PrietPraat (2)

Soms hoor ik kinderen iets zeggen, of een moeder vertelt me iets dat haar kind gezegd heeft, dan denk ik, dát moeten anderen ook horen

Dus heb ik  een paar van die uitspraken voor u opgeschreven :

In een winkel: kleuter (4) gaat  met mama gaat brood halen.
De kleine meid tegen haar moeder: “Sommige mensen hebben een raar gezicht”
Mama voelt de bui al hangen, negeert haar dochter, rekent met de bakker af en verlaat mét brood én kleine meid snel de winkel.
Buiten de winkel ”Mama, eigenlijk…. (ze last een pauze in)  bedoel ik  dat die meneer een raar gezicht heeft”.
(Dat vreesde de moeder al….en voor méér (genante) opmerkingen ter plaatse. Kinderen en dronkaards zeggen de waarheid)

In dezelfde categorie valt de volgende kinderopmerking.
Een man neemt zijn collega mee naar huis om te lunchen.

Ik fietste langs een grasveld, in de buurt van een school en passeerde een moeder met haar dochter aan het handje, duidelijk op weg naar school
Het kind snufte kennelijk en ik hoor de moeder zeggen
“Wat is er toch”
Voorbij fietsend hoorde ik nog net het antwoord van het kind
“Ik ruik maaimachine”

Moeder komt met kleuter een kampwinkel binnen.
De dame achter de toonbank ziet wel de moeder binnen komen, maar niet het kleintje.
Als de dame iets op een schap gaat zetten, ziet ze er  “opeens” een klein mannetje achter het schap vandaan komen.
“Zo kleine man, waar kom jij vandaan?”
Het antwoord komt snel “Uit mama’s buik”

Tenslotte geen prietpraatje maar een tekst op een ons gisteren passerende transportauto, die maar  in mijn hoofd blijft zitten:

Wij zijn onderweg voor U
Wilt U voor ons thuisblijven?