn bijna allemaal grondbroedvogels (ze maken geen nest in de bomen maar op de grond)
In Nederland (en België) komen als broedvogel 3 soorten kiekendieven voor.
Tijdens het broeden brengt het mannetje prooi naar het vrouwtje.
Zij haalt die in de lucht op; ze gaat dan op haar rug vliegen, zodat het mannetje de prooi in haar klauwen kan gooien.
Dat lijkt me een spectaculair gezicht!

’n Roerdomp tref je zelden aan, maar als je hem ziet staat hij vaak in de paalhouding= het imiteren van een pol riet door stijf rechtop te gaan staan.
Het werkwoord van het geluid wat hij maakt ( om een vrouwtje aan te trekken) heet “hoempen” en klinkt alsof een mens op een fles blaast.

Lepelaar
Het aantal lepelaars groeit in Nederland ieder jaar. Aan zijn apart gevormde snavel is hij goed te herkennen. Vliegend in de lucht houdt een lepelaar zijn lichaam helemaal gestrekt

Mussen (zangvogels) Er zijn 49 soorten mussen, de bekendste daarvan is de huismus. Dat zijn echte huismussen, ze gaan zelden meer dan een paar honderd meter van hun “huis”/tuin

Grutto
Ze overwinteren meestal in West Afrika, maar ook wel eens in Zuidwest Europa.



Grutto’s keren vrijwel altijd terug naar de plek waar ze voor het eerst gebroed hebben! Als ze op de terugweg, vlak bij “huis” overvallen worden door late vorst of sneeuw wijken ze uit naar de Waddenzee, meestal is daar genoeg voor ze te eten. Ze beginnen dan aan hun broedseizoen als alles weer ontdooid is en het “echte” voorjaar begint.

Als ze een nest maken zit dat in een graspol verstopt. Door een graspol snel op te warmen (dat doen ze met hun lichaamswarmte) gaat de pol snel groeien; zo wordt het nest prima verstopt
(op de foto dus niet!).

Scholekster (steltloper) zoeken een kaal plekje uit om hun nest te maken, daar maken ze een ondiep plekje; na 25 a 27 dagen broeden komen de kleintjes. De ouders voeren ze dan een tijdje

Meerkoetennest
Een meerkoetennest kan bij veel wind of golfslag wegspoelen. Het meerkoetenpaar confisqueert dan vaak een futennest, dát is zo gemaakt dat het met de golven meebeweegt



Futen laten dat gebeuren, ze kunnen niet op tegen deze “agressieve” buren en gaan dan verhuizen

Eenden.
Soms liggen er een paar (koude) eendeneieren in een eenzaam nest aan de waterkant. Dit hoeft NIET verlaten te zijn. De eend kan dan nog bezig zijn met leggen. Zo lang het nest niet “vol” is mogen de eieren nog koud zijn, pas als ze echt gaat broeden, moeten de eieren warm blijven. Zó komen alle eieren op hetzelfde moment uit.

Hemelvaart!

Extra vrije dag voor velen.
Niet voor allen; onze familieleden in de zorg en bij de politie werken gewoon, maar degene die vrij hebben gaan vaak iets “ actiefs doen”.
De sporters sporten.
Ook gaan mensen kijken bij  dat sporten of de natuur in.
Sommigen al heel vroeg: dauwtrappen ( al in Germaanse tijd stonden mensen omstreeks deze dag  een keer vroeg op, om op blote voeten door de dauw te lopen! ( de dauw zou een zuiverende werking hebben)


De tijd dat mijn lief met zijn radiografische heli op pad ging ligt achter hem.

de heli staat met ingevouwen wieken op zolder. Kijken naar radiografisch bestuurbare vliegtuigen doet mij lief nog steeds graag.

Op Hemelvaartsdag, hoe toepasselijk, vliegen er mensen op een afgezet veld in de buurt met radiografisch bestuurbare vliegtuigen. Wij fietsen daarheen.

We zien een zweefvlieger en een sportvliegtuigje de lucht in gaan. Ik kan niet zo goed fotograferen dat één van deze vliegtuigen in de lucht ook daadwerkelijk op een foto te zien is!( de foto’s waren er wel; de hemel was te zien; de vliegtuigjes niet!)

Wat altijd gebeurt als je bij zo’n vliegveldje staat te kijken is dat een andere omstander, die veel verstand van vliegtuigen blijkt te hebben, jou alles gaat uitleggen, of je het zelf al weet vraagt hij niet (altijd een HIJ)
Ik heb daar geen geduld voor, mijn  lief wel!

Ik ga foto’s maken van de vliegtuigjes en de bijbehorende attributen; in dit geval is er, behalve reservezenders, snoeren en brandstof  ook een witte herder bij, die heel blij is met mijn aandacht. De baas kijkt alleen maar naar zijn “speelgoed” en rennen mag hij hier niet, dus een aaiende omstander is van harte welkom.

Een veld, gehuurd van de gemeente, was duidelijk afgezet en de wandelaars die wij zagen, liepen keurig om de linten heen.

Als de eigenaar van een vliegtuigje wil gaan landen roept hij: Ik ga landen
Een andere vliegtuigbezitter kijkt dan of het landingsveldje vrij van publiek (dieren) is en roept dan: landingsbaan vrij.
Dán pas kan de landing ingezet worden.
Safety first, ook zonder heli’s!

Op Hemelvaartsdag hebben we dus iets toepasselijks gedaan: naar de hemel gekeken!

Houden van je Woonomgeving

Een familielid, die in een ander deel van Nederland woont, appte me onlangs onderstaande foto, die hij maakte vlak na het avondeten, tijdens een ommetje niet ver van zijn huis.
Hij appte dat hij zich zo goed voelt in die contreien.

Ik ben blij met zo’n bericht.
Niet alleen dat het fijn is als iemand van wie je houdt het in zijn woonomgeving naar zijn zin heeft, maar het maakt jezelf ook weer bewust van hoe fijn het is dat je je senang voelt op de plek waar je woont.

Dat is namelijk (lang) niet altijd het geval.
Ik ken mensen die in een grote stad wonen en daar graag weg willen, maar door hun banen de stap naar het “platteland” niet kunnen maken.
Mensen die ergens wonen waar ze het naar hun zin hadden, maar door de gewoontes van nieuwe buren (geluidsoverlast) zo veel mogelijk proberen uit huis te zijn.
Kortom het is fijn als je wél kunt houden van je de omgeving waar je woont.

Kort na de ontvangst van de app met foto gingen we, vlakbij huis, na het eten “even” de natuur in; dit keer geen “rondje” lopen, maar een” vierkantje” fietsen.
Vlakbij huis een dijk op en meteen het eerste fietspad naar links de weilanden in. (een ooievaar stond ons op te wachten)

Een zicht op oneindige weilanden met een lang fietspad daar tussen in, dan een afslag naar rechts en een stuk verderop weer een lang fietspad naar rechts totdat we weer op de dijk zijn.

De boeren hebben hier geen koeien meer (of ze staan op stal) Ze hebben een overeenkomst met een (of meerdere?) natuurorganisatie(s): ze werken samen aan een gezond vogel bestand.
Er zijn sloten en vennetjes met eenden, ganzen en zwanen, en in de weilanden zien we hazen.
Op een enkel weiland grazen nog een paar schapen.

Met een verrekijker zien we de stokken (NIET MAAIEN DAAR betekenen)  die vrijwilligers hebben neergezet om de kievitsnesten te markeren

Af en toe vliegt er een kievit krijsend op, kennelijk komt iets (wij?) te dichtbij.
De grutto loopt op zijn lange poten door een plasje en in de sloten kwaken kikkers. (onwetend over de nabijheid van de ooievaar!)

We zien een man op een tractor, hij groet
Verder amper een mens te zien.

Ook wij wonen op een plek waar we ons senang voelen.
Fijn om je dat weer even superbewust van te zijn!
Dank familielid!