Vroegere met spoor nu met fiets

Ooit wandelden we, in Engeland, op een voetpad dat ooit een spoorrail was; van Polegate naar Hailsham. De spoorweg werd in 1849 geopend en sloot voor passagiers in 1965 en in 1968 ook voor goederenvervoer.

Het was een mooie wandelroute mét iets extra’s; de wetenschap dat hier ooit passagiers uit het treinraam keken en misschien wel zagen wat wij toen zagen: namelijk BOS. Een spoorrails gemaakt door het bos, nu fiets en wandelroute; The Cuckoo Trail. (Sussex)

Nu leken we de mogelijkheid te hebben, in Nederland een oud, verdwenen spoor per fiets te volgen. Er liep vroeger een treintraject van Doetinchem naar Ruurlo
In 1885 werd dat treintraject geopend met, voor de reiziger, de mogelijkheid  zo verder te kunnen reizen naar Twente, Duitsland en Arnhem
Een gedeelte van de spoorbaan werd in 1937 opgebroken.
Er is geen fietsroute op internet of papier van, maar we besluiten, mét enige voorkennis, bij het voormalige station (nu zwembad en sportschool) van Zelhem te starten en te trachten dit vroegere spoortraject naar Ruurlo te volgen.

Trein op de grond getekend op de parkeerplaatsen van het vroeger het station Zelhem



De start is veel belovend, maar na een tijdje fietsen komen we bij een slagboom (met verbodentoegangsbord) van het landgoed HET ZAND. 

We worden gedwongen deze route te verlaten en proberen met een omtrekkende beweging de voormalige treinroute weer op te pakken.  Dat lukt niet, dus volgen we een knoopuntenproute naar Ruurlo, misschien kunnen we daar info krijgen hoe van dáár wél over deze route terug naar Zelhem te keren.

We rijden door bos, langs boerderijen, aardappelvelden en reeds gedorste, nu stoppelige maisvelden. Langs kasteel Ruurlo (schitterend museum maar door Corona alleen toegankelijk met vooraf gereserveerde kaartjes) .

komen we het dorp binnen



Ik zie in een kapperszaak en bij een supermarkt zowel personeel als klanten mondkapjes dragen (ze zitten in mijn tas voor geval dát)

Als we een HEMA zien krijgen we enorm zin in een stukje worst.
Ik doe (voor het eerst) mijn mondkapje voor, desinfecteer mijn handen, pak een (verplicht) mandje en vraag aan de dichtstbijzijnde Hemagejaste jongen waar de waar de HEMAworst is. Hij wijst naast zich, maar meldt direct dat de worst op is en vandaag niet meer komt.
Ik bedank voor de info, zet het mandje terug, kapje af en stap de fiets weer op.

We fietsen naar het VVV kantoor; een gebouw met veel glas, waarin ik van buitenaf 3 medewerksters zie staan zonder mondkapje. Ik loop (met “bloot” gezicht) naar binnen en stel mijn spoorrail/fietsvraag. Twee dames stormen naar de folderwand en zoeken, de derde klikt de computer aan.
Na een tijdje geven de folderdames teleurgesteld op; geen spoorroute te vinden.
De dame achter de computer zegt dat ze het niet kan vinden, maar de route zelf wel eens gefietst heeft, dus me zal wijzen, maar dat niet de HELE, vroegere treinroute er nog is, slechts stukken
Een van de vrijwilligsters heeft haar jas aan en kondigt aan, NU te vertrekken, dan komt ze nog droog thuis. De andere dame kijkt me aan en deelt mee dat het om 1 uur gaat regenen.
Ik hoop dat haar weerman/vrouw ongelijk heeft. Mocht hij of zij wél gelijk hebben dan komen wij NIET droog thuis

De dame komt achter haar plastic scherm vandaan met 3 kaarten, ze wijst de route aan totdat kaart 1 ophoudt, op  kaart 2  en 3 wijst ze verder, deze kaarten kan ik helaas alléén tegen betaling meekrijgen.
Ik, zuinige Hollander, memoriseer deze route, bedank haar en loop naar mijn geduldig wachtende lief, buiten. Hij stelt voor wat te gaan drinken. Ik ben wel vóór een terrasje, maar door dat uitstel  krijgen we ZEKER een bui op ons hoofd. Dus als ik  hem de VVV weersvoorspelling vertel, besluiten we maar meteen de route te gaan rijden.
Ietwat teleurstellend, het eerste deel is (wel een mooi) fietspad langs een grote weg, dan de bossen in en pas veel verder rijden we over een pad wat, misschien….  spoor  zou kunnen….

We gaan dan maar genieten  van het landschap, zonder enige bijgedachten over een oude spoorlijn. Dat lukt wel.



We komen onderweg een veldje met notenbomen tegen, het hek staat open en een bordje vermeld dat hier de gemeente schapen laat grazen.
Of de schapen zijn weggelopen (open hek) of ze zijn er niet altijd!
Geen schaap te zien, maar wel liggen er her en der walnoten. We gaan rapen en komen allebei met een zakje noten bij onze fiets (en elkaar) terug.

Als we de straat van ons oppasadres inrijden beginnen de dikke druppels te vallen; ver na enen! Gelukkig heeft zo’n weerpersoon niet altijd PRECIES gelijk!

Martinikerk in Doesburg

….

De kerk heeft meerdere namen: Grote Kerk, St.Maartenskerk en Sint Martinuskerk.
Zelf wist ik, tot vandaag, niet dat Sint Martinus en Sint Maarten één en dezelfde zijn ( van huis uit Remonstrant ben ik ook niet zo opgevoed met Sinten! Behalve dan die  ene met dat rode pak aan en mijter op. Toen ik hoorde dat DIE niet echt bestond, geloofde ik  alle Sinten waarvan ik later nog hoorde, niet meer)

Het is een laat-gotische kerk met pijlers in Nederrijnse trant, gebouwd in 1490, de voorganger van die kerk werd in 1340 door een overstroming verwoest.
De basiliek heet sinds de reformatie ( in Doesburg in 1586) Grote of ook wel Hervormde Kerk.
Er gebeurde nogal wat met de kerk, brand, blikseminslag, de Fransen in 1672 schoten de toren in brand en de Duitsers bliezen de toren in 1945 op. Die toren is weer hersteld in 1965 tot 95 meter; daarmee werd hij de hoogste kerktoren van Gelderland (zegt men en ik geloof het)

Een apart weetje: Dit was de eerste kerktoren van Nederland die in 1783 een bliksemafleider kreeg!
Het is een kerk met een fijne sfeer. Modern met 2 glazen uitbreidingen, één die verhuurd wordt als vergaderruimte en één waar binnenkort een zilvermuseum in komt. Modern, maar zeker wel passend in de sfeer van de kerk.

En er staan aan weerszijde van de kerk t.v. schermen, iets dat ik nog nooit eerder was tegengekomen in een kerk. Maar dan wél met de oude zuilen als achtergrond!

De ouderwetse banken zijn vervangen door stoelen, die nu, in Coronatijd zijn neergezet in groepjes van 2. Als er een evenement in de kerk is, melden mensen zich van tevoren aan en gaat een vrijwilliger alle stoelen in de benodigde aantallen plaatsen, zodat iedereen met zijn of haar familie per gezin zitten kan, mét de afstand tot de volgende personen.

Omdat nu, in Coronatijd, grote evenementen, die geld in het laadje zouden moeten brengen voor het onderhoud van de kerk, geen doorgang kunnen hebben, is besloten om een permanente boeken en  c.d. verkoop in de kerk te installeren, waar dus ook (bijna) altijd een vrijwilliger om te helpen staat. De boeken en c.d.’s  kosten allemaal € 2,- zodat zo nog wat geld voor de kerk binnenkomt.

Een maquette van de kerk staat achterin

Een mooie, serene kerk mét, voor wie er oog voor heeft, mooie details.