Op 22 mei jl. schreef ik een blog over een boek: ’t Hooge Nest, schrijfster Roxane van Iperen.
Een boek over 2 dappere Joodse zussen die in het ’t Hooge Nest, een huis in Naarden dat ze huurden van 2 Amsterdamse gegoede dames, Joodse onderduikers een veilig onderkomen boden.
Van Iperen begint het boek met Dirk Witte,de liedjesschrijver die het huis in 1920 laat bouwen en ze eindigt op de begraafplaats waar Dirk Witte begraven ligt.
Ik besloot de 2 locaties in omgekeerde volgorde te bezoeken.
In 1825 werd, bij Koninklijk Besluit, het verboden om overledenen nog langer binnen de bebouwde kom of in kerken te begraven. De Oude Begraafplaats Naarden werd daarom aangelegd in 1830,echter buiten het grondgebied van Naarden, in Bussum!
Een onderdeel daarvan was de Joodse Begraafplaats. Boven op het toegangshek staat de Joodse ster en door het hek heen is het witte metaheerhuisje *) zichtbaar.

Daar op de begraafplaats vind ik, na lang zoeken, het graf van Dirk Witte (1885-1932)
De schrijfster heeft het in haar boek al vermeld; in 2005 is Dirk Witte, schrijver van liedjes als “Mensch, durf te leven” en “Mijn eerste meisje” herbegraven van een “eigen graf” naar het familiegraf van de Loomans, zijn schoonfamilie. Helaas zijn de paar dichtregels van Mensch, durf te leven, die op zijn eigen grafsteen stonden niet met zijn lichaam “meeverhuist”
De familiegraafsteen is sober.


Een oase van rust, deze begraafplaats die niet ver van de drukke Amersfoortsestraatweg ligt.
Dirk Witte en zijn vrouw Jet Looman lieten in 1920 het huis “t Hooge Nest bouwen, hij heeft er 12 jaar van mogen genieten: hij stierf in 1932.
Dit is ook het huis waarin later de zusters Brilleslijper en hun familie een gedeelte van de Tweede Wereldoorlog verblijven en waar ze Joodse onderduikers een veilig onderkomen boden.
Er is heel wat veranderd sinds de tijd dat de zusters Brilleslijper het huis huurden; er zijn bomen gekapt, huizen nabij gebouwd, nu ligt het huis aan de rand van een “stukje bos” met een wandelpad ernaast.
Nu woont de schrijfster van dit boek met haar gezin er. Reden om er “even snel” zonder hun privacy te verstoren, vanuit de verte, 2 foto’s te maken.




Een boek gaat (nog meer) LEVEN als je, als lezer, de omgeving ziet waar een groot deel van het boek zich afspeelt
Het huis heeft veel meegemaakt; Roxane van Iperen schreef de belevenissen op en woont er nu zelf
*) ook wel baarhuisje genoemd. Anders dan de naam doet vermoeden werden hier geen doden opgebaard, maar ritueel gewassen.
Naschrift: Ik zag er nog een graf van een, vroeger “bekende” Nederlander, maar daarover later meer!