Wat ons de laatste tijd opvalt is dat er in onze tuin steeds meer GROTE vogels komen en dat de kleintje (mezen) nagenoeg geheel verdwijnen.
Eksters, vlaamsegaaien, kauwen, spreeuwen, houtduiven en een enkele specht zijn wél in onze tuin te zien.
Ik had het daar over met mijn strooivoerleverancier, die in Bunschoten woont.
Het was hem ook al opgevallen. Hij ziet steeds meer scholeksters bij zijn huis.
Die “horen” op kwelders, polders en in grasland en ook wel aan de kust. Ze kunnen leven van schelpdiertjes en garnalen, maar ook van insecten en wormen. Hij vertelt dat normaliter die scholeksters (zwart/wit met oranje snavel en poten) een kuiltje in de grond maakt en daar zijn 3 tot 4 eieren in legt. NU leggen scholekster hun nest op ZIJN platte dak. Dat leek mij wel leuk, maar dat blijkt het NIET te zijn. De babyscholekstertjes zijn niet “gebouwd” om uit een HOOG nest te komen, maar in kuiltjes in de grond. Het gevolg was al een dood babyscholekstertje op de grond naast zijn huis en laatst nog een amper levend exemplaartje, waar de ouders moord en brand om schreeuwde. Maar hoe kreeg hij dat kleintje weer terug op het dak?
Hoe vertelt hij niet, maar het is hem gelukt. Zijn gezin zit nu vaak angstig omhoog te kijken of er niet weer een klein scholekstertje langs het raam valt.
Waarom is die verschuiving van vogelleefgebieden aan de gang?
*) De scholekster schijnt onder vogelaars ook wel “bonte Piet” genoemd te worden.