Ethische kwestie

(Bijna) iedereen heeft een moreel kompas. De een heeft andere morele waarden dan de ander.
Soms kan een mens in verwarring worden gebracht: Is wat we (de Overheid, de maatschappij) doen, juist? Ben ik het wel eens met dit voornemen/deze wet/ deze regeling?
Soms ligt de grens niet zo duidelijk.

Ik ben van plan zo nu en dan wat dillema’s op moreel gebied aan de orde te stellen.
Niet om er persé een antwoord op te krijgen, maar ook de lezer zelf te laten nadenken over zijn eigen morele waarden en hoe de grens daarvan ligt.

Deze keer gaat de ethische kwestie over stadsduiven.

De uitwerpselen van deze dieren komen op veel plekken terecht die daar gezondheidsrisico’s voor mensen kunnen opleveren én schade aan gebouwen toebrengen
Op diverse plekken in wereldsteden krijgen mensen al boetes als ze stadsduiven voeren, maar de aantallen duiven worden daar niet noemenswaardig minder van

In Venetië hebben ze een oplossing gevonden: duiven krijgen in hun broedperiode tussen hun voer anticonceptiepillen gevoerd. Ik las dat daar het aantal van 10.000 duiven  naar 1.000 is terug gelopen.

Ook in België zijn op meerdere plekken proefprojecten gestart waarbij duiven aan ‘de pil’ gaan oa in  Leuven en Hasselt krijgen duiven het anticonceptiemiddel  R12 toegediend  (de dieren werden daarvóór  zo veel mogelijk gevangen met kooien, ca 600 per jaar)

De ethische kwestie:

Kan de Overheid  dieren anticonceptiepillen geven omdat de mens hun aantallen willen verminderen?

En zo ja? Hoever kan men hierin gaan? Tot stadsduiven zo goed als zijn uitgestorven?

Kan dat ook bij andere dieren die de mens als “lastig” ervaart?

\

Tweede Kamerverkiezingen 2021

Op 17 maart is er weer “feest van de Democratie”; we kunnen weer gaan stemmen!

Kiesrecht is het recht om deel te nemen aan de behandeling van openbare aangelegenheden, om te stemmen en om gekozen te worden.

We wonen in een land waar we kúnnen stemmen, laten we er dan ook gebruik van maken.
[Wij. vrouwen kunnen in Nederland pas stemmen sinds  1919 (de eerste vrouw stemde op 15 mei 1920!)*)
En wat betreft de jongeren: In 1946 ging de stemgerechtigde leeftijd van 25 naar 23 jaar; in 1965 van 23 naar 21 en vanaf 1972 mag  in Nederland een persoon vanaf 18 jaar stemmen! ]

Dit jaar zullen de Tweede Kamerverkiezingen anders zijn dan alle andere keren: door COVID 19!

Bij uw stempas krijgt u een gezondheidscheck, die u voordat u gaat stemmen moet doen.
Als u een van de vragen op dit papier met JA moet beantwoorden kunt U niet gaan stemmen
(wél iemand machtigen die voor u kan gaan stemmen)

Deze keer kan een gemachtigde voor maximaal 3 andere kiezers stemmen

Er zijn zullen mogelijkheden om te stemmen zijn:  De verkiezingen zijn op 17 maart, maar op
maandag 15 en dinsdag 16 maart zijn een aantal stemlokalen geopend voor kiezers die als gevolg van het coronavirus tot de risicogroepen  behoren.

Kiezers van 70 jaar en ouder kunnen bij deze verkiezing ook per brief stemmen 


Ook voor ons, mensen in het stemlokaal achter de tafel, zal één en ander anders zijn.
Waarschijnlijk zitten we zo in het stemlokaal mét face shields, afgeschermd én met meer mensen om ook toe te zien op de afstandsregel.



Dit jaar voor ons geen bijeenkomst en uitleg van de regels in het gemeentehuis, maar uitleg op internet met een “examen” tot besluit. En natuurlijk moeten ook wij de gezondheidscheck doen, dus verkouden of verhoging? Dan thuisblijven! (reserves staan klaar)

Ik hoop ook dit jaar weer de KIESWET te mogen uitvoeren en de leden uit de gemeente waarin ik woon behulpzaam te zijn bij het stemmen. Het zal allemaal anders zijn; minder “feestelijk” , geen schaaltjes met dropjes op de tafels, geen gemoedelijk praatje met collega’s (afstand!)


Anders, maar desalniettemin BELANGRIJK: wie gaan ons land de komende vier jaren regeren: Het is aan U!





*) In België kregen vrouwen pas stemrecht in 1948!

Warme truiendag

Vrijdag 5 februari wordt alweer voor de 15e keer de Warmetruiendag gehouden*).
Een jaarlijks terugkerende reminder aan het Verdrag van Kyoto, waarin werd afgesproken de uitstoot van broeikasgassen, die leiden tot klimaatverandering, wereldwijd te verminderen.

De warme trui is HET symbool geworden voor energiebesparing!
Iedereen kan aan dit initiatief  meedoen, het is simpel: Zet de verwarming lager, trek een extra warme trui aan en bespaar 6% energie en CO₂. per graad

Als héél Nederland op 1 dag één graad lager stookt, besparen we 3,3 miljoen kubieke meter gas en 6,3 miljoen kilo CO₂.
Doen we dat een heel stookseizoen lang, dan besparen we maar liefst 1 megaton CO2!
(Dat is bijna 30% van de geplande CO₂. -reductie die Nederland (klimaatakkoord) in 2030 in de gebouwde omgeving wil realiseren)
De schoonste energie is de energie die je NIET gebruikt!

In 2020 registreerde 291.000 mensen zich en deden ook veel mensen mee zonder zich te registreren. De Warmetruiendag is een initiatief van het  KlimaatVerbondNederland.**)

Het klimaatbeleid loopt door het Coronavirus achterstand op. (Ondermeer door kantoren die verwarmd moe(s)ten worden terwijl er maar een handje vol mensen zitten, de gelegenheden waar ramen open moe(s)ten om te ventileren, terwijl de verwarming aanstond, de terrasbranders die weer “van stal” werden gehaald.***)
Laten we die achterstand proberen “wegwerken” door zelf de thermostaat wat lager te zetten (misschien wat langer dan alleen Warmetruiendag alleen?)
Je kunt je registreren voor Warmetruiendag op : www.warmetruiendag.nl

*) in Vlaanderen heet het  Dikketruiendag
**) KlimaatVerbondNederland is een samenwerking van 175 gemeenten, provincies en waterschappen voor ambitieus klimaatbeleid.
***)Milieu Centraal meldt: Stel, je hebt tien terrasverwarmers met ieder een vermogen van 2000W, en ze staan een half jaar lang iedere avond aan. In dat geval verbruik je in totaal 14.600 kWh aan elektriciteit. Dat is bijna 7000 kg aan CO2. Dat staat gelijk aan de CO2-uitstoot voor het energiegebruik van een gemiddeld huishouden voor 2 jaar. 

Groentesoort?

De aardappel, oorspronkelijk afkomstig uit Zuid Amerika (de Inca’s verbouwden ze al in de 2e eeuw van onze jaartelling) werd in Nederland in 1727 erkend als eetbare groente (alleen in Nederland en België is de aardappel NU een aparte productgroep, in alle andere landen wordt hij gezien als groente)

Vóór de tijd dat de aardappel in Nederland zijn intreden deed at men hier voornamelijk pap/brij van graansoorten (zo’n 5300 jaar vóór onze jaartelling ontstonden in Limburg de eerste vormen van landbouw) bonen, knollen en erwten met spek.
Pas vanaf de 18e eeuw werd de aardappel in Nederland volksvoedsel.

Vroeger thuis aten we altijd BINTJES, ze werden gebracht door de “aardappelboer” en in de kelder gegooid. Dit aardappelras was “gemaakt” door kruising van de rassen Munstersen met Fransen door de Friese onderwijzer en aardappelkweker Kornelis Lieuwes de Vries uit  Suameer (nu behorend tot de gem. Tietjerksteradeel) en door hem in 1905 vernoemd naar de toen 17-jarige Bintje Jansma (hij vernoemde nieuwe aardappelrassen vaak naar zijn leerlingen)

Bintjes zie je niet veel meer, het is een ziektegevoelig ras en werd daarvoor “behandeld” met (giftige) bestrijdingsmiddelen. Milieuorganisaties zoals Stichting Natuur en Milieu en Milieudefensie noemde het een “gifpieper” en adviseerden supermarkten deze aardappel “stapsgewijs” uit hun supermarkten te weren. In 2000 besloot Albert Heijn  bintjes uit de schappen te schrappen, andere supermarkten en ook fabrikanten van patat frites  volgden en weerden BINTJES.

Overigens heeft de aardappel al sowieso al ”moeilijke tijden” gehad doordat verschillende bekende (koolhydraatarme) diëten de aardappel in de ban deden; het zouden ”dikmakers” zijn.


In 1885 schilderde Vincent van Gogh in Nuenen het schilderij “de Aardappeleters”



Er zijn vroege en late soorten :

Een Frieslander (ook prima voor patat)  is bv een vroege soort (verkrijgbaar van juni tot januari*) ook de Doré (hutspot en puree)  is een (zeer) vroeg soort aardappel.
Deze 2 soorten hebben allebei een groeitijd van tussen de 90 en 100 dagen

Late rassen worden ook wel winteraardappelen genoemd (geoogst in sept/okt en verkrijgbaar midden sept. tot half juni) zijn oa. Bildtstar (genoemd naar de Friese gem. Het Bildt)  rode schil en vastkokend en de kruimige  Irene, vaak gebruikt voor winterstampotten.( wie deze aardappel haar naam gegeven en waarom “Irene” heb ik niet kunnen achterhalen)

Tot slot nog een  bewaaradvies én een kooktip:

Aardappelen  kun je 1 tot 3 weken bewaren bij een temperatuur van 8-12°C.
Bewaar ze op een droge, donkere en goed geventileerde plaats en stop ze niet in een plastic zak, want aardappelen moeten kunnen ademen.

Kook de aardappelen nóóit in te veel water, de smaak gaat dan in het water zitten en dat gooi je af!






*)Tegenwoordig zijn de meeste aardappelsoorten het hele jaar verkrijgbaar, gerooid, opgeslagen in schuren, maar verser dan vers is lekkerder!

Oorlogsverhalen: hele en halve waarheden.

Mijn moeder is geboren in Brussel uit een Franse moeder en een Duitse vader.

ru en aimaHaar vader, haar broertje en zij (haar moeder was toen al aan tbc overleden) zijn in de Eerste Wereld Oorlog uit België naar het neutrale Nederland gevlucht waar de ouders van haar vader al woonden.
Ze werd altijd nogal fel als we het hadden over haar Duitse vader “Hij was geen Duitser, geboren in de Elzas dat soms Frans, soms Duits was” zei ze dan.

Pas na haar dood ontdekte ik dat hij, met een Duits paspoort, in 1925 de Nederlandse nationaliteit heeft aangevraagd én gekregen.

Mijn moeder had veel meegemaakt. Over sommige zaken sprak ze wel eens.
Zoals over de Tweede Wereld Oorlog toen ze, zelf verloofd, haar collega (mijn vader) soms met zijn zieke vrouw en de kinderen hielp.

Eén van de mooie oorlogsverhalen was het verhaal dat er (Zweedse) wittebroden “uit vliegtuigen werd gegooid” in de Hongerwinter van 1945 en over de smaak ervan die na, honger, bloembollen en andere, amper eetbare dingen, nergens mee te vergelijken was.

voedseldropping
Foto: Onbekend – Derived from Beeldbank Rijswijk, Publiek domein

Oók na haar dood, las ik dat het Zweedse wittebrood niet uit vliegtuigen werd geworpen maar uit het neutrale Zweden als meel in drie vrachtschepen werd aangevoerd (aankomst in de haven van Delfzijl, van daaruit werd het meel over Nederland verdeeld; Nederlandse bakkers bakten  het witte brood)
Wat er wel was geweest en wat ze waarschijnlijk gezien heeft, waren voedseldroppings.

Op 29 april 1945 werd 535 ton aan voedsel door de RAF uit vliegtuigen gegooid.

Soms “herinner” je je dingen anders dan ze werkelijk gebeurd zijn. Dat kun je alleen voorkomen door feiten te checken. In dit digitale tijdperk is dat gemakkelijk. Hoewel het scheiden van fictie en waarheid op internet een kunst op zich is.
Verder kun je aan mensen in je omgeving vragen hoe zij zich die dingen herinnerden. Maar dat gaat moeilijk als zoveel mensen al dood zijn als je met je vragen komt.

Zelf ben ik de enige nog levende uit een gezin van 4 kinderen. Van het oorspronkelijke gezin leeft niemand meer; wel 2 schoonzusjes die pas na de oorlog “in de familie kwamen” en waarvan er één een Engelse is, die nog steeds in Engeland woont.
Haar oorlogsverhalen geven een beeld hoe van de  Engelse kant de Tweede Wereld Oorlog beleefd werd

Ik zal het moeten doen met (oorlogs) verhalen die ik me nog herinneren kan van mijn  moeder en oudste broer (vader is overleden toen ik nog jong was).
Dat zullen niet allemaal hele waarheden zijn, zoals ik nu, na steeds meer te onderzoeken ontdek. Het zullen (wél) de waarheden  zijn, zoals de verteller  het toen beleefde.

 

 

Oude ambachten (2)

Al eerder schreef ik al een blog over oude beroepen, die ik door genealogie onderzoek tegen kwam.Beroepen, die nu vaak niet meer bestaan.
Bij sommige beroepen heb je meteen een beeld van wát de uitvoerende gedaan hebben, zoals een rijtuigenschilder.
Bij andere ambachten is dat wat moeilijker voor te stellen,  dié beroepen heb ik eens nagezocht.

Voerman
Iemand die een met paarden (of ossen) bespannen wagen bestuurde.

Schepen
Een schepen was  voor 1795 een dorpsbestuurder, beetje vergelijkbaar met een burgemeester nu.
Hij maakte ook deel uit van de schepenbank, die misdaden berechtten en uitspraak deden in burgerlijke geschillen.

Nu hebben de Belgen en Luxemburgers nog schepenen, dáár zijn het in de huidige tijd, een soort wethouders. Die, anders dan bij ons ook gemeenteraadslid zijn en mogen meestemmen over hun eigen voorstellen.

Rentmeester
Iemand die, namens derden landgoederen of andere gebieden of geldelijke vermogens beheert, en pachten int.

Het rentmeesterschap  bestaan tegenwoordig ook nog, zo las ik.
Het woord rentmeesterschap wordt ook in de Bijbel gebruikt; Wij mensen zijn geen eigenaar van de wereld en haar gronden, maar hebben deze haar slechts in bruikleen

Zakkendrager
Een zwaar beroep, de mannen die het deden waren verenigd in een gilde*)
Ze transporteerde zakken met  onder andere graan, meel en turf.

Mannen die dit beroep  nu nog uitvoeren heb ik gezien in Istanbul. Kleine nauwe straatjes met veel winkels. Auto ‘s, laat staan vrachtwagens kunnen er niet komen. Die stoppen ergens en zakkendragers nemen grote hoeveelheid waar op hun rug, meestal in (rug)zakken, om winkels (bedrijven) te bevoorraden.

Tapper/Tapster

Een verkoper/verkoopster van bier, gedestilleerd en wijn.

Eerder schreef ik al over het ontstaan van de achternamen in Nederland (Franse inlijving, hun wetten golden (Code Civil) dus registratie óók in de Nederlanden) mensen kozen behalve patroniemen ook hun beroep als achternaam.
Eén van mijn voorvaderen is ooit met een mevrouw Tapper getrouwd.

Leenman
In de Middeleeuwen toen het leenstelsel gold kon iemand van een leenheer grondgebied  “lenen” en dat bebouwen naar eigen goeddunken, in ruil voor dit lenen werd hij een soort “onderdaan” (vazal)  van de leenheer. Hij zwoer hem trouw en als de leenheer dat nodig vond gaf hij hem militaire bijstand

 

 

*)  Een gilde was belangenorganisatie van personen met hetzelfde beroep (middeleeuwen)
In een gilde werd kennis en ervaring uitgewisseld. Nieuwe gildeleden werden opgeleid in het vak. Na een gedegen opleiding kon een leerling erkend worden als vakman met de titel gezel en, na het doen van de gilde- of meesterproef de titel meester verwerven

Berenjacht

berenjact
De berenjacht is een initiatief om kinderen af te leiden van het Coronavirus en is geïnspireerd op het in 1989 verschenen Engelse prentenboek We’re going on a bear hunt  In het boek gaat een vader met zijn kinderen op berenjacht en……vinden ze een beer.

Het, op het boek geïnspireerde idee om een beer voor je raam te zetten en zo kinderen “iets te doen te geven”, een speurtocht langs beren te houden is in Australië begonnen en via België nu ook in Nederland gearriveerd.

Als ouders en kinderen “even” naar buiten gaan voor een frisse neus kunnen ze, onder het wandelen door, naar beren zoeken. Het initiatief gaat zover dat er op internet diploma’s en berenkaarten zijn te downloaden. Daarmee wordt het voor de kinderen helemaal echt.

Wat ik NIET wist is dat je ook (via internet) kunt aanmelden dát je een beer (of meer) hebt neergezet.
Als je dat gedaan hebt komt er een beer op de plek waar je woont op de kaart van Nederland bij.
Al meer dan 20.000 mensen schijnen dat gedaan te hebben.

berenjacht
Toen mijn lief en ik een stukje gingen fietsen zag ik bij toeval een beer voor het raam (niet eerder aan gedacht) We hebben toen samen “gezocht” naar meer beren en kwamen op 12 beren!We hadden er lol in. Thuis meteen een beer (sommige van de “bijzondere” knuffels van de kinderen heb ik bewaard) opgezocht en voor een bovenraam gezet. (Ons raam op de benedenverdieping is van de weg af niet te zien).

Inmiddels hebben we, tijdens het door de wijk wandelen, al vele beren gezien (record van ons staat op 35 beren ) We zien ze voor onder- en bovenramen staan, zelfs één hangend (zoals de tas van een geslaagde) aan een vlaggenmast.
grote beer

Kleine en grote!
ruitbeer

Niet alleen voor ouders met kinderen, leuk voor iedereen die “even” naar buiten kan/mag/gaat.
(Niet in groepen! Alleen of met huisgenoten)

corona

Nederland, België en een stukje Frankrijk

Als ik als kind achter in de auto zat en we gingen met vakantie schreef ik op een papiertje welke “vreemde” autokentekens ik tegen kwam.
Dat was nog in de tijd dat je groenten at wanneer die op de Hollandse grond groeide (of in kassen) en we nog nooit gehoord hadden van papaja’s of kiwi’s. Buitenlandse vrachtwagens zag je ook niet zoveel op de weg.
Nu kunnen we ALLES, het hele jaar door eten en zag ik op de weg door Nederland, België en een piepklein stukje Frankrijk, allerlei kentekens (die al lang niet vreemd meer zijn): SK, RUS, Lt, LV, SK etc.

We zijn op weg naar Dunkerque, waar de  ferry ons  in zo’n 2 uur naar Dover (Eng) zal brengen.
Waar het specifieke van Nederlandse huizenbouw uit bestaat zou ik niet weten, maar zodra je de grens over bent merk je dat je in België bent; de bouw is, zonder dat ik het kan benoemen, anders.
Er liggen ook (waarom?) veel meer stukken rubber van autobanden in de berm.
Ook geeft de Belgische Overheid meldingen langs de weg waarvan ik denk, wat moet ik hier nu mee. Bord langs de weg: De Vlaamse Overheid geeft in 2019 24 miljoen uit aan de af- en toeritten van deze weg

boothuisEn dan zijn we in Frankrijk en niet veel later volgen we de borden carferry.
We “slingeren wat af en zijn dan bij de “port” die we nodig hebben. Nu volgt het wachten.
Op het eerste hokje paspoorten. Onze reservering hoeven we NIET te laten zien, dat heeft een camera al doorgegeven aan de hokjesmeneer; het briefje met ons Lane nummer ligt al klaar.

We mogen door Engelse douane, “Passports, please”. Ook daar geen problemen, dan 2 mannen in het geel, die ons op een “zijspoor” dirigeren. Achterklep open, hij kijkt er amper in, achterdeur openen ( ook op de achterbank liggen spullen) ook daar kijkt hij amper. Ik heb sterk de indruk dat hij meer naar onze reacties kijkt dan naar wat er eventueel zou liggen.

Daar gaan we weer. Naar lane 27.
Daar kunnen we de auto parkeren en naar een koffiemachine lopen.
Zodra we de koffie hebben lopen we weer naar buiten, want een ongezellige, nare, lege ruimte.

ferry
Op een bankje zien we een man en vrouw met 5 honden voorbij komen, ze gaan naar een grote hout omheind stuk; het blijkt een hondenuitlaatplek te zijn.
Dat was vroeger ondenkbaar. Dieren moesten 6 maanden in quarantaine voor ze verder mee mochten. (Jaren zijn we NIET naar Engeland geweest omdat de hond niet mee mocht. Toen onze hond dood was, mochten er “opeens” wel honden mee, hoewel onze Engelse familie dat helemaal niets vond: ze zouden ziekten mee kunnen nemen naar HUN eiland)

De omroepinstallatie “zegt” dat we ons naar de auto moeten begeven, dus we doen dat.
Eerst gaan de vrachtwagens. Het stagneert al snel,  dan blijkt dat de vrachtwagens vanaf Engeland er eerst nog af moeten. 2 Uur vertrek gaan we niet halen (denken we)
Inderdaad we vertrekken pas om kwart over 2.Geen punt we hebben geen haast, we zijn met vakantie.
Op het dek waar we, tussen de enorme vrachtwagens staan, is geen persoon die ons wenkt dat we verder, verder, verder moeten. Ze hebben zeker ruimte genoeg, want in het verleden moesten we tot op de centimeter achter de auto voor ons staan.  Nu dus niet.Op de boot eten we een (smerig) broodje, zetten onze horloges op de plaatselijke tijd van aankomst en genieten van de overtocht.

Op de camping  aangekomen vragen (lieve) Engelsen of we bij het opzetten van onze vouwwagen misschien zin hebben in een kopje Engelse thee. Als we “ja” zeggen, komen ze aan : de man met een tafeltje, de vrouw met een blaadje met 2 thee met melk en 4 koekjes. Hier worden we blij van. We zetten de vouwwagen op, na de Engelse thee: De vakantie kan beginnen!

Omegabaars

Afgelopen week voor het eerst Omegabaars gegeten.
Bereiding: Kruiden, 4 tot 6 minuten in olie bakken.
Klaar is vis.

Waarom Omegabaars?
De Omegabaars is de eerste plantaardig gevoede vis ter wereld die geen water verbruikt om gekweekt te worden.

Moest u het ook twee keer lezen en dan nog met het hoofdschudden? Ik wel.
Het blijkt dat een duurzame viskwekerij Aqua4C een uniek circulair systeem uitgevonden heeft  en dat exploiteert in samenwerking met de buren van een tomatenkwekerij .

omegabaars

De Omegavis is vegetariër; krijgt alleen plantaardig voedsel.*
Hij zwemt in regenwater.
De warmte die wordt gegenereerd bij (buurman) de tomatenkweker verwarmt de vissenbassins.
Het afvalwater van de vissen (ze poepen) wordt gezuiverd in rietvelden.
De “mest” van de baars kan gebruikt worden voor bemesting van akkers.
Het water wordt weer gebruikt bij de tomatenplanten.

Er wordt geadverteerd: De vis van morgen groeit bovendien op in een gesloten ecosysteem van zuiver regenwater. Geen risico op schadelijke stoffen dus. Ook geen microdeeltjes plastic.

Ik vind het heel duurzaam klinken.
En wat ook belangrijk is: ik vond die Omegabaars lekker!
Kook duurzaam, bak eens omegabaars.

 

 

*) De unieke voeding van de Omegabaars werd ontwikkeld aan de KU Leuven: granen en zaden