Vandaag zijn een aantal van onze vissen geëmigreerd.
Niet geheel vrijwillig meer geheel niet vrijwillig.
Ze waren met té veel op té weinig oppervlakte
Ooit begonnen we met een vijver (ca.2.500 L)
De eerste vissen daarin waren 11 windes; gekocht als een Oranjeteam, ten tijde van een WK-voetbal.
Daarna én daarbij kwamen sarasa’s , een shubunkin en een sluierstaart tot……..
mijn jongste broer begon met koi’s in zijn vijver (ca.25.000 L)
Hij werd een KOI- enthousiasteling en bestelde bij zijn vijverman steeds meer bijzondere koi’s.
In zijn toilet hing een grote poster met allerlei soorten met de (Japanse) namen erbij (zodra IK van de toilet af kwam was ik welke naam van welke vis dan ook al weer vergeten)
Welke naam ik nog wél weet was de toevoeging ginrin, zo’n koi had ’n glinstering op zijn schubben.
Omdat dit nogal een dure hobby bleek, kocht hij soms kleine koi’s. Daarvan wist je vaak niet hoe ze opgroeide; het rood bleek soms, als ze groter werden, té oranje om er een prijsvis aan te hebben.
De vissen die bij hem in de vijver opgroeide en HET niet hadden moesten weg: die mocht zijn zusje hebben, die er maar wat blij mee was.
Toen hij eens een heleboel kleine koi’s (speldenknopformaat) had gekocht bleken daar ook spelingen van de natuur bij te zitten; bijvoorbeeld met maar één oog of met rare uitstaande kieuwen.
In principe regelde de natuur dat zelf en werden deze vissen niet volwassen maar stierven.

Een enkeling werd groter, pinkgrootte. Als hij bleef leven mocht ik hem (na soebatten: want zo’n vis zou toch doodgaan) Wij vonden die vissen bijzonder; ze kregen bij ons een leuk leven (als ze het redden)
We hebben nog één koi met uitstaande kieuwen (ooit heel klein in onze vijver gekomen nu groot) we noemen hem Flappie (het lijkt of hij flapoortjes heeft)
Twee jaar geleden, vandaag op de dag af, stierf mijn broer; er zouden bij ons nooit meer koi’s van hem bijkomen.
Koi’s zorgen zelden voor nakomelingen in een vijver als de onze (je hoort dan bepaalde maatregelen te nemen, zoals borstels in de vijver te plaatsen)
Onze shubunkins, sarasa’s en sluierstaarten plantten zich wel voort. Met het gevolg dat we een teveel aan vissen hebben. Soms wilde iemand wel 1 of 2 vissen van ons, maar dat zet geen zoden aan de dijk.
Een zoon van een vriendin heeft een mega vijver in België, dáár zijn 5 van onze vissen nu naar toe.
Ik had er graag veel meer gegeven, maar een net in de vijver vinden vissen niet erg (ik “vis” vaak blaadjes uit de vijver) maar zodra er collegavissen in een net verdwijnen, vindt de rest het NIET leuk meer. Een enkele, beetje slome vis laat zich nog wel vangen, maar de rest verschuilt zich.
Ik word niet vrolijk van het najagen met mijn net achter vissen aan; ik WIL dat niet.
Dus stopte het vandaag bij 5. We hopen dat ze het fijn krijgen in België!
Even leek onze vijver wat leger, maar nu, bij het avondvoeren, lijken het er weer evenveel als eerst.