Samen vogels tellen!

Dit weekend organiseerde Vogelbescherming Nederland en SOVON Vogelonderzoek Nederland weer de Nationale Tuinvogeltelling (sinds 2001)*)

Men verwacht (nog) meer deelnemers dan verleden jaar (toen al een record aantal) door de heersende pandemie. Meer mensen dan ooit zijn nu aan huis (en tuin/balkon) gekluisterd.

Er wordt in zo’n vogeltellingweekend  gevraagd een half uurtje te tellen op vrijdag, zaterdag of zondag.
Een half uurtje moet iedereen toch lukken, zou ik zo denken.

Verleden jaar (2020) was de koolmees de meest getelde vogel in de tuinen!
Iedereen kan  nog meedoen en zijn/haar telling doorgeven op https://www.vogelbescherming.nl/tuinvogeltelling (tot maandag 12 uur)
Op bovenstaande link zijn ook de  landelijke telresultaten te zien.

Op zaterdag kwart voor 9 zat ik met potlood en papier (ik doe het graag op de ouderwetse manier) klaar. Ik had geen EXTRA vogelvoer opgehangen; er hangt altijd een birdfeeder met vogelzaad, een vetbolhanger en soms snoeren pinda’s of wat oud brood op een boomstronk in de achtertuin.


De spreeuwen kwamen het eerst. Meteen op de vetbollen af, schetterend en drukdoend, terwijl er op de birdfeeder een paar mussen neer streken, die eerst tjilpend in de bamboe achterin de tuin hadden gezeten.




Er kwam een Vlaamsegaai op een tak naar het pindasnoer kijken, hij pikte in het snoer, zette zijn poot erop en trok het naar zich toe. Binnen de kortste keren waren een paar pinda’s in zijn bek verdwenen. Een luid gekrijs en daar kwam gaai nummer 2! Na wat gekrakeel vlogen ze allebei weg.

Nog meer vogelgeluiden: Onder luid gekoer kwamen 2 houtduiven aanvliegen, één landde bij de buren (niet geteld) en één bij ons op de tuintafel. Dit werd kennelijk het duivenmomentje, want kort daarna landde twee Turkse tortels vlak voor onze schuifpui. Eén hield zijn/haar kopje een beetje schuin, het leek net of deze tortel mij zag en bekeek ”Wat doet ze met dat potlood in haar hand?”

Het halve uurtjes was zó om. Net toen ik op wilde staan, kwam er een schaduw over de tuin: een reiger; hij landde op ons schuurtje (dus mocht geteld worden) Maar ik wil deze vogel NIET in de tuin, hij (of zij) loert op onze vissen en er zit er nu een net op de vijver, gepik in het net duld ik ook niet!
Meteen daarna komt reiger nummer twee over de tuin gevlogen (niet geteld)

Mijn lief zit  boven en ik vraag hem naar buiten te kijken. Hij ziet één reiger op een schoorsteen zitten en één op de pergola van de buren. De teltijd ​is om, ik open de schuifpui om de adspirant moordenaar van onze vissen weg te jagen. Eén blijkt dan al vertrokken te zijn, de ander zit nog op de schoorsteen


Een vruchtbaar vogeltelmomentje met ( door mij) 21 getelde vogels

Ik pak mijn laptop om mijn telling door te geven en zie dat er op dat moment (omstreeks half 10) al 11.931 deelnemers 198.935 vogels hebben geteld! 
En dan moet er nog een bijna hele zaterdag en een hele zondag volgen!!

In Engeland is dit weekend trouwens ook een tuinvogeltelling:  The Big Garden Birdwatch georganiseerd door de RSPB.  Zij hebben deze aanlokkelijke foto op hun site ( deze kleine rakkers hebben wij nooit in onze tuin, helaas geen staartmezen hier)




*) De Nationale Tuinvogeltelling is het grootste citizen science project van Nederland.
 

Bijzondere foto’s (3)

Vandaag heb ik weer eens geput uit mijn verzameling ” bijzondere” foto’s.
Bijzonder vanwege de onderwerpen erop. Deze keer met het thema: Buitenland

Engeland: een kerkdeur die IN 2 bomen is vergroeid.
Het lijkt zo een kabouterdeurtje, maar het is een “mensenformaat” deur waarin vroeger de mensen ter kerke gingen.

Nieuw Zeeland: een geiserlandschap waarin je ieder moment iets onverwachts kan zien opduiken; het heeft iets mysterieus

Hongarije: het gigantische Heldenmonument in Budapest én een grondaanwijzing waar de toiletten te vinden zijn; het groteske en het kleine!

En dan de natuur weer

Twee bijzondere zeegezichten, niet met zand tot aan het water zoals in Nederland, maar rotsen én gras

Beachy Head*) aan Het Kanaal en de Stille Oceaan

Nog een keer Nieuw Zeeland:
Natuur gecombineerd met mensencomfort!

In een regenwoud in the “middle of nowhere” 2 “OPENBARE” toiletten.

*) Beachy Head (GB) heeft niets met beachy = strand te maken maar is een verbastering van het Franse “mooie kaap”

Middenin.

Het was me wel eens meer opgevallen een groot stuk akker- of weiland met middenin één of meerdere bomen; een soort eilandjes in een weiland of akker.
Als er dieren in een weiland staan begrijp ik dat wel: schaduw voor het vee.
Ooit in Limburg op een boerenerf vertelde een boer me dat het vroeger vaak notenbomen waren die daar geplant werden. Vliegen en muggen hebben een hekel aan de aromatische geur die de bladeren verspreiden en blijven daar weg; het vee kon daar dus vrij van insecten in de schaduw staan.

Toen ik onlangs op één van onze vele wandelingen langs een akker kwam zag ik ook daar in het midden van het land een boom staan, onhandig voor het bewerken van het land leek me.
Een kennis vertelde me dat één boom in een akker een ding van vroeger is:  toen werd er belasting betaald aan de hand van de grootte van de akker; gemeten werd van boom tot boom. Door een boom middenin het akkerland te laten staan (of neer te zetten) viel de belasting voordeliger uit!

Laatst kwamen we wéér langs een akker met een groepje bomen en gisteren zagen we een akker met één enkele boom in het midden.
Thuis toch maar eens uitzoeken waarom men daar ooit een groepje boom plantte óf de rest wel en deze niet kapte!
Ik vond een derde reden waarom de boom/bomen daar neergezet/niet gekapt werden: een miltvuurbosje ! Ziek vee werd daar gedood en gedumpt. Miltvuur (anthrax) ontstaat door de miltvuurbacterie, dieren kunnen deze bacterie overbrengen op mensen (zoönose).
Momenteel komt miltvuur in Nederland niet meer voor, maar vroeger dus wel, ook at men toen nog vaak zieke dieren waardoor de verspreiding ook zó plaats kon vinden.

Sommige bomen, midden in een akkerland  die ik NU zag, leken me niet uit de tijd van het miltvuurbosje te stammen, misschien waren de oorspronkelijke bomen doodgegaan en had men daar een nieuwe boom neergezet omdat het historisch ooit zo was?
Zou kunnen!

Eén vraag, meerdere antwoorden mogelijk

Labyrint

Zoek en je zult vinden
Ook als je niet zoekt, kun je wat vinden.

Wij zochten niet.
Wij liepen in een bos (ten zuidoosten van Hilversum) en vonden een labyrint!

Dit labyrint, zo staat op een bord, is gemaakt naar het voorbeeld van het beroemde Chartres (hoofdstad van het Franse departement Eure-et-Loir) labyrint
Het labyrint, dat dáár te vinden ligt op de vloer van de (Onze Lieve Vrouwe)kathedraal van Chartres en staat symbool voor de levensweg
Pelgrims (de kathedraal werd gebouwd tussen 1194 en 1220) moesten het labyrint volgen tot aan het midden; vandaar konden ze de bijzondere ramen van de kerk bewonderen.

Foto’s Chartres: Publiek domein, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=510275

In/bij dit labyrint in het bos “moet” niets, je kunt de weg naar binnen gaan, maar je kunt het ook niet doen; als je het wél doet loop je één kilometer.

Een onverwachte “schat” in een verder “leeg”(qua mensaanwezigheid) bos.

Vijfde smaak

Al eerder (20 aug. vorig jaar) schreef ik over, wat wel eens de vijfde*) smaak wordt genoemd: umami.
うま味 (Umami) is het Japanse woord voor heerlijkheid; hartig.
De smaak werd in 1908 “uitgevonden” door, hoe kan het ook anders, een Japanse chemicus.


Umami heeft een , zo las ik het nu omschreven, een bouillonachtige smaak.
Dat woord deed me onmiddellijk denken aan de plant Lavas (smaakversterker) die ik ooit in mijn kruidentuintje had staan (en dat op miraculeuze wijze ook weer verdween)
In de volksmond wordt de plant ook wel Maggiplant**) genoemd; zo ruikt hij ook.

Het blijkt dat umami de vorming van speeksel verhoogt en de hartige (zoute) smaak van het eten versterkt. Sojasaus, Parmezaanse kaas, maar ook vissoorten én paddenstoelen hebben een hoog umami-gehalte!

Over paddenstoelen las ik, in hetzelfde artikel, dat je die nooit rauw moet eten, er zit namelijk een giftige stof; agaritine, in (15 milligram in een kilo champignons).
In grote hoeveelheden is dat slecht voor de mens ( wat, in grote hoeveelheden niet?)

Nu we het toch over paddenstoelen hebben, als er “mooie” plakjes gemaakt moeten worden kun je daarvoor een eiersnijder gebruiken ( óf zoals ik ooit gekregen heb: een aardbeiensnijder)
Paddenstoelen bestaan voor 90% uit water en nemen makkelijk water op, dus wil je de ultieme umami smaak bij paddenstoelen ervaren, was ze niet, maar borstel ze af of veeg ze schoon.

Die umami (paddenstoelen) smaak kun je ook “uit een potje” halen! Ik las dat er paddenstoelenpoeder bestaat, of te wel mushroom powder! Je kunt het ook zelf maken van gedroogde paddenstoelen.
Ik ben er nog niet aan toe gekomen, maar het schijnt, volgens internet, supermakkelijk te zijn)

*) 5desmaak na zoet, zout, zuur en bitter
**) de maggiplant is géén ingrediënt in maggiblokjes, daar zitten behalve smaakversterker (E621) kruiden in als karwij, laurier, peper en nootmuskaat.

Tact

Tact = een voorzichtige manier om met andere mensen om te gaan.
Het tegenovergestelde  tactloos is, zo las ik,= niet fijngevoelig.

Ik zocht deze woorden na omdat ik het begrip “tact” moeilijk uit te leggen vindt (en dát wilde ik doen)
Word je met tact geboren? En daaruit volgend: kun je er ook zonder tact geboren worden?
Kun je tact leren? Zit het in de opvoeding? Krijg je als kind goede of foute voorbeelden en vormt je dat qua tact?

Ik heb wel eens tactloze opmerkingen gehoord, althans opmerkingen die IK tactloos vond.
Meestal van mensen die ik niet (goed) ken, dus ik weet niet of zo’n opmerking een incident is of dat iemand altijd tactloos is.

Tijd voor een voorbeeld.
Een familielid  werkte in een winkel en was al een paar jaar getrouwd.
Een vaste klant vroeg haar eens “Je bent al zolang getrouwd en hebt geen kinderen, kun je ze niet krijgen?
Behalve de opmerking Waar bemoeit zo iemand zich mee, denk ik dan ook: en wát als ze geen kinderen kán krijgen en daar verdrietig over is, wat doet zo’n opmerking dan?
Gelukkig was mijn familielid niet op haar mondje gevallen en antwoordde ”Dat weet ik niet, mevrouw, ik heb het nog nooit geprobeerd”.

Mooi als je het in je hebt om gevat van repliek te dienen.
Ik ben niet op mijn mondje gevallen, maar op zulke momenten heb ik zelden een gevatte opmerking paraat, ik ben meestal sprakeloos.

Voorbeeld:
Omdat ik een (erg) nakomertje ben zijn een aantal van mijn naaste familieleden overleden terwijl ik zelf nog relatief jong was. Ik was ooit 3x in 6 maanden tijd, bij mijn baas langs gegaan met (als bewijs) een rouwkaart van een broer,  een schoonzus én mijn moeder met de vraag om een vrije dag voor de begrafenis/crematie.
Bij de derde keer zei mijn baas “Je hebt verdorie bijna een week per jaar extra vakantie met dat gedoe”
IK had geen gevatte tekst paraat, liep naar de toilet en beet daar op mijn knokkels om niet te huilen.

Toen ik een tijdje later een vakantiedag wilde opnemen (voor eigen rekening dus) omdat een vroegere baas van mij overleden was en ik graag bij de begrafenis wilde zijn werd me dat geweigerd: “Geen familie en we hebben het té druk” [ Het werk was leuk]

Nu ik toch stilstond bij het begrip TACT zocht ik het één en ander op internet op en ik vond mensen en instituten die propageren dat tactvol communiceren  te leren is.

* Tactvol zijn is een kernkwaliteit
* Iedereen kan leren om tactischer te communiceren, dat begint met bewustwording van eigen gedrag
* Tactvol communiceren is elkaars grenzen respecteren
* Je kunt leren communiceren met inlevingsvermogen  



Waarom denk ik dat de mensen die bovenstaande  tactloze opmerking maakten NIET vinden dat ze tactloos zijn en dat dus ook niet zullen willen gaan leren? (cynisme?)   

Na het op me in te laten werken en te overdenken vermoed ik dat gebrek aan tact gebrek aan inlevingsvermogen is. Er niet aan denken hoe iets bij een ander binnenkomt maakt dat je denkt alles te kunnen zeggen!
Of inlevingsvermogen te leren valt? Ik betwijfel het, maar er zijn, zo te zien instituten genoeg die er hun geld mee verdienen.

Nog één tactloos voorbeeld welke een vriendin van me  meemaakte.

Mijn vriendin is getrouwd met een Indonesische man en hun dochter is lichtgekleurd.
Ze bracht haar (toen 6 jarige) dochter naar de bus die de klas zou vervoeren voor een schoolreisje. Bij de bus kwamen een andere moeder naar haar toe: “Hoe is dát nou, zo’n geadopteerd kindje”?
Mijn vriendin was snel en gevat ”Ik zou het niet weten, ik heb met haar vader geslapen”.

Deze 3 voorbeelden zijn inderdaad NIET fijngevoelig>
Op internet vond ik een aantal gezegdes over tact; er was er één die me wel aansprak:

…..

“Rare” vogelhuisjes



We liepen in een bos, genoten van de natuur en zagen mega veel pimpelmeesjes.
Best bijzonder om zoveel van die kleine blauwe vogeltjes tussen de bomen op die speciale manier heen en weer te zien vliegen. We hoorden ze ook met hun hoge gekwieter.


Toen we een stukje verder liepen zagen we een vogelhuisje op een rare hoogte. Ik liep er, tussen de bomen, naar toe. Het in- en uitvlieggaatje was dicht, er zat een slot op????
Een “raar” vogelhuisje!
Voor de zekerheid fotografeerde ik het maar even

We wandelden verder, zagen veel dode bomen met schimmels erop, vermoedelijk berkendoders
( die de berk NIET doden zoals hun naam lijkt te suggereren, maar die op dode bomen leven!)

We keken dus naar stammen en…. zagen wéér een “raar” vogelhuisje.
Weer vrij laag, weer zonder open in- en uitvlieggaatje, deze keer met een cijferslot en op de zijkanten allemaal ingebrande/gekraste cijfers.
???
Mijn klomp brak en ook die van mijn lief. Wat is hier nu het nut van?
Ik maakte maar weer een foto

Er komt een echtpaar, ook van het pad af, naar het huisje toe lopen. Wij maken plaats ( 1,5 m afstand, ook in het bos!) De dame zegt tegen ons “Hebt u de code al gekraakt?” Ik denk dat ik mijn hoofd schudde, waarop zij vervolgt” Voor ons is deze te moeilijk we gaan maar weer eens verder”
Ik heb mijn spraak pas terug als ze al omgedraaid zijn en weglopen.

Langzaam begint het bij ons te dagen, geen (rare) vogelhuisjes maar plekken waar óf een logboek of “schat” te vinden is : geocaching (een soort wandelpuzzeltocht aan de hand van digitale coördinaten en clous)  die dame had  inderdaad een smartphone in de hand.

Niet zij maar wij zaten op het foute spoor: vogelhuisjes! De code die zij (nog) niet gekraakt hadden was dus een cijfercombinatie om het slot open te kunnen maken en “iets” te vinden
Raadsel van de op slot zittende vogelhuisjes opgelost!

Wij hebben andere interesses en kijken naar andere dingen, zoals een “raadselachtige” holle boom.
( waar best een cache in zou kunnen zitten, maar wat waarschijnlijk té obvious zou zijn)

Wij hebben al eens eerder “iets” ongewild gevonden dat met geocaching te maken had: een filmrolletjedoosje met een strookje met data! De eigenaar hebben we (via via) kunnen opsporen, hij meldde dat dit doosje achter een bepaald verkeersbord verstopt hoorde te zitten.
We hebben het daar een paar dagen later netjes achter verstopt (kennelijk was het door wind of anderzijds naast het fietspad gevallen waar wij het vonden)
We hebben de terugkeer van de cache netjes gemeld aan de “puzzeltocht uitzetter” zodat toekomstige puzzelwandelaars zich weer op het logstrookje (een logboek kon je het niet noemen, zó klein) kunnen melden.

Avondklok

Avondklok, ook wel spertijd, is de tijd waarin bepaalde beperkingen van toepassing zijn.

Vandaag, 23 januari 2021 gaat de Avondklok vanaf 21.00 uur ( tot 04.30 uur) in vanwege het COVID-19 virus. De beperking is voor ons, burgers, maar hopelijk ook voor de verspreiding van het virus.

Avondklok is een nog al beladen begrip in Nederland vanwege de herinnering ervan uit de Tweede Wereld Oorlog.
Al veel eerder was er sprake van een “avondbeperking” en ook die keer was het voor de burgers hun eigen veiligheid!

In de Middeleeuwen was er al een soort  avondklok, letterlijk een stadsklok/bel die in een belfort (halletoren) was opgehangen. Als die stadsklok geluid werd, moesten de inwoners van de stad binnen de stadspoorten zijn. Dit werd gedaan voor hun eigen veiligheid; binnen de stadsmuren waren ze beschermd. Oorspronkelijk luidde de avondklok  bij zonsondergang; later werden dit andere tijden (ook per stad verschillend)
De avondklok was ook een teken dat de vuren gedoofd moesten worden en iedereen die nog (binnen de stadspoort) in de straten liep moest een lantaarn bij zich hebben.

Mensen die de oorlog hebben meegemaakt kunnen zich nog de spertijd herinneren; de tijd dat je ‘s avonds en ’s nachts niet buiten mocht zijn. De Duitsers stelden in de Tweede Wereld Oorlog (nov.1940) de spertijd in Nederland in (tegelijkertijd met de verduisteringsmaatregelen; het donker maken om beschieting te voorkomen).
Alleen met een, door de Duitsers afgegeven pas, kon een individu zich, na een bepaalde tijd, buiten begeven. Die tijd kon per plaats verschillen, wonend in Amsterdam moest je vanaf febr. 1942 vanaf 20.00 uur binnen blijven, in andere steden was dat anders. Ik las dat in Diepenveen iedereen m.i.v. 1944 vanaf 17.00 uur binnen moest blijven

In IJsland geldt een avondklokwet sinds 2002 voor kinderen van 12 jaar of jonger: na 20:00 uur mogen ze niet zonder begeleiding van een volwassene alleen buiten zijn. Bij kinderen van 13 tot 16 jaar geldt dit na 22:00 uur. ’s Zomers is er een versoepeling van deze regel (van 1 mei tot 1 september) en mogen kinderen twee uur langer buiten blijven. Deze maatregel werd genomen om het drinkgedrag van IJslandse jongeren in toom te houden ( het schijnt te werken als ik de berichten erover mag geloven)

Als je verder gaat zoeken op avondklok kom je in verschillende landen en tijden uit op avondrestricties op basis van etniciteit.

In de Verenigde Staten
was  vroeger een avondklok  (tijdens de slavernij); donkere Amerikanen mochten zich niet na zonsondergang, zonder pasje, buiten begeven.
In  juni 2020 werd  in zo’n 40 Amerikaanse steden*)de avondklok voor iedereen, na rassenrellen, ingesteld.

In Australië gold  tot 1953 een avondklok  voor de oorspronkelijke  bewoners , de Aboriginals,  in de stad Perth (op 3 na grootste stad van Australië)
Ook vond ik één internet bericht dat de toenmalige Australische premier Geoff Gallop in 2003 de avondklok in Perth weer in ere hersteld heeft vanwege de hoge criminaliteit daar.
Nergens kan ik vinden of die avondklok daar nu nóg geldt!(en of het werkelijk waar was/is)

Ook in India was er een avondklok in één stad van kracht; de stad Pune (voorheen Poona) Na Bombay de grootste stad van India. Van 1765-1852 gold daar een avondklok, om 21.00 uur werd, met een kanonschot, het  teken aan de bevolking gegeven om hun deuren te sluiten en binnen te blijven. De reden was toen “de veiligheid op straat waarborgen
In juni 2019  werden wéér avondklokken ingesteld ( in delen van de regio Kasjmir)
Nu omdat er, tijdens een religieuze optocht, botsingen ontstonden tussen veiligheidstroepen en sjiitische moslims en de regering hoopte dat rellen zouden uitblijven als mensen ’s avonds en ’s nachts binnen moeten blijven.


*) oa:  Los Angeles, Miami, Atlanta, Chicago, Minneapolis, Philadelphia, Dallas en Seattle.

Latijn en Grieks (2)

Allebei de talen heb ik NIET op school gevolgd. Pas op latere leeftijd heb ik interesse gekregen in andere talen dan Frans, Duits en Engels.
Latijn heb ik een beetje proberen “in te halen” door boeken aan te schaffen en aan zelfstudie te doen (in het vóórdigitale tijdperk)
Ik vond het enig om mezelf Latijn te leren. Dan heb ik het niet over spreken maar over teksten vertalen. Als er ergens een inscriptie in het Latijn stond probeerde ik die te vertalen.
Nu heb ik er jaren niets aangedaan en weet er nog maar een fractie van.

Over Grieks schreef ik al eerder een blog dus nu is Latijn aan de beurt


Ooit vestigden de Latijnen zich in Latium (huidige Lazio, een regio in Italië met Rome als hoofdstad)
Rome werd daarvóór de Etrusken bewoond  (Etrusken, één van de hoogst ontwikkelde volken van de Oudheid met een eigen taal, het Etruskisch, én een eigen religie en cultuur)
Het Romeinse alfabet is gebaseerd op het Etruskisch alfabet dat op zijn beurt weer afgeleid is van het Griekse alfabet.

Een leenwoord uit de Etruskische taal naar Latijn is bijvoorbeeld persona; hiervan is het Nederlandse persoon afgeleid
Latium is de bakermat van de Latijnse taal en daarmee van alle Romaanse (afkomstig van Rome) talen. De Romaanse talen zijn Frans, Italiaans, Portugees, Roemeens, Spaans en Catalaans.

Men zou het Latijn misschien wel een historische taal moeten noemen (in plaats van een “dode” taal)  want het Latijn heeft weliswaar geen moedertaalsprekers meer maar leeft nog wel als voertaal in de liturgie.
Ik las dat er nogal  een groot verschil bestaat tussen de schattingen van mensen die nog Latijn kunnen spreken: tussen de 500 en 10.000 personen (héél ruime schatting!)

In Engeland werd Latijn door het Angelsaksisch verdreven, in Noord Afrika door het Arabisch.
In Italië Frankrijk en Spanje en Catalonië werd de taal niet uitgeroeid maar wel sterk veranderd.
In de 9e eeuw kwam het Frans als gesprekstaal én als literaire taal te voorschijn.
Fransen zijn Gallische Kelten en hun taal is de meest gedistingeerde nakomeling van het Latijn.
In de 10e eeuw kwamen de eerste geschriften in het Italiaans en in de 11e eeuw ontstond het Spaans

De oudste gevonden Latijnse tekst dateert vermoedelijk van de 7e eeuw v.Chr. en was ingegrift op een kledingspeld.

Latijn had zijn hoogtepunt in de eerste eeuw v. Chr. : voor advocaten en in de literatuur; voor de “man op de straat” was het toen onbegrijpelijk geworden.
Als de meerderheid van de mensen analfabeet is overheerst de spreektaal;  Vulgair Latijn.
Volkslatijn is  ook de vorm van het Latijn waaruit de Romaanse talen zijn ontstaan.
Romaanse talen zijn de enige nog levende tak van Italische talen (Italische talen zijn een groep van Indo-Europese talen die in het eerste millennium v. Chr. op het Italische schiereiland werden gesproken.

Latijn komt in Nederland, nú nog voor in de wetenschap (medici), juridisch taalgebruik én in de katholieke kerk.
In Nederland wordt het Latijn onderwezen op het gymnasium.  (De uitspraak die op de meeste scholen wordt geleerd, is niet meer dan een praktische benadering van deze klassieke uitspraak)

                                                                                     haec est finis