Weetje uit de moestuin

Onlangs zag ik, wat ik dacht dat een helianthus was, in een moestuin staan, en vroeg me af waarom die in een MOESTUIN stond ! Thuis ging ik dat nakijken en inderdaad het was een Helianthus tuberosus. Op internet las ik ook dat de plant een volle neef van de zonnebloem is!
[Nooit eerder gehoord in plantentaal: een volle neef]

De plant wordt ook knolzonnebloem genoemd: onder de grond zitten namelijk eetbare knollen: aardperen!

Zonnebloem Knolzonnebloem

Zonnebloemen kunnen lange stengels hebben, maar aardperen kennelijk ook; soms meer dan 3 meter las ik. Nog meer namen voor de aardpeerplant vond ik: topinamboer, dat blijkt de naam te zijn die een stam van de Guaranen-indianen in Brazilië  deze groente gaven.

De aardperen zijn rauw te eten, maar ook te koken, bakken, in de oven te bereiden, te stoven, stomen en te frituren.

Er is nóg een andere naam voor de aardpeer en dat is de jeruzalem artisjok.
Natuurlijk wil ik dan weten wat de aardpeer met Jeruzalem te maken heeft, terwijl de plant oorspronkelijk uit Noord (of Zuid) Amerika komt*)

Het antwoord is NIETS! Geen verband met Jeruzalem  te vinden.
Het is trouwens geen artisjok! ( al schijnt de smaak daar wel wat op te lijken)
Dát mysterie kon ik niet oplossen.
U?
Enig idee hoe de wortel van de knolzonnebloem aan de naam Jerusalem artisjok komt?
Ik hoor het graag.

*) sommige bronnen melden Noord Amerika, andere Zuid Amerika (wat is waar?)

Rood goud

Regelmatig krijg ik een folder in de bus over kruidenpreparaten. Soms lees ik het, soms gaat het zo de prullenbak in. Ik slik die spullen niet, wat niet wegneemt dat ik er soms wel wat van wil weten.

Toen mijn schoonzusje kanker kreeg en een dergelijke folder zag, is ze “Baat het niet dan schaadt het ook niet”(haar woorden) zo’n kruidenpreparaat gaan gebruiken. Ze voelde zich er beter bij zei ze. Dat is al heel wat, als je weet dat de vorm van kanker die je hebt, dodelijk is.

De folder die ik nu kreeg en (gedeeltelijk) las ging over stress en meldde dat

* vorig jaar bijna 1,3 miljoen mensen last  hadden van burn-outklachten (bronnen: TNO en CBS)
* de helft van alle studenten stress ervaart (bron Eerste landelijke Monitor Mentale Gezondheid)
* stress zélf geen probleem is, maar de gevolgen ervan wél

In de jaren zestig van de vorige eeuw kwam het begrip stress onder de algemene aandacht. Er werd een lijst opgesteld van gebeurtenissen die stress op zouden kunnen roepen.
Boven aan de lijst stond “ de dood van een naaste” en onderaan stond “een bekeuring krijgen

In de folder stond veel dat ik al wist over de aanmaak van adrenaline en cortisol.
Wat ik NIET wist is dat het cortisolhormoon (uit cholesterol aangemaakt in de bijnierschors) zorgt voor het verlangen naar vetrijk, zoet voedsel (het zgn “troost-eten” dat de basis is voor gewichtstoename en gezondheidsproblemen)

De folder raadt aan om een bepaald product te gebruiken voor de hulp bij stress en spanning.
Ik ben dan vaak benieuwd wát er in zo’n product zit als men het over hoogwaardige voedingssupplementen heeft.

Eén van de ingrediënten in dit preparaat is een onderdeel van de plant crocus sativus oftewel de saffraancrocus.

 Het onderdeel van deze plant, de “draadjes” van de stamper van deze bloem wordt ook wel het rode goud genoemd, want saffraan, waar het hier om gaat, is de duurste specerij
Duur omdat de plant maar 8 dagen per jaar bloemen heeft en de stamper in elke bloem maar 3 “draadjes” saffraan heeft (voor 1 gram saffraan heb je 150 saffraan krokussen nodig)

Al duizenden jaren schijnt Iran het beste én het meeste saffraan te produceren (90% van het wereldtotaal) Ook in landen als India en Afghanistan, Mexico en China wordt saffraan geproduceerd.
Maar…. zo las ik op internet je kunt ook zelf saffraan produceren door bollen van de crocus sativus aan te schaffen. In Egmond binnen zit een kweker die de bollen teelt (met minimaal gebruik van chemische gewasbeschermingsmiddelen) 30 jaar geleden is deze bollenteler begonnen met de teelt van saffraancrocussen; ze zijn online bij hem te bestellen.

Zelf heb ik ook wat draadjes van de saffraancrocus in huis (saffraanpoeder bestaat ook). Het wordt hier in de keuken gebruikt als smaak– en/of als kleurmaker oa. in risotto of paella.

Mocht ik ooit stress ervaren dan ga ik me misschien verdiepen in dit rustgevend (volgens de folder) en opbeurende middel met rood goud erin

Keukentips

Koken is niet mijn favoriete bezigheid, ik kijk zelden kookprogramma’s (alleen op de BBC het reis/kookprogram van Rick Stein)

Toch lees ik wel eens iets over keukentips die ik bewaar om “ooit” iets mee te doen( en soms DOE ik dat ook!)

  • Moeilijkheden met het schaven van  jonge kaas?
    Probeer het eens met een dunschiller (laat de kaas niet warm worden ,dan snijdt het lastiger)
  • Is de soep of stoofpot per ongeluk te zout geworden?
    Aardappelen nemen veel zout op, dus kook wat stukken aardappelen mee en verwijder ze voor het opdienen.
  • Moet er een ei gesplitst worden en is geen eiersplitser bij de hand?
    Sla het ei niet stuk op rand van pan of kom, maar breek het op een vlakke ondergrond.
  • Zijn er stukjes eierschil in het eigeel gekomen?
    Gebruik een halve eierschil om ze er uit te vissen.
  • Wil je kip superzacht maken?
    Paneer stukjes kip met maïzena en leg ze in geklopt eiwit (vocht blijft zo tijdens het bakken IN de kip)
  • Karwij wordt ook wel kummel (Duitse benaming) of wilde komijn genoemd. Verwarrend?
    Karwij is sterker van smaak dan komijn én karwijzaadjes zijn iets krommer.
    Heb je per ongeluk karwij gekocht terwijl je komijn nodig had?
    Gebruik dan ongeveer de helft van de aangegeven hoeveelheid komijn.

WUPS zijn de basis van soepen en sauzen.
Geen idee wat WUPS zijn? Ik ook niet, kwam er onlangs achter: Wortel, ui, prei en selderie.

Op https://gezondheidspraktijk-de-brug.be/gezonde-recepten/recept-wups-soep-eenvoudige-groentensoep-maken/ staat een recept van WUPSsoep.

Buitenlandse slagers

Als mijn lief in de tajine (aardenwerken stoofpot) wil koken ga ik, voor lamsvlees, meestal naar de slagerijafdeling van een Turkse supermarkt.

De eerste keer dat ik er kwam en vroeg of hij lamsvlees had en hij ja zei, zag ik dat hij de hapklare blokken uit een bak haalde waarin ook kruiden zaten. Ik vroeg of hij ook ongekruid lamsvlees had.
Hij zette grote ogen op; – Ik kruidt goed –
Ik verzekerde hem dat het daar niet aan lag, maar dat mijn lief zelf het vlees wil kruiden, elke keer weer anders afhankelijk van het recept.
“Wat maakt hij dan?”
Ik zei dat ik niet weet hoe de recepten heten, maar dat er deze keer met, behalve lamsvlees, ook abrikozen, rozijnen en noten in gingen (die had ik net gekocht)
Hij keek me bevreemd aan.
Ongekruid lamsvlees had hij niet “klaar” liggen, maar hij kon het wel verzorgen. Kon ik om 4 uur terugkomen? Dat kon ik. Dat deed ik.
Het  vlees en ook het gerecht, waren heerlijk.

Ongeveer 3 weken later kwam ik weer in de winkel en vroeg of hij ongekruid lamsvlees had, hij wees naar achter, waar zijn zoon in het slagerijgedeelte stond.
De vader riep iets Turks naar de zoon, waarop de zoon in het Nederlands terugriep ”Ongekruid? Waarvoor dat dan?”
Het Hollandse antwoord van de vader deed me glimlachen ” iets met muesli of zo?”
Kennelijk hadden onze ingrediënten hem een associatie met muesli gegeven.
Ik kreeg ongekruid lamsvlees in blokjes!

De Turkse supermarkt is weg, er is nu een soort snackbar in het pand gekomen.
Dus moest ik op zoek naar een andere “lamsvleesleverancier”.
Ik vond er één, deze keer een Marokkaanse supermarkt met slagersafdeling.
Lamsvlees? Ja dat had hij.
Ongekruid? Ja, natuurlijk ongekruid. Hij pakte het vlees en ging het voor me in blokjes snijden.

We raakten aan de praat en ik vertelde dat wij zo’n 3x per week vlees aten.
– Dat is meer dan wij –  
Dát was niet het antwoord dat ik van een slager verwachtte.
Hij vertelde dat in Marokko heel veel arme mensen wonen die nooit vlees aten; zij vroeger ook niet.
Nu, hier in Nederland slechts 2x in de week, ook om het “bijzonder” te houden.
– Wij , islamieten, eten veel vis. In Marokko kleine visjes, maar in Nederland hebben ze veel soorten vis, ook grote zoals heilbot –
Hij glunderde:  – Wij, in Nederland zijn de beste in vis!-
Ik glimlachte ook.

Hij had zich in ons korte gesprekje tot de Marokkaanse gemeenschap, tot de Islamitische -en tenslotte ook  tot de Nederlandse gemeenschap gerekend!
Over integreren gesproken!
Ik ging met een zakje brokken lamsvlees naar huis

Het gerecht was weer heerlijk met een enorme variatie aan geuren en smaken ( de meeste kruiden kwamen vers uit de tuin)
Lekker vlees, goede slager.
Daar komen we terug!





Duurzamer eten? Hoe dan?

Geen vlees eten kán, mits je andere producten tot je neemt met voldoende eiwit, ijzer, vitamine B1 en vitamine B12.

Een heel oud iemand vertelde me ooit dat hij als kind geen vlees meer wilde eten uit het oogpunt van dierenwelzijn. Ze hadden het thuis niet breed, dus vlees voor een persoon weglaten was een welkome besparing. Er kwam echter niets “vervangends” voor hem voor in de plaats. Uiteindelijk moest hij door de dokter onderzocht worden omdat zijn groei stagneerde. Het doktersvonnis was: meteen weer vlees te gaan eten; bepaalde stoffen kreeg hij NIET of veel te weinig binnen ( dat was toen)

Dus “zomaar” vlees weglaten is géén goed idee. Ik had vroeger een vriendinnetje( voordat het vegaspul in de mode was) die uit ging zoeken wat je dan wel kon eten en toch niets te kort kwam. Zij aten veel bonen, erwten en graanproducten herinner ik me. Als ik daar at waren mijn darmen daarna danig van streek! (niet gewend aan deze voedingsmiddelen te verteren)

In een goede vegetarische keuze zit, zo las ik
eiwit (meer dan 20% van de energie),
ijzer (meer dan 0.8 milligram per 100 gram),
vitamine B1 (meer dan 0.06 milligram per 100 gram), en/of
vitamine B12 (0.24 microgram per 100 gram)

We eten al een tijdje een paar dagen per week geen vlees: maar vis, eieren, kapucijners, paddenstoelen of zo iets. We hebben ons wel eens aan “vleesvervangers” gewaagd maar waren er niet enthousiast over.

Waar we wel enthousiast over waren was een doosje kaasschijven.
Onlangs las ik in een artikel van Quest het volgende: Kaasburgers zijn niet zo duurzaam

….. anders wordt dat bij vleesvervangers met dierlijke ingrediënten, zoals kaasschijven. Daar is wel een dier voor nodig. Een koe zet gras niet heel efficiënt om in melk. Daardoor hebben kaasburgers ongeveer dezelfde milieubelasting als kip, als je naar de kooldioxideproductie kijkt. Vegaschijven waar melk op een minder herkenbare manier in is verwerkt scoren vergelijkbaar.

Dus denken dat je het milieu “helpt” en minder vlees gaan eten vereist ook enige KENNIS van wat wel en wat niet te eten, óók als het geen vlees is.

Ik las nog een stukje in de Quest dat ik u, wellicht beginnende flexitariër, of nadenkend persoon over duurzamer eten, wil meegeven:

Veeteelt kost enorm veel grond. Oerwoud wijkt voor sojavelden om onze koeien en varkens te voeden. Nee, dan liever een vegaburger. Maar waar zijn vleesvervangers van gemaakt?
Vaak ook van soja.


Heeft vega eten dan zin?
Het antwoord wordt ook in de Quest  gegeven:
Net als bij vlees staan planten aan de basis. Maar er is een belangrijk verschil: vegaburgers gebruiken de soja direct, een hamburger vraagt om een extra stap. Een koe of kip verwerkt het voedsel tot vlees, maar heeft daarbij ook energie nodig om te leven. Daardoor levert een kilo soja geen kilo vlees op.

Elke kilogram vlees vraagt gemiddeld om zo’n vijf kilo aan plantaardige producten. Al zijn er wel verschillen: kippen groeien bijvoorbeeld efficiënter dan koeien. Door de soja zelf op te eten haal je een tussenstap uit het proces. Dat scheelt een slok op een borrel, al kost de stap van soja naar burger natuurlijk ook wat energie.

Milieu Centraal *) meldt: vegaburgers zijn zo’n tweeënhalf (kip) tot wel twaalf keer (biefstuk) duurzamer dan vlees! Voor vega voedsel hoeft dus veel minder regenwoud gekapt te worden.






*) Stichting Milieu Centraal is in 1998 opgericht en wordt voor ongeveer twee derde door de overheid gefinancierd. De organisatie is géén spreekbuis van de Overheid, Milieuorganisaties of het Bedrijfsleven. Dat komt tot uitdrukking in een onafhankelijk bestuur en een onafhankelijke Wetenschappelijke Raad van Advies.


Olijfolie en- hout

Olijfolie wordt gewonnen uit het vruchtvlees én de pit van de olijf.
Je leest er van alles over; dat het mega gezond is op de sla, maar kankerverwekkend als je ermee bakt.
Tijd om eens uit te zoeken wát nu waar is en wat niet!



De oorspronkelijke Olive oyl, later OLIJFJE , stripfiguur sinds 1919 bedacht en getekend door Elzie Segar

Thuis heb ik 2 soorten olijfolie: voor het bakken en  een ander soort om over de sla te doen.
Ik las nu dat dát ook de bedoeling is.
Er zijn stoffen die van structuur veranderen bij extreme hitte.
Zo is het niet gezond om verbrand vlees te eten en om dichtbij een rokerige  barbecue, kampvuur of vulkaan te gaan zitten.

Polycyclische aromatische koolwaterstoffen, zoals deze kankerverwekkende stoffen heten (kortweg PAKS genoemd) komen vrij bij verhitting.
Diverse vloeistoffen hebben diverse temperaturen waarbij de PAKS vrijkomen.
Onlangs las ik dat  bij olijfolie van de eerste persing, de zogenoemde extra vierge, de PAKS ontstaan bij verwarming van 160 graden. Die temperatuur haal je wel  bij het bakken, dus wil je die kankerverwekkende stoffen NIET in je maaltijd: géén extra vierge olijfolie gebruiken voor het bakken en braden*)

Bij “gewone” olijfolie beginnen de PAKS zich te vormen bij  216**) graden.
Als het goed is wordt de temperatuur in frituur- of koekenpan niet hoger dan 180 graden. Dus daarmee bakken geeft géén kankerverwekkende stoffen!
Olijfolie heeft meer onverzadigde vetzuren dan boter***) dus gezonder voor je lijf!

De conclusie is dus dat bakken in olijfolie gezond is, mits je de “goede” olijfolie gebruikt en die niet boven de 216 graden verhit.



De olijfbomen, die we ooit in Griekenland zagen hadden prachtige vormen en “doorleefde” stammen.
Tegenwoordig kun je veel kleine olijfboompjes in pot kopen voor terrassen en zo.

Mijn neef kocht ooit een olijfboom met dikke stam en plantte die in zijn tuin. Helaas heeft die boom de tweede winter dáár NIET overleeft.

Zonde. Maar mijn lief heeft de stam gekregen en daaruit (jaren stamdrogen later) 2 kunstwerken gebeiteld.

Uit Griekenland zelf hebben we  ooit nog een uit olijfhouten  kruidenmolentje meegenomen dat nog steeds in onze keuken dienstdoet.

We zijn dus rijk voorzien van olijfhout, olijfolie en hebben zelfs een potje olijven in de koelkast staan
(maar die raak ik niet aan, voor mij teveel van het goede, mijn lief vindt ze heerlijk!)


*) Ik denk dat ik dat eerder gelezen heb en vandaar de 2 flessen in huis heb.
**) Onderzoek  in 2013 van  Universidade do Porto, Portugal
***) Bij  verhitting van boter kan vanaf 177 graden PAKS ontstaan

Maaltijdpakket

Af en toe haal ik  in de supermarkt een maaltijdpakket en maakt mijn lief dat klaar.
In de doos zit “bijna” alles wat je voor het gerecht nodig hebt. Een sticker erop met zelf toevoegen
geeft aan wat er (soms) nog meer bij nodig is.
Soms zijn dat dingen als water of  peper, zout  ( en/of iets dat je als je zelf wel eens kookt altijd in huis hebt) soms iets extra’s zoals kip, gehakt, koksroom.

Snel boodschappen doen is dus werkelijk snel door zo’n pakket pakken, zien wat er nog nodig is en als dat iets is dat je NIET in huis hebt, dát dan ook uit het schap pakken: snel klaar met boodschappen doen en gegarandeerd lekker eten.





Onlangs hadden we een Goulash pakket.
Het woord goulash ken ik wel, maar wat het eigenlijk betekent? Even nazoeken.
Het komt van het Hongaarse: Gulyás.
Ik wil graag weten wat het Hongaarse woord betekent, maar ik kom daar niet achter (Gulyás verklaring Nederlands: goulash)


Het blijkt dé Nationale Hongaarse schotel te zijn en is SOEP!
Wat hier, in Nederland, goulash wordt genoemd is een ingedikte vorm van deze soep: een vleesstoofpot, die de Hongaren zélf dan weer : Pörköl noemen.

Bij het klaarmaken van goulashgerechten vind ik (op internet) een tijdsduur van 2 ½ uur tot langer. Vermoedelijk is ons goulashrecept, dat maar 30 minuten bereidingstijd vergt, sneller omdat het met kip is en niet met rundvlees.

IK was snel klaar met boodschappen voor het avondeten halen; mijn lief 30 minuten aan het koken.
Daarna  samen met een glaasje wijn erbij en tuttifrutti*) als dessert aan het avondeten: het was het een prima maaltijd





*) tuttifrutti is pseudo Italiaans voor al het fruit en bestaat uit gedroogde vruchten: (meestal) abrikoos, pruim en appel

Tranentrekkers.

Bijna bij iedereen gaan de ogen tranen als er uien worden gesneden.
Die traanogen worden veroorzaak doordat er in de cellen van de uien stoffen  (oa het enzym alliinase en een zwavelhoudende component) zitten die, door het uien snijden, kapot gemaakt worden. Er komt dan lucht bij waardoor er een zuur  ontstaat dat omgezet wordt in een gas: synpropaanthial-S-oxide. Als dit gas in aanraking komt met (oog)vocht ontstaat er een verbinding  die de ogen irriteert, ze willen schoon spoelen en dat doen ze door middel van tranen

Een bijkomend ongemak als je deze groente (want dat is de ui; een groente) die op nr. 1 staat van de meest gegeten groente in Nederland, voor een maaltijd wil snijden.
De ui (Allium cepa) werd 3000 jaar vóór Christus al gekweekt in Azië en China en later ook in India en werd door de Romeinen in Europa geïntroduceerd.

De ui is een plant van de narcisfamilie en wordt ook wel ajuin of siepel of look genoemd. Uien bestaan in verschillende kleuren.

Gisteren kocht ik een stamppotpakket, waar, behalve olijfolie en rookworst, alles voor het klaar te maken gerecht, al in zat.
Oa. een gele, een witte én een rode ui!
Ik zag voor het eerst deze combinatie!
Het klaarmaken van de stamppot doet mijn lief, hij is de kok van ons tweeën.
Ondertussen zocht  ik (op internet) uit wat het verschil tussen deze  drie uien is.

De gewone ui, ook wel “gele” ui genoemd  heeft een vrij scherpe, maar toch ook zoete smaak. Wanneer je deze bakt wordt hij minder scherp en een stuk zoeter. De gele ui is de smaakmaker bij stoofpotjes soepen en sauzen. Zo las ik

Witte uien schijnen veel in de Mexicaanse keuken te worden gebruikt, ze zijn groter dan de gewone ui  en hebben een scherpe, niet zo zoete smaak en zijn lekker knapperig, te gebruiken in chutneys en salsa’s én bij gebakken en gesmoorde groenten
De witte ui die in Nederland geteeld wordt is van juli tot februari verkrijgbaar!

Rode uien smaken milder, ze zijn lekker knapperig en lichtzoet, met een beetje bittere nasmaak. Daarnaast veroorzaken ze minder tranen tijdens het snijden en geven ze een minder heftige geur na het eten, de schil is dunner dan van de gele ui en déze ui is goed rauw te eten, te gebruiken in guacamole en salade (bijzonder decoratief)




Die “decoratieve” ui hebben we ooit voor iets anders dan eten gebruikt: als tuinornament.

Ooit gezien op een tuinbeurs en nagemaakte door mijn lief van een paar in het bos gezochte berkenstammetjes met spijkers erop, waar de 5 rode uien konden worden opgeprikt

Een groot gedeelte van het jaar staat dit “kunstwerk” op onze tuintafel. De rode uien blijven ontzettend lang goed en als ze uitgaan lopen en verschrompelen, prik ik er weer nieuwe op

Ik heb weer heel wat geleerd over deze “groente”, die ikzelf NIET lekker vindt.
De smaak is wel oké, maar die glazige stukjes of reepjes…..brrrr ( ik vis ze uit ieder gerecht)
Toen ik zelf kookte gebruikte ik zeer zelden ui ( het moet gezegd worden, MIJN eten was ook een stuk minder smakelijk dan dat van mijn lief.)

De lucht van een ui in de pan op het vuur vind ik wel lekker; etenslust opwekkend zelfs.
Mijn lief lost mijn “ glazige-ui-eetprobleem” op door de ui heel klein te snijden zodat ik weinig glazige stukjes in de gerechten terugvindt. Meestal lukt dat aardig.

De stamppot uit het pakket is inmiddels gemaakt en opgegeten. Mijn lief heeft de 3 uien kleingesneden en door het gerecht gedaan en voor hem zelf wat grote stukken met de paprika apart gehouden om op zijn bord toe te voegen.
Het was best lekker met die 3 soorten uien, de  zoete aardappel én de boontjes.


Er bleef bij ons niets over van de uien.  
Maar nu ik toch e.e.a. nagezocht had kan ik u vertellen hoe je UIEN moet bewaren: buiten de koelkast op een donkere, droge, koele plek (enkele weken zo houdbaar)
Stukjes ui kunnen in een koelkastbakje of plastic zakje zo’n 3 maanden in de diepvries (minimaal – 18 graden) bewaard worden.



Kaneelstokjes

In de supermarkt waar ik altijd kom staat het kruidenrek vlakbij de slagerij en aangezien het personeel IN die slagerij aardig en behulpzaam is, vroeg ik gisteren of er nog kaneelstokjes in een zakje waren. Het vakje waar ze “normaal” in horen te liggen was namelijk leeg.
Het meisje van de slagerij liep naar het andere kruidenrek (daar haaks op staand) en pakte, bijna zonder te kijken een zakje kaneelstokjes. De slager kwam erbij staan en stak zijn hand meer onderaan op het rek uit en gaf me een glazenpotje mét kaneelstokjes ”Nieuw”.
Op het potje staat een sticker: Tot 20 jaar gerijpt

Een glazenpotje, met strooidekseltje met 5 gaatjes en erin 4 kaneelstokjes.
Ongelooflijk maf!
Waarom?
De slager en zijn dame wisten het allebei niet.
Ik wil héél graag de plastic afvalberg verminderen, maar of het glazen potje MET plastic dop MINDER biologisch- niet- afbreekbaar- afval geeft dan het plastic zakje?
IK wil meer weten over dit potje, dus ik koop het en bedank het slagerijstel voor hun behulpzaamheid. (Bij de kassa moest ik  € 2,99 voor dit potje betalen)

Thuis maar eens eerst kijken wat SILVO (het merk)  er zelf van zegt.
Ik vind een artikel van febr.2019 uit de Levensmiddelenkrant:

De potjes met kruiden, specerijen en kruidenmixen van Silvo krijgen een modernere en transparante uitstraling. Ze maken deel uit van de mondiale duurzaamheidsplannen van McCormick. De potjes krijgen bovendien een grotere opening, zodat consumenten er een theelepeltje in kunnen steken en zo gemakkelijk kunnen doseren. Ze stromen vanaf nu gefaseerd in. Dit vertelt Noud Werner, brand & categorymanager van McCormick Benelux, waarvan het kruiden- en specerijenmerk Silvo deel uitmaakt. 
De potjes, die de komende tijd gefaseerd instromen binnen retail, worden bovendien volledig recyclebaar en lichter in gewicht. Hierin is bovendien 20 procent minder glas verwerkt, en zijn de dopjes te recyclen. Onze nieuwe doppen sluiten de potjes nog beter af, waardoor de hierin verpakte kruiden, specerijen en kruidenmixen langer vers blijven. De verpakkingsinnovatie maakt dus deel uit van onze mondiale duurzaamheidsambities, die zijn vastgelegd in het Purpose-Led Performance Report.

Oké, dat weet ik dan ook weer. Goed duurzaam bezig die McCormick!
Blijft de dop met de 5 strooigaatjes maf als je 4 (dikke) kaneelstokjes erin doet!
Ook  de “grotere opening voor mijn theelepeltje” is in het geval van de kaneelstokjes NIET nodig.
Maar ik snap het wel: uniforme potjes voor alles is goedkoper dan aparte verpakking.

In mijn research voor kaneelstokjes en hun verpakking kom ik ook een (3 letter) Supermarkt in Nieuwegein tegen die hetzelfde potje Silvo kaneelstokjes voor € 2,05 verkoopt!
Dat vind ik nogal een prijsverschil, maar Nieuwegein is me te ver weg en bovendien ben ik gehecht aan MIJN supermarkt; ik zie het deze keer door de vingers!

Kaneel, zo lees ik nu, wordt gewonnen van de bast van de kaneelboom. Kaneel is vaak afkomstig uit Sri Lanka of de Filipijnen omdat de bomen een warm klimaat nodig hebben.  

Het gaat bij deze bomen om de binnenste bast; stukken bast worden gedroogd op kokosmatten waardoor de binnenbast van kleur verandert. De bast rolt zich door deze droging op en wordt daarna in “pijpjes” gesneden.
Ik denk dat de kaneelwinning al lang geleden begonnen is, toen Sri Lanka nog Ceylon heette  (1972 was de naamwisseling : Sri Lanka betekent ”mooi eiland”) want op het SILVO potje staat Ceylon Kaneel

Bij het uitzoeken kwam ik er achter dat kaneel geen beschermde naam is, maar  dat Ceylonkaneel ook wel “echte kaneel” genoemd wordt. De kaneel (en dus ook de kaneelstokjes)  uit Ceylon komt van een andere boom,  heeft een andere kleur, structuur en vorm en geeft de gerechten een andere smaak dan cassia,  dat van de Cinnamomum Cassia  boom  (die o.a. China en in Indonesië groeit)
Chinees kaneel is veel goedkoper en wordt in veel supermarkten verkocht: tenminste 95% van de verkoop van kaneel  bestaat uit Cassia kaneel  ( uit: hoeherkenechtekaneel)

Ik vind ook op internet talloze waarschuwingen over de kaneel van de Cinnamomum Cassia (Chinese kaneel)  omdat daar de  giftige stof coumarine in zit. Dat schijnt ook in veel kleinere hoeveelheden in Ceyclonkaneel te zitten: 250x meer in Cassia dan in Ceylonkaneel.

Heel wat wijzer over kaneel geworden, behalve waarom kaneelstokjes in een potje met strooi deksel gedaan worden, maar met die “leemte” in mijn kennis kan ik wel leven.

Gelukkig heb ik zonder he t te weten, de GOEDE kaneelstokjes gekocht.
Ik ben dan ook klant van een TOP supermarkt!

Aanrecht

Over sommige woorden denk je nooit na en dan opeens! Waar komt dat woord eigenlijk vandaan?
Dat had ik met het woord aanrecht.

Vroeger bestond het woord ”aanrechtbank” een lange, smalle tafel met kastjes in de keuken, gemaakt om gerechten*) op klaar te maken.
Tot in de 19e eeuw werd die naam gebruikt, daarna werd het woord pas afgekort tot aanrecht.
Waar kwam dat woord aanrechtbank dan vandaan?

Van het vroegere Middelnederlandse werkwoord aenrechten  wat zoveel betekende als klaarmaken of opdienen. De werkwoorden rechten en richten betekenden regelen, bereiden
Daar waar het klaarmaken gebeurde was dus de aanrechtbank.


Heden ten dage kennen we nog het werkwoord aanrichten in combinatie met een maaltijd nog  in de uitdrukking: een feestmaal aanrichten.

Nog even een “weetje”:

Als lidwoord vóór aanrecht mag zowel “de” als “het”
(bron Onze Taal)




*) het woord gerecht betekent bereid voedsel en hield één gang in.