Er zijn gebouwen die me intrigeren. Wanneer zijn ze gebouwd? Waarvoor?
Wat is hun geschiedenis?
Soms duik ik erin en probeer e.e.a. te achterhalen, zoek ik foto’s, probeer zelf foto’s van het NU te maken.
Vandaag Hilversum: Landgoed Quatre Bras

In 1898 betrok Geert van Mesdag (1863-1939) de fraaie villa “Quatre Bras” in Hilversum.
Geert was een zoon van een apotheker uit Groningen. Na het diploma van de Openbare Handelsschool te Amsterdam behaald te hebben, werkte hij vanaf 1883 enige jaren op handels- en fabriekskantoren te Groningen In verband met werk bij een vlasspinnerij vertrok hij ook een tijdje naar Belfast. Na zijn terugkeer werd hij deelgenoot bij een theefirma.
In 1889 ging hij werken bij de firma van Houten (Chocoladefabriek te Weesp) en in 1893 werd hij tot beherend vennoot benoemd.
Van Mesdag zat niet stil; hij was in 1903 een van de initiatiefnemers van de vereniging “Centrale Raad voor Hulpbetoon en Armenzorg”( tot aan zijn overlijden was hij voorzitter)
Hij was tussen 1915 en 1919 lid van de Hilversumse Gemeenteraad.
Hij zat verder in vele besturen; hij was commissaris van de Spaarbank in Hilversum, van de Maatschappij voor Hypothecair Crediet in Nederland én van Zuidhollandsche Bierbrouwerij.
Kortom een actief lid van de gemeenschap
Er is niet voor niets, niet ver van zijn vroegere landgoed Quatre Bras in 1955 een randweg aangelegd die zijn naam draagt.
.
Geert van Mesdagweg
Zijn landhuis, ontworpen door Abraham Salm, op een landgoed in Hilversum noemde hij “Quatre Bras” (viersprong) Hij verbleef er tot 1920.

Op het landgoed stond verder, eveneens in Chalet-stijl een tuinmanswoning (ontwerp E.Verschuyl-1902)
Deze woning staat er nog
Het landhuis Quatre Bras (ca.1898) is er helaas niet meer; het werd na de oorlog afgebroken om plaats te maken voor een woningcomplex (27 appartementen, ontworpen door W.M. Dudok (1884-1974)*)
Dit complex staat nog wel op die plek, die toepasselijk Parkflat Quatre Bras heet ; het is een gemeentelijk monument [aan de rand van de villawijk Trompenberg]
Het koetshuis ( 1902,eveneens naar ontwerp van A.Salm) heeft in 1932 zijn functie verloren, koetsen waren toen in onbruik geraakt. Er heeft nog een tijd een garagebedrijf ingezeten

In 1953 kocht de remonstrantse gemeente het koetshuis en nam het na een grondige verbouwing in gebruik als kerk: de remonstrantse kapel.
In het torentje boven de ingang kwam een luidklok te hangen, die afkomstig was van een landhuis uit Loosdrecht.
*) Tevens bouwmeester van het Raadhuis in Hilversum