Een blik op blik

Er komen veel te veel blikjes in het milieu terecht zo’n 150 miljoen van de 2 miljard blikjes die over de toonbank gaan.
Blik is dun gewalst staal, waarop een beschermlaag (vroeger tin) tegen corrosie wordt aangebracht.
Het eerste drankblikje werd verkocht in 1935, er was wel een speciale blikopener voor nodig!
In 1963 verwierf de Amerikaanse ingenieur Ermal Fraze een patent op een “lipje” aan het blikje om het open te maken.

Blik is een metonymie, de naam van het materiaal waarvan het gemaakt is, is overgegaan naar het voorwerp zelf. Tegenwoordig worden drankblikjes meestal van aluminium gemaakt, maar ook van staal (maar dan zijn wél de can-ends en lipjes ook toch van aluminium)
Aluminium (het meest voorkomende metaal op aarde) wordt gewonnen uit bauxiet erts.
Voor de winning van het metaal wordt jaarlijks 30 km2 aan nieuw oppervlakte benut, het grootste deel daarvan bestaat uit BOSgebieden

Bij een aluminum blikje kan het 50 jaar tot nooit duren voor het helemaal vergaan is

Daarom wordt er per 31 december van dit jaar  15ct statiegeld op blikjes fris, bier en water geheven.


Deze maatregel  is ruim van te voren aangekondigd zodat producenten en supermarkten hierop hun maatregelen kunnen nemen.

Blik kost weliswaar nogal wat energie en grondstoffen om te maken, maar eenmaal geproduceerd is het werkzaam (drank blijft er lang goed in) makkelijk te vervoeren (het is erg licht) én je kunt blik eindeloos recyclen!

Men heeft onderzoek gedaan naar het terugbrengen van flesjes en blikjes en het blijkt dat bij 15 cent statiegeld zo’n 70 tot 90% van de kopers de flesjes en blikjes dan wél inleveren en niet in het milieu deponeren.

Het kabinet wilde de beslissing voor statiegeld op blikjes al eerder nemen maar het bedrijfsleven beloofden te  proberen het blik in het milieu met  70% terug te brengen.
Dát is niet gelukt, erger nog het aantal blikjes in het milieu is sindsdien met 27 % toegenomen.

De kosten van dit statiegeldsysteem moeten door de producenten gedragen worden.(“Mijn” supermarkt zegt dat hun flessenautomaat ook blikjes kan innemen en dat daar weinig tot geen aanpassingen voor nodig zijn)
Ik las ook dat voor horecaondernemers en “kleine verkopers” een uitzonderingsregel zal gelden.

Het Centraal Bureau Levensmiddelen laat weten dat ongeveer 50% van de blikjes buiten de supermarkten verkocht worden, dus dat het ook logisch is dat de andere 50%  van blikjes verkopers ook meebetaald aan het optuigen van een inleversysteem.

Er zijn mensen die zweren bij een (plastic) flesje frisdrank, anderen hebben liever een blikje
Onderzoekers zeggen dat het verschil van bier uit glas of blik NIET te proeven is en dat het verschil tussen de oren zit.
Bij frisdrank met koolzuur ligt dat anders; in plastic loopt het koolzuurgehalte sneller terug dan bij glas of blik; dát zou het verschil in smaak verklaren van blik en glas ten opzichte van plastic PET flesjes.

Laten we hopen dat deze statiegeldmaatregel werkt en dat we minder blik in de natuur zien rondslingeren.
Nog beter voor het milieu zou het zijn om minder blikjes te maken en te verkopen.