Hoekje om-loodje leggen-Pijp aan Maarten geven-kraaienmars blazen

doodgaan
Toen ik laatst met 2 vrienden samen was kwam er een uitdrukking ter sprake die doodgaan betekent:
Het hoekje omgaan.
Waar zou dat vandaan komen? Vroegen we ons alle drie af.

Ik heb het even nagezocht en het blijkt uit de scheepvaart te komen.
Zeelieden voeren (zeilden) het zeegat uit (de hoek om) vaak om nooit meer terug te komen.

Ook bestaat voor doodgaan de uitdrukking: het loodje leggen.
Deze uitdrukking is ook van vroeger toen zieke arme mensen van het stadsbestuur een loden plaatje kregen waarmee ze zich konden melden in een ziekenhuis. De kans dat dit mensen snel kwamen te overlijden, nadat ze hun loodje afgegeven hadden (zich gemeld hadden bij het ziekenhuis) was groot: vandaar  het loodje leggen.

De pijp aan Maarten geven, zou oorspronkelijk niet pijp maar pij zijn en Maarten was dan Maarten Luther. die zijn pij aan de wilgen hing, het katholieke geloof afzweerde, later schijnt de betekenis van ophouden met overgegaan zijn in  doodgaan

Een dan is er ook nog de kraaienmars blazen. Hiervoor vond ik twee verklaringen.
* Kraaien en raven werden vroeger al geassocieerd met de dood. “mars” zou hier een “verplaatsing” betekenen; dus een aftocht naar de dood.
De andere verklaring zou zijn dat
* doodgravers (zwart gekleed) vaak kraaien of raven genoemd werden. Zo’n kraai kwam vroeger de aankondiging doen dat er iemand overleden was. Een mars blazen wil  hier zeggen dat er een aftocht is: iemand dood is dus.

 

Spreken met een dode

Stel dat de mogelijkheid zou bestaan om een kwartiertje met een overleden persoon te kunnen spreken?

Meteen toen die gedachte in me opkwam dacht ik aan mijn VADER, overleden toen ik 10 was. Wat zou ik hem graag nog dingen vragen.

Ik ging verder fantaseren hoe die wens er dan uit zou zien:
* Als in een sprookje?Zoals Aladin, wrijven over een lamp en de persoon was er?
*  Of als een queeste, met opdrachten onderweg en aan het eind van de zoektocht, de           persoon die je spreken wil?
*  Of meer spiritueel, mediterend en hij of zij “verschijnt” aan je?

Terwijl ik zo lig te fantaseren krijgt mijn vader concurrentie!
Ik zou ook Jezus wel willen spreken en vragen óf en zo ja wanneer hij terugkomt en wat Hij dan gaat doen?
Of mijn vriendje van toen, die stierf toen we beiden 8 waren en hij een schommel tegen zijn hoofd kreeg. Is hij “ergens” nog steeds dat blonde jongetje van 8?
Of Krishnamurti, een spiritueel leraar, die zei dat verandering mogelijk is door jezelf onder een loep te nemen? IK zou graag wat meer “handvaten” van hem krijgen.
Of een familielid, die op zijn sterfbed een familiegeheim onthulde. Hem zou ik willen vragen Waarom  chaos veroorzaakt? Met welk doel?

Het is maar goed dat die mogelijkheid om een  dode te spreken te krijgen er NIET is.
Ik zou niet kunnen kiezen WIE ik zou willen spreken.
U?

Loosdrecht

Eens lang geleden, woonde ik aan de Oud Loosdrechtsedijk in Loosdrecht.
Aan weerskanten van de dijk lagen de Loosdrechtse Plassen, we hadden dan ook een prachtig uitzicht vanaf ons balkon op de plas
‘s Zomers was het in Loosdrecht een va et vient van toeristen, voornamelijk watersporters.
’s Winters was de Dijk stil, totdat… de Plassen (gedeeltelijk) bevroren en er schaatstochten werden uitgezet, dan namen de schaatsers de Plassen over.

Oud Loosdrecht blijft altijd een plekje in mijn hart houden, maar we komen er zelden.
Vroeger als kind zeilden we met de hele familie op de Plassen. Bijna alle broers van mijn vader hadden daar een zeilboot liggen. De meeste familieleden die in Loosdrecht woonden zijn dood.
Water is, behalve om er naar te kijken, niet echt mijn ding, dus ook voor watersport kom ik er niet.
We hebben wel met het hele gezin  de as van mijn oudste broer  op de plas uitgestrooid; hij had daar op die plek de mooiste tijd van zijn leven gehad zei hij altijd.

Met Nieuw Loosdrecht had ik niet zoveel. Ik werkte er en deed er mijn boodschappen, maar ik had er geen “gevoel” bij.
Eén keer per jaar is er Jaarmarkt in Nieuw Loosdrecht.
jaarmarktponyrijden
Woensdag 29 augustus jl was het zover en besloten we er weer eens heen te gaan.
In verschillende straten staan dan kraampjes, er worden dingen gedemonstreerd, er zijn eet- en drank mogelijkheden opgezet,

draaimolener staat een draaimolen voor de kinderen en kleintjes kunnen op de rug van een pony zitten, maar vooral gaat het om dingen KOPEN.
Dat is niet echt iets voor ons, maar langslopen, om ons heen kijken en de sfeer proeven wel. Die sfeer misten we nu geheel,  die was er ( in onze ogen) niet!
Dus hebben we besloten dat dit voor ons de laatste keer jaarmarkt Nw Loosdrecht  is geweest.
We waren er dus snel klaar mee en gingen weer op huis aan.
Natuurlijk wél met de toeristische route!

Géén regionale krant

Je kunt je geld maar één keer uitgeven.
De één geeft het aan andere dingen uit dan de ander.
Mijn jongste broer koos voor spullen: hij kocht.
Hij snapte niet dat wij ons geld weggooide, zoals hij zei.
Op een terrasje zitten, naar theater gaan, ver rijden (benzine verbruiken) om iets te zien, daar had je, in zijn ogen niets voor, dat geld was weg.

Het “weggooien” van geld, gaat ons goed af. Wij genieten van de NIET tastbare dingen en hebben mooie herinneringen aan bezoeken van musea, terrasjes, theater en ver afgelegen plekken.
Keuzes moeten gemaakt worden ook qua uitgaves, zeker toen alles minder werd.
Eén van de dingen die wij ooit hebben laten vallen was de regionale krant.
We lazen er altijd twee, een regionale en een landelijke.
Met minder geld kozen we voor de landelijke en hebben daar eigenlijk nooit spijt van gehad.

Een klein nadeel is dat je niet (goed) weet wat er in je eigen regio afspeelt: dat de plaatselijke slager gaat verdwijnen, de bloemkool in de aanbieding is, er een opvoering van iets komt in een buurthuis, of iemand overleden is, dát weten we vaak niet.

folder
Voor sommige plaatselijke dingen heb je ook andere “bronnen”, zoals folders en posters langs de weg, andere zaken ontgaan je gewoon.

Deze week “hoorde” ik twee zaken veel te laat OMDAT we geen lokale krant hebben.
Eén ervan schokte me.
In een praatje met de slager werd een afgebrande snackbar genoemd, het was een “onzin” gesprekje, dus ik nam aan dat het een grapje was.
Toen ik later die dag in een naburig dorp moest zijn, zag ik dat drie winkels, waaronder een snackbar door brand  waren vernield.

Erger was het toen ik een oud buurman sprak, die vertelde dat een andere oud buurman (geen oude buurman)  van ons, anderhalf jaar geleden aan asbestkanker overleden was.
We wisten het niet en hadden dus toen ook niet gereageerd.

Ik weet, je kunt niet ALLES bijhouden en er zullen altijd dingen zijn die je ontgaan, maar sommige zaken had ik  liever WÉL eerder geweten.

 

Familiegeheim

Een waargebeurd verhaal dat zich meer dan 40 jaar geleden afspeelde.
Een man en een vrouw hebben één kind en willen er graag nog één.
Helaas lukt dat niet op een “normale” manier.
Ze vinden een dokter die kunstmatige inseminatie wil doen. Ze vinden een spermadonor, die als eis stelt (en hen daarvoor laat tekenen) dat ze nooit zijn naam tegen wie dan ook zullen bekend maken.
Ze tekenen. De zoon wordt geboren en groeit op, zonder iets van bovenstaand verhaal te weten.

Als de zoon boven de 40 is, krijgt zijn vader kanker en gaat sterven.
Op zijn sterfbed verteld hij zijn zoon dat hij zijn biologische vader NIET is.
De zoon is verbijsterd, niets is daarover ooit gezegd.
Een paar dagen later sterft de vader.

Wat moet de zoon met dit nieuws? De naam van zijn  biologische vader zal hij nooit te weten kunnen komen (dat WIL hij ook niet),met zijn vader erover praten kán niet meer. Met zijn moeder erover praten gaat , na het sterven van zijn vader moeizaam; ze heeft erg veel verdriet.

Onlangs hoorden we van dit familiegeheim.
Ik werd boos op de “vader” die wel een beter moment had kunnen uitkiezen om dit nieuws te vertellen.
Boos omdat de vader (schoon?) kon sterven zonder dit geheim mee te nemen in zijn graf, maar zijn zoon opzadelend met….. Ja met wat?

Wat moet je, als volwassen kind, als je zoiets hoort?
Vallen er dingen op zijn plek? Als je je al anders voelde dan de rest van het gezin, snap je nu waar dat vandaan komt.
Als je niet op jouw broer of op je vader lijkt, snap je dat nu.
Maar wat MOET je met die wijsheid?
Je kunt niet meer terug naar het moment dat je dit nog NIET wist.

Ik vind dat de stervende vader egocentrisch gehandeld heeft. Hij en zijn vrouw (die inmiddels ook gestorven is) hebben, om wat voor reden dan ook, besloten dit geheim NIET te delen met hun kinderen.
Dan doorbreken ze (of hij alleen, dat is niet bekend) dit stilzwijgen op het moment waarop de vader gaat sterven. Tegen de tijd dat het tot de zoon doordringt  is zijn vader al gestorven en is er geen  mogelijkheid meer om vragen te stellen of te confronteren.

Is het zo dat stervende mensen Altijd/Meestal egocentrisch worden?
Ik heb dit gedrag al meer bij stervende mensen meegemaakt.
Ik hoop  zo dat  ik NIET egocentrisch word  als ik ga sterven
Als ik mijn verstand behoud zal ik er alles aan doen om zo NIET te worden (en anders mag mijn lief me daar snoeihard op wijzen)

Mobieltje

foon

“Een mobieltje brengt mensen van veraf dichtbij,

maar het  stoot mensen van dichtbij van je af”

 

 

Ik zag

  •  een vader bellend naast de zandbak, waar zijn zoontje in zat te spelen
  • een moeder achter een kinderwagen, bellend
  • een man met een hond aan een riempje, bellend
  • een moeder met een baby in  een draagzak op haar buik, bellend
  • een man slingerend op de snelweg, een mobieltje aan zijn oor,
  • een moeder, die haar kind voor de school kuste, met een telefoon aan haar oor
  • een dame bij de kassa, aan het afrekenen met een telefoon aan haar oor,
  • een puber op de fiets met een telefoon aan haar oor

Ik hoorde

  • een man achter een supermarktkarretje, een peuter IN het karretje, en de speaker aan de telefoon op HARD, zodat de hele zaak hoorde welk merk toiletpapier zijn partner wensteen vandaag
  •    Een meisje in de natuur op een paard mét een telefoon aan haar oor.Waar zijn die mensen in vredesnaam mee bezig?

Geloof en hoofddeksels

Het fascineert me waarom sommige gelovigen hun hoofd bedekken.
En dan bedoel ik niet de religieuze “voorgangers” zoals priester, paus *of non (katholiek of boeddhistisch)  maar de “gewone” religieuze mens, in het gewone dagelijkse leven.
In sommige geloven moet de man, in andere de vrouw het hoofd bedekken.
Ik heb het gevraagd, heb er over gelezen en heb nagezocht.

keppeltjeHet Jodendom (Talmoed) schrijft aan mannen voor het hoofd te bedekken; het is een teken van eerbied voor God. Sommige Joden dragen altijd een keppeltje, anderen alleen als ze gaan bidden. De moderne Jood draagt soms een keppeltje om redenen dat “God boven ons is” en/of  om zich te identificeren met het Joodse volk

hoofddoek
De Islam vraagt vrouwen hun hoofd te bedekken, zodat hun haar niet zichtbaar is. Volgens sommigen staat dat in de Koran, volgens anderen niet.
Zeker is dan in de Koran**) staat” Allah zegt: ‘En zeg tegen de gelovige vrouwen, dat zij hun ogen neerslaan en hun kuisheid bewaken, en hun aantrekkelijkheden niet tonen, behalve wat daarvan zichtbaar is’.
Hieruit halen sommige Islamieten dat vrouwen hun haar moeten bedekken, dat is immers “hun sieraad”. (1962-1965)

Bij de katholieken was het tot het Tweede Vaticaans Concilie ( 1962-1965)  voor vrouwen verplicht hoofdbedekking te dragen in de katholieke kerk.

Turban headdress rasterIn het sikhisme heeft de sikh een tulband, daaronder heeft de sikh ongeknipt haar.
Vanaf hun geboorte wordt het haar NIET geknipt. Het is voor de sikh een vereiste een tulband te dragen; het staat beschreven in de Goeroe Granth Sahib (Sikh Reth Maryada) Heilige boek van de Sikhs
Door het dragen van een tulband toont een Sikh zijn verantwoordelijkheid.
De acties van een tulbanddragende Sikh raken dus niet alleen hem, hij vertegenwoordigt hiermee  de gehele Sikhgemeenschap.

Er bestaat een verzameling van religieuze hoofddeksels.
Ondernemer Dieter Philippi (Saarbrücken D) heeft een privé verzameling  die bestaat uit meer dan 500 hoofddeksels van wederdopers,   hoofddeksels uit het Christendom, de Islam, het Jodendom,  Caodaïsme, Shintoïsme, sikhisme, soefisme en overige geloofsgemeenschappen en is helaas niet openbaar toegankelijk. (afspraak maken om te bekijken schijnt mogelijk)

 

Oogstfeesten

Momenteel wordt overal in den lande het binnenhalen van de oogst gevierd.
Wij waren vandaag op een oogstfeest in een dorp van net 11.000 inwoners.
Op een akker waren kraampjes neergezet, waar men informatie kon krijgen over allerlei soorten graan, over bijen, honing en bijenwas én over roggebier.
aardappelrooien
Je kon een lege “stoere” zak kopen en daarmee kon je achter de aardappelrooimachine aanlopen en de achtergebleven aardappels scoren.
“Gewone” aardappels of  een oud aardappelras, waarvan ik de naam helaas niet weet.

dorsen
Een ouderwetse dorsmachine werd, om te laten zien hoe het vroeger ging, in bedrijf gezet en een koor zong                                             Nederlandse liedjes.

ganzenhoederVoor mij was het grootste succes de ganzenhoeder. Een toom loopganzen liep achter hem aan, aten mais uit zijn hand en liepen, met een lichte beweging van zijn stok, de richting die hij wilde.  De hoeder liet 2 peuters met hun armen een poortje maken en liet de ganzen er onderdoor lopen! De peuters stonden te springen van plezier, iets dat de ganzen dan weer NIET leuk vonden!

Geweldig dat dit soort “feesten” nog georganiseerd worden, helemaal dergelijke kleinschalige gebeurtenissen. Het maakt kinderen bewust van de groei en bloei van wat we eten en wij, volwassenen worden weer met ons neus op de feiten gedrukt; zorg goed voor de aarde, ze geeft ons veel; zie hoe bewerkelijk alles vroeger was en wees blij met de efficiënte, moderne middelen, die de boeren  nu de kans geven ons voedsel van het land te halen.

We verlaten het zonnige dorp met een goed gevoel, een zak aardappels en wat streekproducten voor vrienden.

Op de tribune

tribuneLaatst zat ik op een tribune naast een oudere dame. Ze was met haar nicht, vertelde ze, die was even muntjes halen, want alle etens- en drankwaren op dit terrein waren uitsluitend met muntjes te verkrijgen.
Omdat haar nicht even weg was, knoopte ze met mij een praatje aan
Ze vertelde dat haar man 2 jaar geleden overleden was.
Hij was de laatste 1 ½ jaar ziek geweest. Hij  was lid van een zeemanskoor, kon nog wel zingen maar kon/mocht niet meer fietsen, dus bracht zij hem. Zeemanskoren bestaan alleen uit mannen, dus zat ze daar te wachten tussen al die mannen tot haar man uitgezongen was.

Na  zijn overlijden had een van die mannen contact met haar gezocht. Ze had er lang over gedacht, maar uiteindelijk ja gezegd en nu had ze een vriend waar ze heel veel leuke dingen mee deed.
“Mevrouw, we hebben bijna iedere dag wel wat, zo leuk”.
Ik genoot mét en ván haar.
De nicht kwam terug.
Nu wilden ze wel een frietje, maar om nou weer dat eind te lopen.
Aangezien mijn lief net wilde gaan friet halen bood hij aan om het ook voor hen te halen.
“Lief” zei de nicht, toen hij weg was.
“Alle mannen zijn lief” diende mijn buurvrouw haar van repliek ”als je ze maar goed begeleid hebt”.
Ze vertelde dat ze 82 was.
Daar zag ze niet naar uit, en dat zei ik haar ook.
Ze lachte gevleid. “Mijn vriend is 8 jaar jonger, maar als ze ons samen zien, zeggen ze altijd dat het niet opvalt” merkte ze koket op.
Toen de vriendin later even drinken ging halen vertelde ze dat haar kinderen het allemaal goed vonden ”Mam je moet doet waar je zin in hebt”
Nou dat deed deze dame wel.
Een echte levensgenietster.
Heerlijk om te ontmoeten

 

 

Waar boeken zijn

Omstreeks 1430 werd er in Weesp een kerk gebouwd: de Grote of Sint Laurenskerk.
Bij de reformatie, tijdens de tachtigjarige oorlog kwam in 1577 de kerk in Protestantse handen

Laurenskerk
Gisteren en vandaag  zijn er geen gelovigen in de kerk (of misschien ook wel) maar in ieder geval 20.000 tweedehandsboeken voor de verkoop.
Omdat ik een boekenverslindster ben, wilde ik erheen.

3 boeken heb ik in de kerk gekocht, één voor de geef en 2 voor mezelf. Netjes binnen de perken vind ik zelf ( € 5,- verwisselde daarvoor van eigenaar!

 

 

 

brug weesp

Weesp is een vestingstadje, het kreeg in 1355 van de Graaf van Holland stadsrechten.
Door de kleine straatjes lopen is geen straf, hoewel de ongelijke keitjes niet echt geschikt waren voor mijn verrekte kniebanden en gebroken teen.

Wat we niet wisten is dat gisteren, vandaag en morgen de Sluis en Brugfeesten*) zijn.
We zagen dat er ’s middags biertenten opgebouwd werden en er was een braderie.
Er werden duidelijk voorbereidingen voor de avond en de volgende dag(en) getroffen.

Wat opviel waren de bloembakken, op de bruggen en aan lantaarnpalen overal wit met blauwpaarse petunia’s: prachtig.

Dank zij de Sint Laurenskerk kan ik weer lezen!

 

*) feesten ontstaan in 1978 toen na een periode van de restauratie van de sluis en de bruggen deze gereed waren, bood de gemeente Weesp haar inwoners een groot feest aan: Het Sluis en Bruggenfeest. Sindsdien wordt dit elk jaar 3 dagen gevierd.