Lezing; De tuinen van Monet

lezing
De oorspronkelijke docente die deze lezing zou geven was haar stem kwijt en daarvoor in de plaats hield Yvonne Hilgenkamp, kunst- en architectuurhistoricus deze lezing. Fijn dat de lezing NIET werd afgezegd en op korte termijn deze dame de lezing kon overnemen.

Tot 2 februari 2020 is de tentoonstelling ” Monet – tuinen van verbeelding” te zien in Den Haag in het Gemeentemuseum dat, met ingang van 1 oktober jl. het Kunstmuseum heet.

Naar aanleiding van deze tentoonstelling was deze lezing door de Volksuniversiteit georganiseerd.
Er werd iets van Monet ’s levensloop verteld en op 2 schermen werden zijn werken en dat van sommige van zijn tijdgenoten geprojecteerd.

Claude Monet (1840-1926) maakte op jeugdige leeftijd kennis met Eugene Boudin, een van de eerste Franse schilders die in de open lucht schilderde. Monet zou later meerdere keren verklaren dat Boudin hem in het schildersvak heeft geïntroduceerd en  dat hij veel van hem geleerd heeft

monetDe tentoonstelling in Den Haag gaat over de latere werken van Monet, toen hij in Giverny woonde en zijn eigen tuinen heeft ontworpen en laten aanleggen. De ene tuin was een bloementuin de andere een vijvertuin. Daar heeft hij heel veel schilderijen van waterlelies gemaakt. Voornamelijk DEZE werken zijn in het Kunstmuseum te zien.

Deze lezing gaat over dát werk ná de pauze.
Voor de pauze vertelt Yvonne een en ander over  Monet zelf, zijn twee huwelijken, zijn woonplaatsen en zijn schildersvrienden; zoals Renoir ,Sisley en Turner en zijn militaire diensttijd in de Frans Pruisische oorlog  (1870-1871) waar zijn tante hem uitkocht waardoor hij weer schilderen kon.

Een interessant weetje  dat verteld wordt is de uitvinding van de verftube:
Op 4 maart 1841 kreeg  de Amerikaanse portretschilder en uitvinder (1801-1873) het Britse patent  op de door hem uitgevonden verftube.
Daardoor konden schilders nu ook plein air schilderen ( pleinairisme genoemd) De verf droogde niet uit en kon mee naar buiten genomen worden.   Voor die tijd  werd de verf in varkensblaasjes gestopt.

Nog zo’n leuk weetje vond ik het feit dat Monet waarschijnlijk op de Wereldtentoonstelling in Parijs 1889 voor het eerst waterlelies had gezien en daar zo enthousiast van was geworden dat hij, eenmaal wonend in Giverny,  een extra stuk grond  kocht en daar het riviertje  de Epte (zijrivier van de Seine)liet omleiden om zijn vijver van water te voorzien. Hij legde er een bruggetje( naar Japans voorbeeld) overheen, die op meerdere van zijn vijverschilderijen te zien is.

Eén van de trieste weetjes die Yvonne ons vertelde was dat Monet op een gegeven moment aan één oog zo goed als blind was en aan de andere nog maar 10% zicht had; hij had staar. Het schijnt in zijn schilderijen te zien te zijn aan het kleurgebruik in de tijd vóór zijn staaroperatie.
In 1923 werd hij aan staar geopereerd. Een anekdote vertelt dat hij schrok van het kleurgebruik van het werk dat hij daarvoor geschilderd had.

Een bijzonder familiegebeuren was dat hij, na de dood van zijn eerste  vrouw Camille( oa. geportretteerd in “de vrouw in de groene jurk”  trouwde met Alice Hoschedé
Zij was met haar man(Ernst) en 6 kinderen na zijn faillissement( in 1877), in 1878 in Vétheuil met Monet, zijn vrouw Camille en hun twee zoons Jean en Michel in één huis gaan wonen. In 1891 stierf Ernst en in 1892 trouwde Claude met Alice.
Een van de kinderen van Alice, Blanche, trouwde later (1897) met Jean, de zoon van Claude en Camille. Blanche werd dus naast stiefdochter van Monet ook zijn schoondochter. Zij leerde van hem veel op schilder gebied en werd ook een talentvolle schilderes.(eerste solo expositie in 1927)

Door nu uitleg te krijgen omtrent de ontwikkelingen  die de schilder doormaakte, zijn kleurgebruik en het impressionisme zullen we straks  zeker “anders” naar zijn latere werken, de vijverschilderijen,  in Den Haag  kijken.

Een gedachte over “Lezing; De tuinen van Monet

  1. Nadat hij twee schilderijen van Monet cadeau had gekregen, werd Monet door de bevriende Franse premier Georges Clemenceau aangemoedigd om een ambitieus werk te maken, waarin zijn geliefde motief van waterlelies de hoofdrol kon spelen. Acht monumentale rond gebogen muurpanelen zouden de beschouwer geheel moeten omgeven met atmosferische waterpartijen. Het resultaat wordt ook wel ‘De Sixtijnse Kapel van het impressionisme’ genoemd. Sinds 1927, het jaar na de dood van de grote meester, is de monumentale wandschildering te bewonderen in het toen net geopende Musée de l’Orangerie in de Tuilerieën in Parijs. Zie ook https://www.poster-en-kunstdrukken.nl

    Like

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s