Zelf gevonden steenvruchten e.a.*)


Gemiddeld hebben walnotenbomen 10 tot 15 jaar nodig vóór ze vrucht dragen
Waarschijnlijk hebben we daarom vroeger, wandelend met de hond nooit noten zien liggen onder een boom in het park.
Sinds we die wél ontdekt hebben gaan we in “notentijd” (nu zonder hond) altijd een paar keer noten rapen, schoonmaken en laten drogen in de schuur vóór ze aan consumptie toe zijn.

Ik hoorde van een boer dat walnotenbomen vroeger op het boerenland (vaak dichtbij het melkhuisje) werden geplant om vliegen en muggen van mens en vee weg te houden.

Walnotenbomen hebben veel licht en ruimte nodig en staan daarom vaak solitair, ze kunnen honderden jaren oud worden.



Walnoten worden  superfood genoemd, ze bevatten omega-3-vetten en vezels, magnesium, vitamine E, polyfenolen, eiwitten, kalium, plantensterolen, vitamine B6  arginine, melatonine, koper en zink.



Walnoten worden  superfood genoemd, ze bevatten omega-3-vetten en vezels, magnesium, vitamine E, polyfenolen, eiwitten, kalium, plantensterolen, vitamine B6  arginine, melatonine, koper en zink. Het eten van walnoten schijnt te “helpen” tegen stress en hoge bloeddruk en bij mannen wordt de kwaliteit van het sperma daardoor verbeterd, las ik op Gezondheidsnet.nl

Altijd gedacht dat okkernoot een ouderwetswoord was voor walnoot,  nu las ik op internet dat er, verschil in de nootvorm, smaak, bladgroei en bloei van de okkernoten-  en walnotenboom zit.
Maar helaas (check, check en doublecheck) las ik op een andere site dat het allebei om dezelfde noot gaat!
( Wat is de waarheid?)

Eén van onze andere wandelingen levert ons kastanjes op, de “gewone” met de prikbolster, maar ook ontdekten we een boom met kastanjes met een gladde bolster en één boom met tamme kastanjes. Nog nooit hebben we tussen die tamme kastanjes op de grond één eetbare kastanje gevonden, alleen platte, zo goed als lege, vruchten.

Al die herfstuitingen doen het (eetbaar of niet)  prima op mijn herfst stillevens

Sinds een aantal jaren zien we in het herfstseizoen ook een boom waar een soort groene tennisballen onder liggen. Het blijkt een zwarte walnoot te zijn. De groene vrucht ruikt naar citroen, reden waarom we er wel eens één op de fruitschaal leggen. Opengemaakt hadden we ze, tot nu, nog nooit ( knoerthard, bijna niet te openen !)



De zwarte walnoot heeft ook medische toepassingen, zo las ik dat orale inname van zwarte walnoot wordt gebruikt als anti wormmiddel, bij difterie, leukemie en sifilis.
In Libanon worden de zwarte walnootbladen gebruikt als een remedie tegen microben en schimmels. 
In Zuid Amerika en Canada waar de boom oorspronkelijk vandaan komt wordt het hout gebruikt voor het maken van meubels

Dit jaar hebben we er een paar “open gekregen“ en hoewel met plastic handschoenen aan heeft kennelijk de olie in de noten een chemische reactie met de huid aangegaan, want na een week is de huid nog steeds zwart!
Zwarte noten, echt wel!
We laten ze drogen en hopen dan (ooit) te zien, voelen en wellicht proeven hoe de zwarte keiharde noot echt smaakt.

*) Een  gewone walnoot  en ook een zwarte walnoot worden in de botanie géén noot genoemd, maar een steenvrucht.
Een tamme kastanje daarentegen is een noot, evenals hazelnoot en beukennoot


Halloween

Op 30 oktober vorig jaar legde ik in een blog al uit wat Halloween (afgeleid van All Hallows Eve= de avond voor Allerheiligen) betekent. Halloween, 31 oktober, is gebaseerd op de viering van het Keltische nieuwjaar, dat begint op 1 november.

Halloween heeft nogal wat attributen, allemaal “bedacht” om boze geesten te verjagen.
Uit pompoenen werden “enge gezichten” gesneden en er werden lichtjes ingezet; dáár zouden de geesten bang van worden.
Mensen verkleedden zichzelf om zich te vermommen voor geesten die door het huis dwaalden.
Verder kwamen er vleermuizen en spinnen aan te pas om schrik aan te jagen

Het uithollen van pompoenen hoeft niet alleen met enge gezichten.


De Brit Dave Finkle, ook wel The Pumpkin Man genoemd maakt heel snel prachtige uitgeholde pompoenen Hij krijgt 102 pompoenen in één uur uitgehold!

Mensen in Nederland, die NIETS met het horrorgedeelte van Halloween te maken willen hebben, doen in oktober, soms wel wat met pompoenen, in huis of in de tuin

Er worden, ook in Nederland, veel pompoenen verkocht, in bloemenzaken, supermarkten en tuincentra, maar ook in kraampjes aan de weg of op het platteland (soms met een doosje waar je het geld in kan doen)

Zelfs terrassen maken, in deze tijd maken, gebruik van pompoenen als versiering

Ook winkels haken in op het Halloween
In de etalage, op de winkelruit en met artikelen in de schappen.

Mensen die wel Halloweenminded zijn, maken hele scenes met geesten, heksen, vleermuizen en spinnenwebben (al dan niet mét spinnen), vaak met (eng blauw) licht en soms zelfs met ( enge) geluiden in hun ( voor)tuin

Heksen en skeletten……

allemaal om de boze geesten, die hun huis zouden kunnen bezoeken, te verjagen

en vooral veel (plastic, stenen of echte) pompoenen

Ook worden er overal in den lande dingen georganiseerd zowel voor volwassenen als voor kinderen:

Kortom: Halloween wint, ook in Nederland, terrein.
Het Sinterklaas- en Kerstfeest laten nog even op zich wachten.
We hebben kennelijk in steeds donker wordende dagen “iets“ nodig om ons bezig te houden, te vermaken, het leven iets meer kleur te geven, onszelf en onze naaste omgeving te versieren!

 De Mart

Eén of 2 keer per jaar gaan we naar de markt in mijn geboortedorp; “Naar de mart” heet dat in dialect.
Kijken en kopen (en soms ook in de hand nemen, want dat mag daar nog) van bijzondere dingen; fruit, groente, vis of planten

Deze keer liepen we zo’n grote fruit/groente inloopkraam in.
Meteen zag ik iets dat ik heel graag wilde hebben: cantharellen.
Als kind zochten we die in het bos.
Een Indische buurvrouw die ALLES over paddenstoelen keek ze na en kookte ze
Ze kwam dan later, achterom, een dampend bakje paddenstoelenragout brengen, heerlijk!


De groentedame zei dat ze NIET gewassen mochten worden maar schoongeborsteld, een tijdrovend werkje. Deze informatie weerhield me niet; ik zou borstelen!
Een stuk verder zag ik grote kastanjechampignons en… portobello’s.
Dát wordt een paddenstoelenragout én een met geitenkaas en pijnboompitten gevuld voorafje!
Ik zoek mijn lief, want spannende dingen kokkerellen is zijn ding.

Hij komt er dan net aangelopen met een bruinpapieren zak met appels.
Als we, aan het eind van de kraam gaan afrekenen, zegt de groentejongen “Delbare” tegen ons.
Geen idee waarover hij het heeft, zijn naast hem staande collega zegt: “Delbarestivale”
Als ik vragend kijk zegt de collega ”Zo heten de appels”.
Ik heb nog nooit van deze naam gehoord en mijn lief ook niet
“Ze zagen er zo lekker uit” zei hij ter verdediging
Ik heb daar geen mening over, ik eet zelden appels en vind ze er nooit “lekker” uitzien.

Thuis zoek ik het op:  Delbare is een kruising  tussen Stark Jon Grimes en Golden delicous.
Ik las dat de naam komt van de man die de kruising heeft bewerkstelligd : Georges Delbard uit Malicorne (F)
Vanaf 1973 werd deze appel op de markt gebracht.
Weer wat geleerd.

We lopen verder naar de kaaskraam en proeven stukjes kaas totdat we DE kaas hebben gevonden, lekker pittig. We zigzaggen*) de hele markt over, zodoende zien we wat alle kramen te bieden hebben.


We kopen nog meer fruit dat we niet alle dagen eten

Ik loop  wel met afgewend hoofd langs de plantenkramen. Planten kijken is bij mij vaak kopen en de auto staat een flink eind van de markt af geparkeerd; we gaan NIET (nog meer) sjouwen.
Bovendien had ik ’s morgens al 2 plantjes (Bergthee) gekocht om het eenjarige, uitgebloeide spul in een plantenbakje te vervangen.(Onze supermarkt verkoopt plantjes voor 1 euro, onnodig te zeggen dat ik daar váák wat koop, tegen die prijs kan geen markt op)

Het was weer even leuk om over de mart te struinen én door het hooguit 2x per jaar te doen, blijft het leuk!
En, de paddenstoelenragout was heerlijk: ouderwets lekker!


*)Over de Mart zigzaggen=heen langs de ene kant terug langs de andere kant van het marktstraatje en zo alle straatjes door.

Grondbelasting

De wet  WOZ  (Waardering Onroerende Zaken) werd in 1994 voor het eerst geïntroduceerd en in 1997 landelijk ingevoerd.


Ik vroeg me af: hoe ze die belastingen inden voor die Wet ingevoerd werd?
En daar weer voor?
Kortom hoe is het belasting berekenen van grond en onroerend goederen eigenlijk begonnen?

Ik heb terug kunnen gaan tot de Romeinen.
Zij overwonnen volkeren en gebieden.  Op het hoogtepunt van Het Romeinse Rijk was het zo’n zes miljoen vierkante kilometer groot en had ca. 120 miljoen inwoners.*)

De gronden van het overwonnen gebied behoorden aan Rome, aan de keizer.
De overwinnaar bepaalde de regels in het overwonnen gebied en één van die regels was het  belasting betalen.

Bevolking had grond, die vanaf het veroveren ervan door de Romeinen, aan HEN toebehoorde.
De bevolking kon in vele gevallen de grond blijven gebruiken maar daar vloeide wel uit voort dat er belasting betaald moest worden: van de grond  tributum soli (grondbelasting) en van de onroerende zaken (huizen, boerderijen etc) praedia tributaria.

We kunnen NU klagen over de hoogte van de WOZ, maar er zijn REGELS voor, in de Romeinse tijd werd er vooral belasting geheven als de Romeinen geld nodig hadden, bijvoorbeeld om oorlog te voeren.
Na de val van het Romeinse Rijk kwam het gezag van gebieden in verschillende handen.


Na 1805, als Rutger Jan Schimmelpenninck het eerste staatshoofd van het Bataafse Gemenebest (= groot deel van het huidige Nederland) wordt, wordt de belasting van de grond geheven door  een bepaald percentage van de huuropbrengst minus vaste lasten, te berekenen.

Om dat te kunnen berekenen moest er een nauwkeurige vermelding van gronden opgetekend worden.
Dat zou het latere Kadaster worden. (In 1808 mee begonnen in 1826 gerealiseerd)

Aan het einde van de 19e eeuw kwam, op initiatief van de toenmalige minister van financiën N.G.Pierson, een belastingherziening tot stand.

N.G. Pierson (1839-1909) partij: Liberale Unie

Voor de grondbelasting betekende dit dat het een zakelijke belasting werd, met een vast percentage over de werkelijke pacht- of huurwaarde.

Ooit  was de belasting van grond en onroerende zaken een zaak van de rijksbelastingen, tegenwoordig zijn het gemeentelijke belastingen die worden gebruikt om de gemeentelijke begroting sluitend te krijgen.



*)In West-Europa bleef het rijk bestaan tot 476; het oostelijk deel van het rijk, ook wel het Byzantijnse Rijk genoemd, bleef nog tot  1453 bestaan.



Geen écht familielid

Al vóór ik geboren werd, was er een vrouw betrokken bij ons gezin.
Zodra ik praten kon noemde ik haar tante An
Zij en ik kregen een speciale band, géén bloedband bleek later.
Halfvolwassen vroeg ik pas van wie tante An familie was, van moeders of van vaders kant?

Tante An, zo werd me verteld, was de vrouw van een collega én goede vriend van mijn vader
Behalve samen werken gingen ze jaren samen op bergtochten en ook schilderden ze samen.

De collega verloor zijn eerste vrouw aan een ziekte.
Hij werd  jaren later (in de vijftig) verliefd op An, die eerder “de ware” nooit ontmoet had.
An was de dochter van een slager; ze woonde toen ze Harm leerde kennen nog bij haar ouders
Zeker weet ik het niet maar ik denk dat mijn ouders haar ouders én haar door boodschappen te doen in de slagerij al kenden.
An trouwde met de collega van mijn vader. Mijn vader was getuige bij hun huwelijk.

Een week na hun huwelijk ging Harm, na het avondeten in zijn leunstoel zitten, An was bezig in de keuken.
Toen ze de kamer weer in kwam zat haar man dood in zijn stoel.
Mijn ouders vingen tante An na deze zware klap op.
Ze bleef wonen in het huis waar ze één week met haar man gewoond had.

Toen ik geboren werd was “tante” An al een tijdje “in de familie” en was haar man al overleden.
Ze werkte tot haar pensioen op het kantoor van een liefdadigheidsinstelling en kon met die verdienste (en het pensioen van Harm) nét rondkomen.

Tante An was (werd?) een trouwe kerkgangster.
In de kerk leerde ze een vrouw kennen die een goede vriendin werd.
De vrouw had Multiple Sclerose  en haar gezondheid ging, weliswaar langzaam, maar toch achteruit.
Toen de vrouw in een rolstoel terecht kwam had ze een bijzonder voorstel voor An.

De vriendin was bemiddeld en had haar hele leven gereisd; ze vroeg An of de reizen, die zij nog  wilde maken, voor haar zou willen doen. An kon foto’s maken en bij terugkomst alles vertellen, zodat ze toch de reizen toch “een beetje” zou beleven. An was een consciëntieuze  vrouw, ze sprak eerst met haar werkgever vóór ze ja zei.

Ze vertrok de eerste reis naar Israël en trok erna een week bij haar zieke vriendin in om, gedoseerd,  ALLES te kunnen vertellen. De zieke vriendin genoot.

Het jaar erna moest de reis korter, de vriendin  stond erop dat ze ging, maar haar toestand was erg verslechterd en An wilde haar niet zo lang alleen laten. An verbleef 10 dagen in Toscane.
Toen ze terugkwam waren de “vertelsessies” korter, de zieke vriendin was vaak te vermoeid.

De vriendin stierf die herfst en An was weer alleen.


Tante An is inmiddels ook gestorven, ze was dan wel geen familie van me maar ze voelde wel zo.



Meer ruimte om te leven!

Gebrek aan ruimte veroorzaakt benauwdheid, spanningen en stress.
Dat geldt voor mens én dier.
Helaas stelt de wet minimale eisen aan ruimte voor dieren en kunnen miljoenen dieren in de veehouderij “”hun kont niet keren”
De Dierenbescherming in samenwerking met supermarkten organiseren jaarlijks (in week 43) DE BETER LEVEN WEEK om de consument bewust te maken van dierenwelzijn bij hun productaankopen.


Dit jaar wordt deze BeterLevenWeek gehouden van 25 t/m 31 oktober
Het Beter Leven keurmerk 3 betekent dat die dieren meer ruimte hebben gekregen om BETER te leven.

95% van de consumenten in Nederland consumeren nog geregeld dierlijke producten (vlees en vleeswaren, eieren en zuivel), daarom blijft het nodig om ons, consumenten, te wijzen op diervriendelijkere alternatieven, zoals het Beter Leven keurmerk van de Dierenbescherming.
Beter Leven keurmerk 3 staat centraal in de BeterLevenCampagne van dit jaar, maar ster 1 en 2 ster zijn ook al een stap in de goede richting naar een beter dierenwelzijn.

Hoe meer sterren hoe beter dus.
Ik las dat varkens met 3 sterren de ruimte krijgen om hun behoeften (ver) weg te doen van de plek waar ze liggen, dat kippen met 3 sterren buiten naar voedsel kunnen scharrelen en een stofbad nemen en dat dan de koeien gezamenlijk in de wei kunnen grazen.

Het klinkt zo “normaal” maar helaas is het dat niet; dierenleed komt nog te veel voor. Daar zouden we als consumenten iets aan moeten doen.
Gelukkig kan dat, niet alleen in deze BeterLevenWeek, maar het hele jaar door, als we producten kopen met BeterLeven sterren; liefst met 3 sterren.

Baby’s

Nooit eerder had ik gehoord over het World Factbook  van de CIA.
Het lijkt iets uit een film, maar het is echt.
The World Factbook van de CIA is een naslagwerk dat elk jaar opnieuw wordt uitgebracht door de Amerikaanse buitenlandse geheime dienst CIA.

Staat er iets in dat u zou kunnen interesseren?
Geen idee.
Ik las iets dat ik opmerkelijk vond
Wereldwijd worden er per minuut  259 baby’s geboren.

Nazoekend hoeveel baby’s daarvan in Nederland geboren worden kom ik terecht bij “ons” Nederlands Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)
Actueler dan 2015 kon ik het niet vinden: toen werden er 478 kinderen per dag ( in Ned) geboren.
Het CBS meldde toen (2015) dat de bevolking groeide met 136 mensen per dag.
(De Wereldbevolking wordt anno 2021 geschat op 7 miljard)


Eenmaal aan het lezen en nazoeken over baby’s las ik een paar feitjes ( niet uit het naslagwerk van de CIA maar “gewoon” op internet)  die ik nog niet wist en misschien u ook niet.
Zoals:

  • baby’s hebben geen knieschijven als ze geboren worden; er zit wel kraakbeen dat zich later ontwikkelt tot knieschijf op die plek. Kinderen ontwikkelen pas knieschijven rond hun 2de levensjaar en als ze zo’n 10 tot 12 jaar zijn is de knieschijf pas af.
     
  • Baby’s hebben meer botten dan volwassenen, 350 tegenover 206. De babybotjes groeien in de loop der jaren aan elkaar. 

  • Een baby heeft meer smaakpapillen dan een volwassen mens. Na de bevalling heeft een baby zo’n 10.000 smaakpapillen. Die smaakpapillen nemen af: met tien jaar is nog maar de helft over en rond de dertig jaar zijn het er 250. ( Volwassenen kunnen om die reden pittig eten verdragen, wat een baby niet kan: volwassenen proeven gewoon minder)
     
  • Sommige  pasgeboren baby’s huilen veel, maar….. zonder tranen! De traanbuizen van pasgeboren baby’s zijn bij de geboorte nog niet ontwikkeld; pas na 3 weken kan een baby huilen mét tranen. 

Verder las ik nog dat kraamzorg een typisch Nederlands fenomeen is, dat veel landen kraamzorg niet kennen en ziekenhuisbevallingen daar “normaal” zijn .(in het buitenland bevalt maar 1% van alle vrouwen thuis: in Nederland is dat om en nabij de 35%)

Verzorgingshuis

Vele jaren geleden ging mijn schoonmoeder naar een verzorgingshuis..
Een leuke kamer waar een aantal van haar eigen spulletjes in konden staan, zodat ze de vertrouwde sfeer van ”thuis” kon meenemen.
Ze werd er niet gelukkig; wilde niet aan activiteiten meedoen en bleef op haar kamer.
Op een gegeven moment werd ik gebeld; foute boel.
Schoonmoeder had geprobeerd haar polsen door te snijden.
Het was niet fataal, wel veel bloed dat ik, zodra ik bij haar binnenkwam eerst uit het vloerkleed halen moest.
Ik wilde eerst praten over haar daad en het waarom.
Zij niet.
Na een gesprek met haar (én het boenen van de vlek in de vloerbedekking) kreeg ik een gesprek met de directrice. Het kwam er op neer dat ze UIT dit tehuis moest; men was niet ingericht op dit soort patiënten.
Er was meer geestelijke zorg nodig.*)

Dat tehuis was ooit, in 1926, als klooster gebouwd mét een ziekenafdeling én een afdeling voor ouderenzorg. Omstreeks  1956 meldden zich er zoveel bejaarden voor zorg aan, dat besloten werd elders een klooster te bouwen zodat dit hele gebouw gebruikt kon worden voor de verzorging van ouderen.

Begin jaren zeventig voldeed het gebouw niet meer aan de, toen gestelde wooneisen en, aangezien renoveren en verbouw geen haalbare kaart bleek, werd het oorspronkelijke klooster in 1974 gesloopt.
Het nieuwbouwplan had nogal wat voeten in de aarde, Er waren onder andere protesten van omwonenden waardoor de bouw vertraging opliep (men was bang dat door de hogere bouw minder zon in huis en tuin zou schijnen én ze, vanwege de hoogte van de nieuwbouw, ook slechtere t.v.-ontvangst zouden krijgen)

Pas in 1978 keerden zusters en bewoners ( die 4 jaar in Haarlem verbleven hadden) terug  naar hun vroegere plek.
Ik las dat het huis bij het 10 jarig bestaan in 1988  honderd tweeëndertig  bewoners telde en zestig personeelsleden.

Onlangs werd een alleenwonende vriendin aan haar beide voeten geopereerd.
Dat hield in dat ze een tijdje verzorging nodig gaat hebben. Die verzorging kon plaatsvinden in het tehuis waarin mijn schoonmoeder ooit gewoond heeft

Zodoende kwam ik onlangs,  na vele jaren, weer in dit tehuis op bezoek.
In plaats van drukte in de hal en bij de ingang (er was altijd wel een oude dame of heer die op een taxi wachtte, haar of zijn bezoek tegemoet liep of “gewoon” bij de ingang zat) was de hal  nu verlaten.

Het blijkt dat ook dit gebouw gesloopt gaat worden.
Hele verdiepingen zijn al leeg,  er is weinig reuring in het hele gebouw.
Nog 13 patiënten zijn er, hoorde ik van mijn vriendin: alleraardigst personeel, maar wel weinig

Een kamer met uitzicht op de tuin, waar een soort bulldozer een heg aan het uittrekken is; geen vrolijk gezicht.

Mijn vriendin wordt goed verzorgd, maar om het hele huis heen is alles bezig met voorbereiding van de sloop.
Op de plaats van dit gebouw komt een geheel nieuw zorgcentrum, dat in de loop van 2023 klaar zal zijn.

*) Mijn schoonmoeder kwam terecht in een ander tehuis waar méér zorg gegeven kon worden; daar voelde ze zich beter thuis en daar heeft ze tot haar (natuurlijke) dood toe gewoond. (Ze werd 93 jaar)


Magische schimmels.

In de herfst zie je in het bos, in de tuin en het park paddenstoelen.
Vroeger dacht men dat het magische verschijningen waren ( eigenlijk vind ik dat nog)

Zo zijn ze er niet en zo staat er een heksenkring of één enkel exemplaar “ergens” tussen bladeren.
De naam paddenstoel is letterlijk te verklaren: een stoel van een pad.
Men geloofde vroeger dat padden de huisdieren waren van heksen.
Die padden zaten op hun eigen “stoelen” in het bos: paddenstoelen.

Men dichtte nog meer “magische” dingen toe aan paddenstoelen: heksen zouden ze voor hun toverdrankjes gebruiken én, een iets vrolijkere veronderstelling,  in paddenstoelen zouden kabouters wonen.

Ook de duivel zou iets met paddenstoelen te maken hebben dacht men vroeger: waar de duivel gelopen had, groeiden, in zijn voetsporen: paddenstoelen

Nu weten we dat paddenstoelen vruchtlichamen zijn van schimmels en dat er (voor de mens) giftige  en niet giftige- eetbare-  paddenstoelen bestaan.

Helaas is er geen “makkelijke” regel om te leren welke paddenstoelen giftig zijn en welke niet.
Op dieren kunnen we niet af gaan, wat voor sommige dieren eetbaar is, zou voor de mens dodelijk zijn!

N.B. In Nederland is wild paddenstoelen plukken verboden.



Wel worden, ook in Nederland, sommige paddenstoelensoorten gekweekt; bv. de champignon.
Deze zijn oa.in supermarkten verkrijgbaar, goedkoop!
Door die lage prijs neemt het aantal champignonkwekerijen in Nederland de laatste jaren drastisch af; van meer dan 500 in het jaar 2000 tot nog ongeveer 100 in 2020!

Ook paddenstoelen kunnen duurzaam gekweekt worden; een bedrijf als Fungi Factory doet dat: zij kweken paddenstoelen op lokaal beschikbare afvalstromen zoals koffiedik en houtschaafsel  én verkopen de Fungi Factory Growkit  Daarmee kun je thuis paddenstoelen kweken op eigen koffiedik. Het werkt met filterkoffie, koffiedik uit de
percolator en de espressomachine.

Ook kun je thuis  zelf Shiitake paddenstoelen op een boomstam (Nederlandse eik) kweken,onderandere te bestellen bij de Natuurorganisatie IVN (Instituut voor natuureducatie en duurzaamheid)

Men adverteert ermee dat je 3 tot 4 keer per jaar kunt oogsten en dat de stam gaat ca. 4 – 5 jaar mee. Bij mijn gekregen stam is dat niet en wél gelukt!
Ik kreeg  uit de stam, na 3 jaar in de tuin gestaan te hebben, de eerste paddenstoel uit de stam te zien (die ik NIET durfde op te eten) De stam staat nog steeds in de tuin!
.

Ik las dat er dit jaar, in september, al 8 vergiftigingsgevallen van mensen die zelf in het wild geplukte paddenstoelen hadden gegeten, zijn gemeld!
Het is dus géén goed idee zelf te plukken én het is bovendien strafbaar!

Stelen.

In de supermarkt komt een dame met een grote doos eieren op een medewerker af.
Hij snapt het al en steekt zijn hand uit “Eentje kapot zeker”
De dame geeft de doos “Nee dat niet. Er mist er eentje”
De medewerk bedankt de dame en neemt de doos mee.

Als ik later met hem praat vraag ik of dat meer gebeurt, dat een sorteercentrum een ei te weinig in de doos doet.
Hij trekt zijn wenkbrauwen op.
“Nee, ze worden gestolen, vermoed ik”
Gestolen, één ei?

Neem je dan een leeg eierdoosje mee de winkel in? Een bakje voor één ei?
Zelfs mét kartonnen eierdoosje is bij mij (door ruig gedrag?) wel eens een ei, vervoerd op de fiets, bij aankomst stuk, hoe zou je 1 ei moeten vervoeren zonder verpakking?

Het verhaal gaat verder. De slager neemt me mee naar de vleesafdeling.
Daar liggen lapjes, worstjes en biefstukken in (recyclebaar) plastic uitgestald.
Sommige vleessoorten hebben kleine ronde bakjes met kruidenboter, die worden ook gepikt, vertelt de slager. Het plastic wordt gescheurd en de kruidenboter eruit gehaald.
Omdat de verpakking gescheurd wordt, kan het vlees bederven als het niet snel ontdekt wordt, dáár wordt de slager dan de meest door getergd!

De pakkans is stukken kleiner met zo’n minirondje kruidenboter dan met een biefstuk in je tas, dat snap ik, maar zou het dan alleen om het stelen zelf gaan? Wat heb je aan zo’n minikruidenbotertje?


De groenteman heeft weer een ander verhaal, behalve dat er een appel of tomaat wordt “meegenomen” is hier een ander soort “dieven” aan de gang.
Hier worden goedkope appels gewogen en de sticker op dure appels, peren en dergelijke geplakt.
Ervan uitgaand dat een cassiére niet oplet welke appels of ander fruit zich in het zakje bevinden.

Dieven dom? Ik vrees dat ze enorm vindingrijk zijn

Nog zo’n (deprimerend) dievenverhaal; van de Blokker deze keer.
Ik wil een cadeautje kopen, maar er staat alleen een showmodel in de winkel
“De laatste?” vraag ik aan een medewerker. ”Nee, mevrouw, we hebben ze achter staan, ze worden nogal eens gestolen”


Ik heb het over een (zware) doos van zo’n 40x40x40!! Hoe “steel” je zoiets?
Dat gaat deze medewerker me vertellen.
“ In een kinderwagen onder de dekentjes; onder een  lange rok én (vrij riskant)  in een grote Action tas”
 Ik denk dat hij een geintje maakt, maar hij is bloedserieus.
Ze hebben beveiligers in dienst, die een paar keer per dag (op wisselende tijden) een ronde in hun winkel maken.
Het zou niet nodig moeten zijn, maar is het wel.