67% van de Nederlanders wil graag méér buiten zijn (bron Universiteit Wageningen, Staatsbosbeheer & Bever) Dat is slim want bij zon- en fel daglicht maakt ons lichaam serotonine aan; het gelukshormoon! (en wie wil er niet gelukkig zijn)
Natuurgeluiden hebben een stressverlagende werking op ons, mensen. Onderzoek wijst uit dat hartslag, bloeddruk en spierspanning binnen 3 minuten in een natuurlijke omgeving al dalen!
Gemiddeld brengen we ca. 90% van onze dag binnen door! Met naar buiten gaan en frisse lucht inademen haal je verse zuurstof in je lichaam.
Voor die verse zuurstof moeten we wel, als mensheid, iets aan de broeikasseneffecten doen! In 2050 wil Nederland klimaatneutraal zijn en in 2030 moet Nederland 55% minder broeikasgassen uitstoten (vergeleken met 1990)
Qua klimaatplannen is Finland het meest vooruitstrevende land in Europa; het eerste land waar de klimaat doelen wettelijk bindend worden*)
Vanaf eind 2025 begint de productie van Lightyear 2, een nieuwe zonneauto (een deel van de benodigde energie wordt opgewekt door zonnecellen)**) Wel nog pittig geprijsd (maar wel onder de € 40.000,-)
Op Luchtmeetnet.nl kun je de actuele luchtvervuiling zien in jouw eigen omgeving + voorspelling voor de komende 48 uur.
Om Nederland schoner te krijgen kun je natuurlijk ook vast jouw eigen buurt schoonhouden. Met de gratis app.http://www.helemaalgroen.nl kun je jouw eigen “opruimrondje” vastleggen, zodat er geen dubbele rondjes worden gelopen (13.000 mensen doen het al)
Tal van grote winkelketens zijn bezig om duurzamere producten op de markt te brengen
De Hema bijvoorbeeld verkoopt , las ik, vanaf sept. 2019 alleen maar 100% duurzaam katoen, van romper tot laken, van t-shirt tot handdoek
en
heeft
* de hoeveelheid gerecyclede vezels in haar collectie met 12x zoveel verhoogd; * ze verkopen producten met een Gold Level-certificatie van Cradle to Cradle;*) van 100% recyclebare denim, die op een sociaal en economische manier worden geproduceerd * Ze verkopen katoenen producten met een label van Better Cotton**) de katoenboeren die dit katoen produceren krijgen training in het gebruik van hun watervoorraden en het verminderen van het gebruik van meststoffen en pesticiden. (ik noemde dit label al in een blog van sept. vorig jaar)
Toen ik het
label las, verwarde het me een beetje, want er staat
“Door te kiezen voor onze katoenproducten, steunt u de investering van C&A in de missie van Better Cotton. De katoen is afkomstig van een systeem van massabalans en kan daarom mogelijk geen Better Cotton bevatten“
[massabalans = een volumevolgsysteem waarmee BC katoen kan worden vervangen of gemengd met conventioneel katoen, op voorwaarde dat gelijkwaardige volumes worden ingekocht BC.]
Onder het motto, een beetje duurzamer is beter dan niet duurzaam heb ik daar een product met het BC label gekocht. Maar het blijkt wél dat je een label goed moet lezen vóór je er van uit kan gaan dat het zo duurzaam is als je denkt dat het is.
Ook
is op weg naar het aanbieden van duurzamere producten, van verse vis tot bananen en chocolade. De naam Way to go vind ik een mooie, het zegt We zijn er nog niet, maar wel (een eindje) op weg!
Lidl zegt inspanningen te doen om de milieueffecten in de textielketen te reduceren en de arbeidsomstandigheden te verbeteren. Ze moesten echter wél tijdens dit proces vaststellen dat échte samenwerking in de hele keten veelal uitblijft. Ze blijven daaraan werken omdat ze geloven dat ze door in alle stappen van de keten samen aan integrale duurzaamheid te werken, daar het verschil kunnen maken.
Ik koop daar oa chocoladerepen. Behalve dat die het Fairtrade label hebben, ondersteunt Lidl ook lokale (Ghana) landbouwprojecten en verhogen ze de inkomsten van de cacaoboerenorganisatie (100.000 leden) Kuapa Kokodo.
“Alle beetjes helpen, zei het muisje en plaste in de Rijn” Ik heb weer een miniem beetje geholpen. En U?
Een lezer van mijn blog gaf me een tip, die ik u graag doorgeef: een groene zoekmachine: ZoekGroen
Door digitaal via Zoekgroen zoekopdrachten in te stellen, zorg je ervoor dat droogland (een positieve impact op klimaatverandering, natuur en mensen) weer groen wordt!
Dankzij de gebruikers van zoekmachine ZoekGroen is er al 118.744m2 droog land vergroend en zijn er 353 bomen geplant!
De zoekgegevens worden aangeleverd door Google en 95% van de opbrengst (gesponsorde zoekresultaten, webshops ed) wordt gestort als donatie aan de Nederlandse non-profitorganisatie Justdiggit.
Justdiggit zal zorgdragen voor de groene uitvoering en realisatie van de plannen (de resterende 5% van de opbrengsten worden gebruikt om de kosten van ZoekGroen te dekken)
Justdiggit: Wij zijn op missie om Afrika te vergroenen en zo de aarde weer af te koelen. Samen met miljoenen boeren én samen met jou.We zitten middenin een wereldwijde klimaatcrisis. Gelukkig kunnen we het tij keren. Door nature-based solutions toe te passen kunnen we de opwarming van de aarde met 37% beperken. De oplossing is simpel: We moeten droog, gedegradeerd land weer groen maken.
In Afrika wordt door Justdiggit:
* regenwater opgevangen in bunds. Een bund ( “earth smile”) is een halvemaanvormige kuil die regenwater opvangt in droge gebieden. Het water komt zo weer ondergronds bij de zaden en wortels. Hierdoor kan vegetatie herstellen.
* bomen geplant
* graszaadbanken ontwikkeld. Graszaadbanken zijn kleine delen van gemeentegrond die worden gebruikt voor de productie van grassen en graszaden. De grassen die op de graszaadbanken groeien, worden beschermd tegen grazend vee én wild door een zgn “levend hek” (lokale struiken) Die graszaadbanken worden in Kenia beheerd én onderhouden door Masai-vrouwengroepen Zodra de grassen volgroeid zijn, produceren ze graszaden, die door de vrouwen op lokale markten worden verkocht óf gebruikt voor andere groenprojecten.
In Nederland is te veel stikstof en dat is slecht voor de natuur. Planten die van stikstof houden, zoals bramen, brandnetels en bepaalde soorten grassen groeien hard en verdringen andere flora. De redders van stukken van de natuur zijn schapen! Zij eten heideverdringende planten zodat grote heidevelden kunnen blijven bestaan
Het Goois Natuur Reservaat (opgericht in 1932) heeft Drentse heideschapen (het oudste Hollandse schapenras van ruim 4.000 jaar oud) op een eeuwenoud heidelandschap geplaatst: de schaapskooi staat op de Blaricumse heide.
Daar was op 2e Paasdag een Open Dag met, voor de kleintjes, paaseieren zoeken. Het was er enorm druk, parkeerterrein vol, auto’s langs de kant van de weg, fietsen tegen bomen. Hele families met opa en oma en (kleine) kinderen (sommigen toepasselijk met paashazenoren op
De lammetjes, wit en zwart, bruin, gevlekt of effen waren zowel in als buiten de schaapskooi; ze mekkerden en maakte rare sprongetjes: kinderen én volwassenen vonden het prachtig!
Alle schapen in deze kudde zijn ooien; sommige hebben horens anderen niet.( dát schijnt iets erfelijks te zijn) De kuddes met herder (er zijn 2 kuddes met totaal 350 heideschapen) lopen in één jaar tijd de zes omliggende heiden af*) De schapen eten 7 tot 8 uur op een dag; er verdwijnt dus flink wat “ongewenste beplanting”
Het is vrij druk; als we een tijdje naar de schapen met lammetjes gekeken hebben lopen we een stuk de hei op, hoe verder van de schaapskooi, hoe rustiger het is. De krentenbloesem begint net met bloeien. Een prachtige bloeiende krentenboom staat in zijn eentje, in de hei tegen een bomenrand aan. Hij springt er echt uit, maakt een mooi plaatje!
Er is waarschijnlijk een route uitgezet, want we zien grote keien beschilderd met schapenkoppen op diverse plekken van de hei staan. Ook zijn er andere borden met schapen; we zien een schaap met een mestkever en een bord met een schaap die lijkt de vleugel van een vogel te willen afknippen (dáár zit vast een verhaal achter)
De hei is niet overal toegankelijk er zijn stukken met een natuurlijk afzetting ( takkenbossen en stammetjes) geblokkeerd; hier moet de heide herstellen. De vroegere leemkuilen zijn met gaas afgezet, mét bord met uitleg.
Als we bijna terug bij de schaapskooi zijn zien we dat ook kinderen de massa “iets” te massaal vinden: Een klein pukkie met gele laarzen en een geel regenjasje aan staat een eind van zijn familie af, roepen heeft weinig zin, hij blijft “even dáár rondkijken”; een meisje is een eind van het mensen- en schapengebeuren alleen met een voetbal aan het spelen. Een klein ventje heeft een ijsje gekregen en staat met zijn rug naar de schapen, te likken. Er zijn ook kinderen die de schapen fascinerend vinden, niet in de schaapskooi, wel “veilig” achter gaas buiten (mét hazenoren op haar hoofd)
Er waren GNR medewerkers die info over de schapen gaven, menigeen heeft weer wat bijgeleerd; wij ook.
Natura 2000 is een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden, waar planten én dieren die in Europa bedreigd zijn in hun natuurlijke omgeving beschermd worden om de biodiversiteit te behouden. In een Natura 2000 gebied mag niet zoveel stikstof neerslaan dat het leefgebied wordt aangetast.
Nederland is klein en dichtbevolkt, in een land zoals Frankrijk zit veel meer ruimte tussen landbouw- en natuurgebieden én omdat de natuurgebieden veel groter zijn dan in Nederland wordt de kritische depositiewaarde *) minder gemakkelijk overschreden. 13,3% van het landoppervlak van Nederland is Natura 2000 gebied. Er zijn ruim 160 Natura 2000-gebieden in Nederland, samen hebben ze een oppervlakte van ruim 2,2 miljoen ha. ongeveer 85% is water, de rest land.
Gisteren waren wij in een Natura 2000 gebied: Het Groene Kruispunt Nuldernauw (onderdeel inrichtingsplan Veluwerandmeren)Het gebied tussen Strand Horst en Strand Nulde, tussen de A 28 en de dijk van Flevoland.
Als je op de A 28 rijdt, even vóór afslag Ermelo en je ziet de grote witte fiets aan de kant van de weg, dan ben je er!
Hier is het natuurbehoud gericht op de grote karekiet, de roerdomp, de otter, de ringslang en de snoek.7 oktober vorig jaar begon men met de aanleg; en op 8 december werd de vogelkijkhut geplaatst mét de gevlochten wilgenschermen.
In de wilgenschermen zijn openingen gemaakt zodat je, lopend naar de vogelkijkhut, een blik kunt werpen op het water gebied daarachter en de vele watervogels Wij zagen alleen een eenden echtpaar op een nest.
Naar wat ik begrepen heb komen er nog 2 onderwaterbossen met boomstammen en takken in het water aangelegd. Een gunstig klimaat voor schelpdieren en macrofauna (ongewervelde kleine dieren)
Om een idee te geven wat er hier allemaal gebeurd is; er werd 50.000 m2 grond afgegraven om een rietmoeras te maken. Grond die overigens wel weer hergebruikt gaat worden om de wegen in de wijk Harderweide**) op te hogen.
Bij natuur denk ik aan oorspronkelijk, iets dat er “altijd” al was, zulke “natuur” heeft Nederland niet meer, al onze natuur is aangelegd. In 1871 werd de laatste boom uit het laatste Nederlandse oerbos, Beekbergerwoud (bij Apeldoorn) gekapt. De mens heeft “nieuwe natuur” gemaakt om planten en dieren te beschermen, om te kunnen recreëren en om de natuur te laten fungeren als groene longen
Nieuw aangelegde natuur is wel mooi, maar (nog) vrij kaal, het heeft tijd nodig én de intocht van de dieren om “natuurlijk” te gaan lijken.
*) De KDW is de hoeveelheid stikstof in mol per hectare per jaar waarboven verslechtering van de kwaliteit van de natuur niet op voorhand is uit te sluiten
Soms krijg je zegeltjes bij boodschappen om voor iets te sparen. De laatste tijd krijg ik nog al eens bloemenzaadjes om “de wereld mooier te maken”
Gelukkig hebben we een tuin en ofschoon we geen drukke, bonte, bloementuin hebben, maar veel groen met op bepaalde tijden bloemen en planten in allerlei tinten van dezelfde kleur, vind ik toch altijd wel een plekje voor een “melange”.
Gisteren kreeg ik bij Ekoplaza iets dat ik nog niet kende; een Blossomb. Het ziet eruit als een klein houten knikkertje, dat je niet, zoals ik dacht in de grond moet stoppen, maar op de aarde moet “gooien” ( niet ingraven maar eventueel licht aandrukken) Dan wachten op de regen of zelf begieten.
Omdat het nu bijna iedere dag wel even ( of langer) regent, laat ik de natuur het zelf regelen en ben ik niet met een gieter(tje) aan de gang gegaan. Ik “gooide” het zaadbommetje op een stukje aarde waarbij nu narcissen staan. Na een paar weken zijn de narcissen verdwenen en zullen bijen en vlinders (misschien) kunnen genieten van 3 soorten wilde bloemen.
Er zijn meerdere soorten van die blossombs, de ”knikker” die ik gekregen heb, bevat zaad van tuinkers, veldsalie en ganzenbloem,
maar er zijn ook andere combi’s mogelijk en je hoeft niet eens boodschappen bij EKOplaza te doen (dan ben je wel tegelijkertijd 100% biologisch bezig!) want blossombs zijn ook online rechtstreeks bij de bedenkers ervan te bestellen.
De kleurrijke bloembommetjes zijn in Nederland “gemaakt” met biologische wilde bloemzaadjes en 100% natuurlijke ingrediënten. Hoe meer bloemen, hoe meer voedsel er is voor de bijen, vlinders, en hommels.
Er staat een waarschuwing op de verpakking van mijn blossomb “Gooi blossombs niet in beschermde natuurgebieden” Ik vroeg me af waarom niet: het blijkt dat ze dat ontraden vanwege het verstoren van de bestaande biodiversiteit in die gebieden.
Ik las dat Daisy de Bruijn (madeliefjede Bruijn, toepasselijke naam om met bloemen bezig te zijn) en Geerten van Eldik geschrokken waren van de bijen- en vlindersterfte (vanwege een tekort aan bloemen) wereldwijd. Dáár wilden ze wat aan doen en zo is dit blossomb bedrijf ontstaan. Ze werken samen met sociale werkplaatsen en dagbestedingen en al hun verpakkingen zijn van duurzame en/of gerecyclede materialen.
Op blossombs.nl/winkel/ kun je ook de cadeauverpakkingen van de zaadbommetjes van het bedrijf zien. (Bij een bezoek zo’n doosje meenemen ipv een bos bloemen, misschien? Of als bedankje voor een hulpvaardige buur?)
Een leuk initiatief! Zowel van Daisy en Geerten als van Ekoplaza!
Nederlanders zijn echte koffiedrinkers: gemiddeld 2,4 kopjes koffie per dag. Dat zijn meer dan 70 kopjes per maand: 876 per jaar! We zijn de grootste koffiedrinkers van de wereld!
Als er dan een manier gevonden kan worden om de koffie industrie petroleumvrij én fair te maken dan moeten we dat zeker omarmen! ( Het roosteren van ons dagelijks kopje koffie stoot wereldwijd 15 miljoen ton CO2 uit. )
Het bedrijf Ray (Engels = straal, hier zonnestraal) & Jules ( van joule= eenheid van energie) roostert koffie op zonne energie en werkt aan een proces om tegen 2050 de koffie industrie 100% petroleum vrij en 100% fair te maken.
Geschiedenis van Ray & Jules: in 2017 namen ze ambachtelijke branderij Artizan koffie over in 2019 patent op hun ontwikkelde op zonne energie aangedreven koffiebrander én het verkrijgen van het FairTrade certificaat 2022 verkrijgen van de titel (en prijs) de Radicale Vernieuwer van 2022 *)
Juryrapport:” Ray & Jules is voor ons de strafste van de 10 Radicale Vernieuwers.
De technologie om koffie te roosteren op zonne-energie, is absoluut vernieuwend. Dat technische aspect combineert Ray & Jules met een knappe en aantrekkelijke marketing. Ray & Jules maakt impact hier én in het Zuiden, omdat ze de hele keten aanpakken, als Tony Chocolonely van de koffie. Er zit zeker nog groeimarge in het verhaal.”
Ik las over dit innovatieve bedrijf, over herbruikbare verpakkingen, groen transport en hergebruik van koffiegruis en hun droom om op langere termijn hun koffie te roosteren in het land van oorsprong, om zo de keten daar verder te verduurzamen en de lokale economie te ontwikkelen. En ik werd hier blij van: mensen die proberen om de wereld een beetje beter te maken, een bedrijf waar “rek” in zit. Geweldig. Maar…. hoe smaakt de koffie?
Er is maar één manier om daar achter te komen; bestellen. Ik kocht een Limited edition koffiepakket met de namen van vogels uit Doode Bemde, een natuurgebied in Oud-Heverlee (B) dat Ray & Jules steunen met deze actie. De koffie is biologisch, uit eerlijke handel, traag geroosterd op zonne-energie en zit in een 100% recycleerbare verpakking.
Elk pak is al een kunstwerkje op zich en er gaat een bedrag van elk pakket naar het Natuurpunt We hebben nog maar een paar kopjes “valk” geprobeerd, dus een algemene oordeel kan ik (nog) niet geven. We dronken ’s werelds eerste op zonne energie gebrande koffie; het voelde goed (De valk is lekker met chocoladesmaak.)
*) Radicale Vernieuwers is een campagne van de Sociale InnovatieFabriek, Trends en Cera, in samenwerking met VLAIO, Nationale Loterij en heel wat andere partners. Samen zoeken zij naar nieuwe oplossingen voor de grote uitdagingen van onze maatschappij.
Soms ga je naar een museum om iets moois te zien, soms om iets te leren, ergens meer van te weten. Dat laatste deden we deze week. We gingen naar het Tropenmuseum naar de tentoonstelling Plastic Crush.
We weten allemaal dat plastic slecht voor het milieu is én slecht voor ons. We gebruiken in Nederland al zelden plasticzakjes in winkels en zijn ons (meestal) bewust van wat we “eigenlijk” NIET zouden moeten kopen (soms is er geen alternatief en moeten we ons afvragen of we dát artikel sowieso wel nodig hebben)
Deze tentoonstelling leert je wat allemaal van plastic is én waar het vroeger van gemaakt was. Niet dat je het allemaal niet weet, het meeste weet je misschien wel, maar je combineert het niet tezamen!
Zelden ben ik zo depri uit een tentoonstelling gekomen als uit deze. Het is nog véél erger dan we denken. ALLES is haast van plastic gemaakt! En, erger….we kunnen het vaak niet van iets anders maken! Een biljartbal is nu van kunststof, maar was vroeger van ivoor. Geen plastic meer? Dan weer olifanten vermoorden om biljartballen te maken? [Of niet meer biljarten?]
Er zijn ook voorwerpen waarbij je niet direct denkt aan plastic. Kunstenaars hebben dingen gemaakt waarbij je niet direct aan plastic denkt, maar NU je het ziet je wel aan het denken zet.
Kunstenares Gundega Strauberga maakte een kunstmatige neptuin en winkel ineen, geïnspireerd door een Turks doe-het-zelfpakket voor het maken van nepbloemen, ze wil zo de menselijke obsessie om de natuur na te maken met een materiaal dat “voor eeuwig is” laten zien
De kunstenaar Flory Sinanduku maakte een bodysuit van (plastic) injectienaalden als protest tegen de slechte kwaliteit van zorg in de republiek Congo. Hij draagt het pak en loopt door de straten van Kinshasa om aandacht te vragen voor dit probleem.
200 jaar geleden liep men enorme afstanden op dit soort sandalen, gevlochten van rijststro (goedkoop en soepel) Mensen rekenden afstanden in het aantal sandalen dat ze onderweg sleten (want sleten deden ze , en hoe!)
In 1980 kwamen Tony Alano en Nicolas Guillon op vakantie in Spanje op het idee om goedkope plastic watersandalen om te turnen tot een modeartikel.
Het werd een mondiale hit in de jaren ’80 .
Deze Braziliaans rammelaar (ganzá) werd vroeger gemaakt van natuurlijke materialen, kralen, steentjes en zaden, tegenwoordig van een kunststofsnoer met gerecyclede flessendoppen.
Plastic is uitstekend voor het isoleren van elektrische kabels omdat het geen warmte of elektriciteit geleidt. Vóórdat elektrische verlichting werd uitgevonden, gebruikten mensen dierlijk vet, olie en hout als lichtbronnen. Nu vormt plastic een groot deel van de bedrading in huis, maar is het ook onderdeel van het design van veel verlichting; led kaarsen bij het altaar, tl-verlichting op kantoren, snoerlampjes bij buitenverlichting – allemaal van plastic!
En nu? waarvan zijn de etensbewaardozen NU van gemaakt?
Zoveel is van plastic, het zit in de schoenen waar we op lopen, in de kleding die we dragen, in cosmetica ,in meubels, eigenlijk in alles. We werden ooit verliefd op een materiaal dat de wereld kon verbeteren, maar vrezen nu een wereld overspoeld wordt met plastic afval. Er bestaan nauwelijks plekken op aarde zonder plastic. Plastic vergaat niet! De gevolgen voor het milieu zijn vernietigend.
Het Tropenmuseum is prachtig, de tentoonstelling wat druk en, vond ik, wat chaotisch (en heel erg veel te lezen, hetgeen je op een gegeven moment toch opgeeft) maar de boodschap komt ZEKER over: Er is veel te veel plastic op de wereld!
Ik spaar plastic doppen (voor de kosten van blindengeleidenhondenopleiding) scheidt mijn afval, neem altijd een niet- plastic-boodschappentas mee; koop zo min mogelijk in plastic, maar wat is DAT weinig op het geheel van teveel plastic!!! Veel te weinig!
Tot slot 9 algemene tips om minder plastic te gebruiken. Ook al is het weinig, het is meer dan niets.
We lopen het Tropenmuseum uit, de zon schijnt (alle raambedekking IN het museum is grijs, waardoor van binnen naar buiten kijken uiterst somber wordt) Terug in de auto, de snelweg op, is ons NU teveel.
We lopen het Oosterpark door, zien halsbandparkieten in de bomen (!) en in struiken knoppen die op uitkomen staan; een oma met kleinkind die de meeuwen voert, een meisje in strak felgekleurd renkostuum sjeest het park door; een oude man sjokt achter een rolstoel met een dame onder een plaid erin; we horen de bel van de tram op de achtergrond en heel, heel langzaam zakt onze depri bui; het leven is óók mooi!
Iets dat je weet, kun je niet meer niet-weten. De kennis blijft. De tekst op de grote zuilen blijft in mijn hoofd, maar er is meer dan plastic, gelukkig wel.
Er “sterven” honderden windmolens per jaar in Nederland. Het duurzaam opruimen van oude windmolenwieken is niet zo makkelijk; de wieken zijn namelijk gemaakt van composiet.*) Dit materiaal is sterk als staal, (en licht) dat is fijn voor de toepassing, maar als het materiaal gerecycled moet worden is dat een probleem. Daarom belanden afgeschreven wieken nog al eens in een verbrandingsoven.
Ik las een artikel van mrt 2019 waarin melding gemaakt werd van een bedrijf, gevestigd in Nijkerk: Extreme Eco₂ Solutions. Zij hebben een techniek ontwikkeld om composiet restafval wél te kunnen recyclen. Simpel gesteld wordt het oude composiet vermalen tot kleine stukjes, daar wordt extra hars bijgevoegd, waarna het geheel verwarmd wordt. Als het dan weer vloeibaar wordt kan het worden hergebruikt voor nieuwe producten. Extreme Eco Solutions maakt, (in samenwerking met Flexipol) onder andere dakgoten en -randen van vermalen composiet. De onderneming is hiermee het eerste bedrijf ter wereld dat grootschalig composietrestafval recyclet.
Een artikel uit februari van dit jaar (Recycling Magazine Benelux) meldt dat in de Eemshaven (Groningen) een fabriek voor de recycling van windturbinebladen komt. Een aantal bedrijven heeft hiervoor een convenant gesloten onder de naam Decom North, met de bedoeling een gesloten keten van levering, demontage en recycling van windturbinebladen op te tuigen. Hun ultieme doel: de grondstoffen weer gebruiken in nieuwe windturbinebladen.
En een maand later stond er een artikel (OneWorld) over Startup Blade Made, een bedrijf dat windmolenwieken een tweede leven geeft als speeltuin- of straatmeubilair. Behalve dat er dan geen windmolenwieken vernietigd hoeven worden, zijn er ook geen nieuwe grondstoffen nodig voor het speeltuin- en straatmeubilair: dat scheelt 90% aan CO2-uitstoot! Het is niet altijd mogelijk om “alle” afgedankte windmolenwieken in speeltuinen te plaatsen. Het bedrijf kijkt daarom ook naar andere toepassingen op straat. Ze denken aan buitenmeubelen of geluidsmuren. De startup werd vorig jaar uit 80 gegadigden geselecteerd voor het eerste Impact Program van TEDxAmsterdam **). Uit de zeven geselecteerde pioniers werd Blade Made uitgeroepen tot “Pioneer of the year”.
Bovenstaande initiatieven zijn hard nodig want in de komende jaren gaan de helft van alle windturbines (te klein, te weinig opbrengst van energie en afgeschreven) in de Flevopolder tegen de vlakte. De masten en funderingen bestaan uit cement en metaal en kunnen “makkelijk” worden hergebruikt; de wieken zijn “nauwelijks” recyclebaar, dus nieuw ontwikkelde toepassingen zijn goed voor het milieu. [Windturbines gaan ongeveer 20 jaar mee en worden daarna ontmanteld]
De Hogeschool Windesheim heeft een extra toestroom van 1,3 kiloton afgedankte windmolenwieken voor 2025 berekend. Die hoeveelheid is naar verwachting in 2040 verdubbeld.
*) Composiet is een materiaal dat bestaat uit twee componenten: een vezel en een hars. De vezel zorgt voor de stijfheid van het materiaal en bestaat uit glas, aramide of koolstof. De hars houdt de vezels bijeen en is vaak van kunststof. Door speciale productieprocessen versterken de twee componenten elkaars krachten. Vloeibaar is het materiaal in vrijwel elke gewenste vorm te gieten én kleur- en vormloos Niet alleen windmolenwieken zijn (mede) gemaakt van composiet, ook witte tandvullingen en aanrechten en ook de romp van de geavanceerde Boeing 787 Dreamliner (KLM) bestaat voor meer dan de helft uit composiet.
**) Het Impact Program ondersteunt pioniers door middel van verschillende workshops en 1-op-1 mentorschap Daarnaast krijgen zij de kans hun netwerk uit te breiden en feedback op hun plannen te ontvangen van experts. Ook hebben deelnemers toegang tot een uitgebreid e-learning platform voor start-ups.
In 2006 werd, op initiatief van de toenmalige burgemeester van Tallinn (hoofdstad van Estland) een plan gelanceerd om een prijs in te stellen voor milieuprestaties van een Europese stad. Stedelijke gebieden hebben nogal wat milieu- uitdagingen. Met de instelling van deze Groene prijs hoopt de Europese Commissie lokale overheden aan te moedigen om milieuproblemen in hun stad aan te pakken en de levenskwaliteit in de steden verbeteren, aangezien 80% van de Europeanen in een stedelijke omgeving leeft zal dat voor veel mensen impact hebben. De Europese Commissie is de organisator van deze prijs, zij vindt dat juist de steden een belangrijke rol bij de bescherming van het milieu kan spelen en een voorbeeld kunnen zijn
In 2008 werd de prijs gelanceerd; de eerste prijs werd toekend aan de stad Stockholm; deze stad mocht zich de Groene Hoofdstad van Europa noemen voor het jaar 2010.
Ook een Nederlandse stad mocht zich een jaar Groene Hoofdstad van Europa noemen, nl. Nijmegen in 2018.
Om zich een jaar lang de Groene Hoofstad van Europa te mogen noemen moeten steden aan bepaalde eisen voldoen: * meer dan 100.000 inwoners hebben * die stad moet een aantoonbare geschiedenis van het bereiken van milieuvriendelijke standaarden hebben * de stad moet bereid zijn nog meer verantwoordelijkheden te nemen als het gaat om duurzame ontwikkeling en milieubeleid * die stad moet als voorbeeld kunnen dienen voor andere Europese steden
Dit jaar is Grenoble de groene hoofdstad van Europa. Deze stad heeft de grootste milieu zone van Frankrijk; er zijn de afgelopen jaren 5500 bomen geplant én het is er voor nieuwe woningen verplicht om óf zonnepanelen óf een daktuin aan te leggen. 80% van de stadverwarming komt al uit hernieuwbare energie.
Volgend jaar wordt de hoofdstad van Estland, Tallinn, de groene hoofdstad van Europa. Deze stad was al 2 x eerder in de race geweest voor de titel Groene Hoofdstad van Europa. Dit keer is het gelukt.
De prijs van € 600.000,- is bedoeld om bij te dragen aan de financiële ondersteuning bij het implementeren van de initiatieven en maatregelen om de ecologische duurzaamheid van Tallinn te verbeteren
Voor kleinere steden (20.000 tot 100.000 inwoners) werd in 2015 de European Green Leaf Award opgericht. Deze titel werd ingesteld om ook milieu-inspanningen van kleinere steden te bevorderen en ook dié steden in een milieu spotlight te plaatsen
Jaarlijks kunnen twee steden met de European Green Leaf award bekroond worden. Voor het jaar 2022 zijn dat Winterswijk en de Portugese stad Valongo, zij delen de prijs van € 200.000, –