In het vorige blog ”Sterfelijkheid” liet ik u, lezer, achter bij het uitkomen van het ziekenhuis.
Dat was niet het eind van de medische historie

Uit het ziekenhuis komend rijden we een klein stukje door, dáár zit namelijk mijn tandarts.
Ik klim mondgekapt de trappen op, boven bij de balie heb ik géén adem om een eenvoudige vraag te stellen.(Volgende keer bij de tandarts andere mondkapje op; bij de doorzichtige (vlgs mij niet afdoende beschermend) is mijn neus vrij en kan ik “normaal” ademhalen. (De lift nemen kan ook, maar dat doe ik liever niet)
Na het uithijgen vraag ik aan de assistente of ik eerdaags voor een wortelkanaalbehandeling terecht kan. Voorlopig is er geen plaats, helaas.
Ik vertel dat ik net van de kaakchirurg kom en dat hij mijn tandarts (er zitten meer tandartsen in die praktijk) bericht zal sturen van wat er aan de hand is. Mijn tandarts is er NU niet, maar als de assistente op haar computer kijkt ziet ze dat er overmorgen om 2 uur een “nood”plekje vrij is. Ik zeg eerlijk dat ik geen “nood” ben/heb (een zeer gezicht, al meer dan 14 dagen, dát wel)
Ze kijkt me aan en zegt ”Ik denk van wel”
Wie zegt dat de Nederlandse gezondheidszorg niet goed is? (natuurlijk gaan er ook dingen mis, maar dit is toch geweldig? Naar de huisarts, volgende dag naar kaakchirurg, 2 dagen later behandeling bij tandarts. MIJ hoor je niet klagen.
Ik ben terug van de tandarts, een schat van een vrouw.
Ze had de mail van de kaakchirurg ontvangen, denkt dat hij wel gelijk zal hebben, maar kijkt toch even ook zelf.
Nu zit er een momentje van kritiek aan te komen:
De kaakchirurg heeft NIET de röntgenfoto die daar gemaakt is, meegestuurd, DUS moet zij er nu weer één maken (één van de redenen waarom de gezondheidszorg zo duur is geworden, dubbele handelingen)

Ze onderzoekt mijn tanden, kijkt op de, door haar gemaakte, foto en ziet wat en waar er moet gebeuren. Ze legt de procedure uit.
Ik krijg een oranje bril op “Zo zie je alles rooskleuriger”. Het is voor het (op)spatten van desinfecterende mondwatertjes uit mijn mond en NIET in mijn ogen (mijn woorden, niet de hare).Ze stelt voor NIET te verdoven, de wortel is al dood; de pijn zal dragelijk zijn (zelfs voor kleinzerige MIJ) en de verdovingsprik zal WEL pijn doen.
Ik vaar blind op mijn tandarts en ga met alles akkoord.
Ik moet één minuut spoelen en terugspugen in hetzelfde bekertje, dán is mijn mond “schoon” en kan ze beginnen.
Inderdaad doet het amper pijn. Drie kwartier later gaat er een noodvulling in het gat en maken we een afspraak voor over een week voor verdere behandeling.
Het is “anders” als je een behandeling bij de tandarts krijgt, zelfs al is het een wortelkanaalbehandeling, als je eerst dacht dat (pijn en zwelling) van kanker kwam.
Een wortelkanaalbehandeling is “peanuts” in vergelijk wat er allemaal met je gebeurt nadat je gehoord hebt als het WEL kanker is.

Ik loop naar buiten, het miezert een beetje, maar ik zie achter de wolken ZON.
Het is dat ik nog gele rozen heb staan, anders had ik ze NU gekocht; om te vieren dat het leven mooi en goed is.